Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Verhaal van een journaliste

Deeltje 2

De journaliste stond nog met de lijst waarin het krantenknipsel zat in haar hand, toen zij gekuch hoorde. Ze draaide zich snel om, voelde zich betrapt en om dit te verbergen vroeg ze: “uw zoon?”
De oude man reikte haar het glas aan en pakte tegelijk ‘niet ruw’ maar toch met een zekere drang het lijstje uit haar handen.
“Nee, dat is niet mijn zoon.” Hij keek haar doordringend aan.
“Dat is het echtpaar dat ik vermoord heb, samen met die andere twee, daarvoor bent u toch hier”, liet hij er op volgen.
Zij keek hem geschokt en met grote ogen aan. Snel herpakte zij zich, en verwenste zichzelf omdat ze niet eerst wat research had gedaan.
Dan, geheel niet passend voor het moment: “juist ja, lijkt mij een aardig stel.”
Het was er nog niet uit of ze wilde haar tong wel afbijten. De oude man fronste zijn borstelige wenkbrauwen en even zag zij iets van een woedende flonkering in zijn ogen.
“Daar zit u dan mooi naast.” Hij zette het lijstje op zijn plaats en vroeg: “zullen we maar weer gaan zitten, of weet u al genoeg?”
Jennifer bloosde, wist zich geen houding te geven op dit benauwde moment. Waar was haar journalistieke opleiding?

Toen zij zaten, zag ze dat de fles jenever naast zijn stoel stond. Het vertelde haar dat hij haar al langer had gadegeslagen. Ze probeerde de benauwde situatie een andere wending te geven. Het was de oude man die haar min of meer excuseerde.
“Het is ook allemaal zo lang geleden”, zei hij. Meer dan twintig jaar, ik denk dat u net geboren was. U kunt het ook niet weten.”
Daar was zij in het geheel niet mee eens. Stom rund als ze was. Via Internet had zij ze zich goed kunnen voorbereiden.
Maar nee, ze was er meteen zonder na te denken als een idioot op afgestormd. Ze prees zich gelukkig dat hij daaraan voorbij ging.
De sfeer bleef gespannen en langzaam drong het tot haar door dat ze met een moordenaar te doen had. Hij mocht dan wel op leeftijd zijn, maar toch. Haar lichaamstaal verried dat zij ze zich niet meer op haar gemak voelde.
De oude man keek haar bedachtzaam aan en vroeg: “wil je misschien weg, nu je weet met wie je te maken hebt?" of zeg je "nee ik wil toch nog graag de andere kant van het verhaal horen?”
Jennifer aarzelde even maar zei toen dapper: “nee, ik ben er nu eenmaal en u heeft mij vriendelijk ontvangen, dus laten we maar beginnen. Ik wil u vragen om het in uw eigen woorden en zoals het in uw belevenis gebeurd is, te vertellen” en vervolgens drukte zij de recorder aan.


Het motief

“Ik heb er twintig jaar voor gezeten, juffrouw, geen vervroegde vrijlating. Zelfs in het weekend mocht ik niet naar huis, al dan niet onder toezicht. Men heeft mij afgeschilderd en veroordeeld als een beest en daar ben ik ook naar behandeld!
Geen onderzoeken, geen psychiatrisch centrum of de Van Mesdagkliniek. Nee, direct opgesloten in de zwaarbewaakte afdeling.
De oude nam een flinke slok, slikte het vergenoegd door en vervolgde zijn verhaal.
In het begin was het een hel. De andere gevangen behandelden mij als een stuk ongedierte en permitteerden het zich om van alles met mij uit te halen. ‘Weet u’, de bewakers grinnikten en keken de andere kant op. Het nam af naarmate de tijd verstreek. Vijf jaar is lang voor een opgelegde straf, dus kwamen er steeds weer nieuwe gedetineerden, die niets van mijn veroordeling af wisten. Hij viel stil en keek haar indringend met priemende ogen aan.

De linkerhand van Jennifer ging als vanzelf naar haar blouse waarvan zij de twee bovenste knoopjes los had gelaten. Ze voelde zich naakt en weerloos worden onder zijn blik. Haar ogen bleven echter gefascineerd gericht op de intrigerende man.
“Twintig jaar, juffrouw, heb ik er op zitten”. Hij spuwde de woorden zowat uit. “Nu heb ik een voorwaardelijke invrijheidstelling, met een proeftijd van drie jaar. Er hangt mij onbeperkte opsluiting boven het hoofd als ik weer iets verkeerd doe”.

De oude man pauzeerde even en schraapte zijn keel om daarna weer kalm verder te gaan: “weet u, vanaf de eerste dag van mijn invrijheidstelling heb ik heimwee naar binnen. Ik wil terug, maar ja, hoe bewerkstellig je dat? Ik hoor niet meer thuis in de samenleving, het gaat gewoon niet meer. Hoewel ik opgesloten zat, had ik het daar naar mijn zin.”
Hij schonk zich nog eens in en begon met zijn verhaal.

“De jongeman met zijn vrouw in dat lijstje, was de zoon van een vriend van mij. Ik was zelf nog maar een paar jaar getrouwd toen ‘Tom’ zijn vader, die eveneens een zeeman was en waar ik jaren mee gevaren had, kwam te overlijden. Ik had hem op zijn sterfbed beloofd om mij over zijn zoon te ontfermen, die zoon was toen zestien jaar. Na veel papieren en de nodige controles aangaande mijn persoon en mijn vrouw, ook de ruimte van huisvesting, kregen we uiteindelijk de adoptie toegewezen. Het was een stille jongen, hij leerde goed, doch had niet de sociale contacten, die men mag verwachten van een knul van zijn leeftijd.
Hij was gek op oorlogsfilms en was dan ook vast besloten om een militaire loopbaan op te bouwen, iets wat hem buitengewoon goed lukte. Hij ging na zijn zeventiende verjaardag naar de K.M.A in Breda en was na twee jaar luitenant. Hierna kreeg hij een relatie met de vrouw die je op de foto hebt gezien. Het stel trouwde en omdat mijn vrouw bijna altijd alleen was, trokken zij bij ons in.”

De man nam even een slokje van zijn borreltje, grijnsde en zei: “ik had in mijn kamer in blok C ook een borreltje hoor.”

- wordt vervolgd -

Schrijver: Ivan Grud
Inzender: Jan Borst, 25 september 2014


Geplaatst in de categorie: misdaad

3.1 met 7 stemmen 88



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Mohair
Datum:
28 september 2014
Pakkend geschreven. graag gelezen.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)