Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

KOOKKUNST

Naar aanleiding van mijn stukje ‘haute cuisine’ stroomden de reacties binnen. Verzoeken voor het geven van kookworkshops en dergelijke - ongelofelijk. Helaas mijn kookkunsten worden iets te hoog ingeschat.
Vanmorgen vroeg werd ik wakker met de gedachte: gut o gut,wat heb ik aangericht.
Mijn kookkunst stelt niks voor. Het is niet meer dan dat ik mijn behoefte tot het maken van simpele lekkere gerechten bevredig. Door de instructies van de verpakkingen goed te lezen en enige creativiteit, lijkt het heel wat. Let wel zo’n aanval is ‘tijdelijk’. Net als met het schrijven. Soms treedt de stroom buiten z’n oevers en soms staat hij droog en ga je je gedachten of verhaaltjes in dichtvorm proberen te vangen. Net zoals ik soms meen m’n gitaarspel weer eens nieuw leven in te moeten blazen. Na dagen van oefenen kan ik weer ‘the house of the rising sun’ van de Animals of ‘hallelujah’ van Leonard Cohen, en dergelijke liedjes ten gehore brengen. En het klinkt mij allemaal best acceptabel in de oren. Maar ik besef wel terdege dat de buren er een iets genuanceerdere mening op na houden. Aangezien ik niet zo op hun eerlijk en duidelijk oordeel (men is hier wat dat betreft uit-gesproken duidelijk) uit ben (ik heb geen alles dekkende inboedelverzekering – al het glaswerk is niet inbegrepen) vertoon ik die kunsten in mijn garage. Mijn honden janken enthousiast mee. Gelukkig dat we redelijk ver van de buren af wonen.
Maar goed ik ben dit stukje begonnen omdat iemand me er op wees dat ‘haute cuisine’ eigenlijk een veelvoud van kleine gerechten impliceert. Dus kom maar op. Ik zweet me peentjes (kan ik trouwens weer gebruiken in het onderstaande recept), verdorie wat heb ik me op de hals gehaald. Het is bij dezen gelijk gezegd. Dit is het laatste recept wat ik ga verklappen – wacht mijn eventuele kook/dieet/binnen een half uur klaar/ receptenboek maar geduldig af.
Maar goed zodra de blaadjes zijn gevallen, begint mijn vrouw mij lastig te vallen met: weet je nog, vorig jaar herfst had je zo’n lekkere linzensoep gemaakt – maak dat nog eens.
Ik bezwijk aan die hunkerende, ronduit smachtende blik naar mijn linzensoep. Dus…… het doet zelfs oude tijden herleven, zo’n kans laat je niet liggen.
Hier onderstaand het recept.
Zet een grote pan met olie op het vuur – vlij daar enige gesnipperde uien in en ga deze fruiten. Even voor de heren – dat is volgens mij op een laag vuur glazig bakken. Wat glazig is, nou net zoiets als je je na een half krat bier voelt, net niet dronken, maar wel al een beetje gaar en slap. Snijd tussendoor een flinke winterwortel in stukjes (of gebruik de eerder gememoreerde peentjes) voeg dat toe en een gesneden prei, geraspte knolselderij (alles naar eigen smaak en behoefte – voor uw persoonlijke twist aan het gerecht). Laat dit geheel een poosje smoren. Wat smoren precies inhoudt zal ik voorzichtigheidshalve maar niet uitleggen – ter bescherming van de vrouw des huizes, mocht het mislukken. Maar echt, uw vrouw kan het u haarfijn uitleggen. Voeg kokend water toe. Los hierin een blokje groente – en of kippenbouillon op. Daarna worden enkele koppen snelkokende (18 minuten) rode linzen toegevoegd. Ook voeg ik (mag mijn vrouw niet weten – een of twee zakjes kerrie cup a soup toe – haar standaard oordeel daarover: ‘het is allemaal troep’, wat klopt). En wat die linzensoep echt tot die van mij maakt is de toevoeging van een brok kokoscrème (santen) of kokosmelk en natuurlijk een flinke snuf komijn – voor een Oosterse touché. Ik prijs het geheel dan meestal ook aan als een exclusief recept uit India – uit de binnenlanden van de deelstaat de ‘Punjab’. Knappe dappere jongen of meid die dat daar ter plekke gaat controleren. Pureer het geheel daarna tot een gladde smeuïge stevige soep.
Even voor de heren, natuurlijk weten de meesten van jullie niet wat een staafmixer is. Mijn advies is dan: u heeft vast ergens wel een amper gebruikte klopboormachine liggen, al of niet nog in de verpakking (die u als echte kerel gewoon behoort te bezitten, net als die nooit gebruikte barbecue). Gebruik nou eens uw creatieve vermogen en pas dit apparaat tijdelijk even in bij uw keukenattributen – ja, ja denk es na, laat die hersentjes maar eens kraken. Je kunt er veel meer mee dan je denkt, zowel met de boormachine als met de hersentjes.
Veel plezier en smakelijk eten.

O ja, nog een klein vraagje van iemand: wie inspireert jou, wat is het beste kookprogramma. Natuurlijk kun je de tv koks tegenwoordig niet meer ontlopen, je ziet ze overal. Maar als ik zo’n getatoeëerde dame met rastahaar boven het nog klaar te maken eten zie buigen, dan haak ik af. Hoe mooi ze verder ook is. Zij van van Boven is wel leuk met dat hondje, maar te scheutig met van alles. Een lepeltje van dit of dat is bij haar al gauw een eetlepel vol. Ach, het is haar aan te zien, maar ze bedoelt het goed en straalt iets gezelligs uit – ook wat waard natuurlijk. Maar echt dikke koks die ons willen tonen hoe goed hun gerechten smaken – ja hoor, ziet er gezond uit, hebben op mij juist een tegenovergestelde werking – die mijd ik bij voorbaat. Mijn inspiratiebron wil ik graag noemen; zij springt er met hele grote sprongen bovenuit. Dat is dat slanke lieve leuk ogende geblondeerde vrouwtje. Ze zegt geen woord te veel of te weinig en haar gerechten zijn binnen een half uur klaar. Volgens mij heet ze Sandra Ysbrandy. De levenslust, op een ingetogen manier, straalt er van af.

Mijn vrouw heeft een hele boekenplank vol staan met kookboeken, en komt, zodra ze bij mij weer een aanval van kooklust vermoedt, mij er om de haverklap mee bestoken. Zo van: hier staan heel mooie recepten in – echt iets voor jou om te maken.
Ja, ja, laat mij maar zo zeggen een mes snijdt aan meerdere kanten als het goed geslepen is.

Schrijver: catrinus
Inzender: C.A. de Boer, 29 januari 2019


Geplaatst in de categorie: hobby

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 147



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)