Inloggen
voeg je bewering toe

Beweringen

Een stoere wildebras met sexappeal

(voor Mensje van Keulen)

Je bent geboren als Mensje Francina van der Steen op 10 juni 1946 in Den Haag. In een rooms-katholiek gezin. Jouw roepnaam is Mennie. Je deed eerst een schildersopleiding. Twee jaar aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag en één jaar in Londen, waar je ook als kindermeisje werkte. Van 1970 tot 1972 was je redactrice van 'Propria Cures', waarvoor je ook schreef en literaire en politieke cartoons tekende. Je schreef er verhalen en onder het pseudoniem Josien Meloen schreef je gedichten. Behoorlijk archaïsch en oppervlakkig. Daarna was je acht jaar lang redactielid van het literaire tijdschrift 'Maatstaf', samen met o.a. Gerrit Komrij, Martin Ros en Theo Sontrop.

In 1969 werd jouw eerste verhaal 'Een bruiloft' in het 'Hollands Maandblad' gepubliceerd. In 1972 verscheen jouw romandebuut 'Bleekers zomer', een klassieker in de Nederlandse literatuur. Jouw zusje heet Anneke en jouw broer heet Danny. In de jaren zeventig ging je jezelf te buiten aan buitensporig veel drank, sigaren, cocaïne en seks. Wat seks betreft, met buitensporig veel wisselende contacten. Als een echte nymfomane. Je trouwde met de neurofysioloog/fotograaf Lon van Keulen, een bizarre bullebak, die jou gigantisch sadistisch getreiterd heeft. Op jouw 31-ste ontdekte je dat hij al jarenlang een geheime relatie met een andere vrouw had.

Je wilde die maffe Lon dolgraag verlaten, maar je hield teveel van hem. Ondanks de vele vernederingen, het geweld en de pijn, kon je niet zonder jou 'wrede engel'. Lon wilde jouw best een kind schenken, mits hij zijn minnares mocht behouden. Op 1 juni 1979 werd jullie zoon Aldo geboren. Je was op jouw 16-de al verliefd op Lon. Hij studeerde in Leiden en jij in Den Haag en Londen. Op jouw 20-ste vroeg hij jou ten huwelijk. In 1980 ben je met jouw 1-jarige zoon op jezelf gaan wonen. In 1982 verscheen de roman 'Overspel'(ik heb een gesigneerd exemplaar) over drie mensen, die met overspel te kampen hebben. Één van hen is een vrouw, die daarom zelfdoding pleegt. Jij dacht zelf vaak 'Ik wou dat ik dood was!'. Jij deed dit niet, maar jouw personage verdronk zichzelf. Zo strafte ze haar man met de hardste wraak, die iemand uit wanhoop een ander kan aandoen.

Sinds 1985 schrijf je ook kinderboeken, waarvoor je in 1986 voor 'Tommie Station' de Zilveren Griffel kreeg en in 1991 voor 'Vrienden van de maan' de Nienke van Hichtumprijs. In 1992 verscheen jouw boek 'Geheime dame', over jouw vriend Maarten 't Hart, die een voorliefde voor travestie heeft. Al lijkt het bij hem sterk op een promotiestunt. Hij betreurt het overigens dat hij nooit met jou het bed heeft gedeeld. Jij betreurt dat absoluut niet. Je was dik bevriend met wijlen Hans Warren. In Zeeland woonde je zelfs op geringe afstand van hem. In Driewegen. Waar je meer zoop en rookte, dan schreef.

Je bent dik bevriend met de manisch-depressieve Maarten Biesheuvel. Je was dat ook met zijn inmiddels overleden vrouw Eva Gütlich. Maarten en Eva trouwden in 1979 op Schiermonnikoog. Lon en Aldo hadden toen een boot gemist, waardoor ze pas tijdens het diner verschenen. Door jouw roomse achtergrond wilde je coûte que coûte bij jouw man blijven. Erg sneu allemaal. Jouw moeder zei wel: 'Op ongeluk kun je geen geluk bouwen!'. Je had een protestantse vader en een roomse moeder en oma. Van de openbare HBS moest je naar een keurige meisjesschool, geleid door nonnen van het Sacré-Coeur, omdat jouw moeder een seksboekje onder jouw bed had gevonden.

Je had een lesbische affaire met de historie-schrijfster Marita Mathijsen, die destijds verliefd op jou was. Je was haar bereidwillige beflijster. In 'Neerslag van een huwelijk' (2018) schreef je: 'Het was in bed het ene moment of ik met mezelf lag, en het volgende moment of ik de rol van jongen had. Die grote borsten van haar. Ze was lief voor me en ik wilde ook lief zijn, maar had daarbij het gevoel dat ik vanuit een hoek van het plafond toekeek. De volgende ochtend samen in bad. Ze was grijs als een krant, zei dat het spannender was geweest dan ze had verwacht.'. Net als Cees Nooteboom wilde ze jou bezitten en beminnen. In 2001 was je te gast in 'Zomergasten', waarin je door de biseksuele, altijd hoffelijke Adriaan van Dis geïnterviewd werd.

In 1997 verscheen 'Olifanten op een web', een boek over het overlijden van jouw moeder en de bezwering daarvan. Net als dat boek van Yvonne Keuls over haar overleden moeder. Je hebt nog steeds contact met Marita Mathijsen, maar dan louter op platonisch niveau, voor zover wij weten. Emile Brugman was jouw uitgever. Misschien kun je Maarten Biesheuvel wat vaker bezoeken, nu hij zijn steun en toeverlaat moet missen, net nu hij weer eens uit het gekkenhuis is ontslagen. Uit na- en voorzorg zeg maar. Je trekt terecht fel van leer tegen de bekrompen islam. Je zegt: 'Hoe orthodoxer, hoe erger. Zo simpel ligt dat. Die superioriteitswaan, het je niet willen aanpassen en neerzien op de anderen, je kinderen hersenspoelen met die dingen, dat is stuitend.'.

Schrijver: Joanan Rutgers, 3 december 2018


Geplaatst in de categorie: idool

3.5 met 14 stemmen 742



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)