Inloggen
voeg je hartenkreet toe

Hartenkreten

Pluk de dag

Jan van den Maanacker is een klant van ons onderzoeksbureau. Hij belt mij. Of wij even willen gaan kijken hoe het er bij Huize Weltevree voorstaat: ‘Zelf heb ik daar geen tijd voor.’ zegt hij. ‘Mijn tante van vaderskant ligt daar en volgens mijn moeder is het daar een rotzooitje.

Dus gaan, mijn compagnon, de vrijeradicaal Ab, en ik daar een kijkje nemen. Huize Weltevree is een verzorgingshuis en ligt tegen de rand van een bos aan. Er naast staat een pand met aan de gevel een schreeuwerig bord: De Matrassenexpert. Matrassenexpert! Ik vraag me af wat je moet leren om dat te worden. Boven de ingang van Huize Weltevree hangt een bordje met hun motto: “PLUK DE DAG” Redelijk. Zelf zou ik kiezen voor; BETER DAN HET ALTERNATIEF, maar dat terzjde.

Binnen worden wij opgewacht door een vrouw in een soort mantelpakje wat je nonchalant maar toch zakelijk noemt.. Ze glimlacht minzaam. Ik vermoed dat ze pas een uur nadat ze het pand heeft verlaten , weer gewoon kan kijken. ‘Mijn naam is Debbie,’ zegt ze. ‘Ik breng u even naar Klaziena in de recreatiezaal. Zij helpt u verder.’’
Debbie. Klaziena. Iedereen hier wordt bij de voornaam genoemd. Er hangt ook vast een dokter Jan rond.
Op weg naar de recreatiezaal komen we veel personeel tegen. Allemaal hebben ze dat gemaakte glimlachje. Hoort zeker bij hun opleiding. Dan lopen wij de recreatiezaal in. Ongebruikte pinpongtafels. Ongebruikte biljart-tafels. Veelgebruikte tv’s. ‘Gaat u zitten,’ lacht Debbie. ‘Klaziena komt zo.’
In de zaal stinkt het naar urine. Er zitten zes oude mensen, waarvan drie in een rolstoel. Vier van hen beven. Twee, mompelen voor zich uit. ‘Ons voorland,’ zegt Ab. ‘Beloof me dat je me doodschiet als ik zover ben.’

Dan komt Klaziena binnen. Geel truitje, blauwe broek, naaldhakken. 'Wat kan ik voor u doen! Wilt u koffie? Thee? Iets anders, een frisje misschien?’
‘Ik wil hier weg,’ zegt Ab. ‘Maar eerst willen wij weten waarom uw patient, mevrouw van den Maanacker, de hele ochtend in haar eigen pis ligt te rotten.’
Klaziena trekt haar neus op. ’Wat een onzin! Iedereen hier wordt goed verzorgd en..’ Ab onderbreekt haar. ‘Het is nu elf uur. In de ochtend. Waar is mevrouw van den Maanacker? Waar is de rest van de bewoners behalve die zes hier?’ Ab wijst op de zes bevende oudjes, verderop.
‘Nou…eh…die zal op dit moment aangekleed worden, door het personeel.’
‘Laat zien,’ zegt Ab. ’ Ik wil bewijzen.’
‘Ja, ho ho, zo gaat dat niet.!’
‘Read my lips,’ zegt Ab. ‘Ik…..wil….haar….NU…..zien.’
‘Zo werkt dat niet,’ zegt Klaziena, nog steeds glimlachend. Daar zijn protocollen voor en..’

Ab houdt het voor gezien, pakt zijn mobieltje en belt van den Maanacker:’Jan, haal je tante hier als de sodemieter op !’
Daarna lopen wij zonder omwegen de zaal uit en gaan richting uitgang. In de gang worden hij ingehaald door een rennende man: ’Hee, wacht eens even jullie dan kan ik iets uitleggen. Mijn naam is dokter Jan en..’
Als ik het niet dacht. Wij laten hem staan en lopen naar de auto. Mijn handen beven. Ik steek een sigaartje op. Nu het nog kan.

Schrijver: paco, 2 juli 2012


Geplaatst in de categorie: welzijn

3.0 met 4 stemmen 127



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Hendrik
Datum:
2 juli 2012
Email:
klaassens38zonnet.nl
Ontzettend goed verhaal, paco, mijn complimenten! Het sfeertje dat je tekent is heel herkenbaar. In veel verzorgings- en verpleeghuizen gaat het er zo aan toe. Om over je nek te gaan. Gelukkig zijn er ook betere.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)