biografie: C.B. Vaandrager
Nederlands dichter en prozaschrijver (Rotterdam, 1935-1992). Aanvankelijk werkzaam als reclametekstschrijver en freelance-journalist. Was mederedacteur van het nieuw-realistische tijdschrift Gard Sivik (vanaf 1957) en samen met Armando en Sleutelaar van De Nieuwe Stijl (1965-1966).
Vaandragers `teksten', zoals hij ze zelf noemde, geven kleine stukjes alledaagse realiteit die door poëtische rangschikking, het gebruik van het paginawit en de typografie in hun isolement een intensivering krijgen waardoor zij als nieuw of verrassend gelezen kunnen worden. Voor dit type poëzie kan alles materiaal zijn: kranteberichten, advertenties, reclameleuzen, alledaagse statements, folderteksten enz. In die zin zijn Vaandragers teksten vergelijkbaar met de `ready-mades' van de modernistische kunstenaar Duchamp van het begin van deze eeuw.
Vaandrager paste dit procédé toe zowel in zijn bijdragen aan de genoemde tijdschriften als in zijn bundel Gedichten (1967).
Behalve poëzie schreef hij ook proza: autobiografische verhalen in Leve Joop Massaker (1960), later opgenomen in De avonturen van Cornelis Bastiaan Vaandrager I (1963), en realistisch-journalistiek proza in De reus van Rotterdam. Stadsgeheimen (1971). Ook in dit proza wordt de scheiding tussen literatuur en niet-literatuur niet opgeheven, bijv. in de selectieve presentatie binnen de romanvorm van documenten, verslagen, ambtelijke stukken e.d. Ook in de stijl komt dit tot uitdrukking.