Niemand staat alleen
Laatst zij iemand dat zij er alleen voor stond. Dat was niet zo.
Kijk maar, hij woont in een huis en dat huis heeft een kraan. Die kraan zit vast aan een enorm leidingstelsel en brengt hem dus dagelijks, elk moment dat hij dat wil, schoon water. Hij hoeft niet voor zijn water te zorgen, dat doen andere mensen.
Hij heeft werk en een contract met zijn werkgever. Zijn werkgever zorgt ervoor dat hij iets te doen heeft en betaalt hem voor wat hij doet. De vakbond kijkt over de schouders van de werkgever mee of er wel voldoende wordt betaald en of de werkgever zich wel aan allerlei regels houdt. Daar hoeft hij niets voor te doen. Hij hoeft zelfs niet lid te zijn van de vakbond.
Maar, zegt hij, een kennis van me is ZZP-er, dus die staat er wel alleen voor. En dat klopt voor een deel wel, maar toch staat ook voor de ZZP-er de supermarkt klaar met producten. Hij hoeft niet alleen op jacht naar vlees en een groentetuin hoeft hij ook niet te hebben. Voor een onwaarschijnlijk laag bedrag wordt dat allemaal voor hem gedaan.
Ga maar na: als hij zelf op jacht moest, had hij geen tijd voor zijn groenten en evenmin tijd voor zijn ZZP-werk of tijd voor het bouwen van het luxe appartement waar hij nu woont of voor het bouwen van zijn auto, het winnen van olie, het raffineren van de olie tot benzine en die benzine dan in zijn auto gooien om te rijden over de wegen die hij zou moeten aanleggen als hij alleen was. Als hij er echt alleen voor staat.
Er zijn altijd mensen die dingen doen, waar jij gebruik van kunt maken. Je bent nooit alleen. Je staat er nooit alleen voor. Maar je kunt je natuurlijk wel alleen voelen.
Geplaatst in de categorie: eenzaamheid