Inloggen

biografie: Cees Buddingh

 Cees Buddingh' [Dordtrecht 1918 - 1986]

Van 1935 tot 1938 studeerde Buddingh’ Engels aan de ‘School voor Taal en Letterkunde’ in Den Haag.

Cees Buddingh' debuteerde met de bundel 'Het geïrriteerde lied' (1941).Tussen 1942 en 1949 verbleef hij regelmatig in een sanatorium omdat hij leed aan tuberculose. Ter verbetering van zijn toestand werden zijn ribben gebroken. Zijn eerste Vier gorgelrijmen werden in het sanatorium Heliomare te Wijk aan Zee geschreven en uitgegeven in 1944 en later aangevuld in zijn Gorgelrijmen (1953), verzamelde nonsenspoëzie.

Zijn literaire productie was gevarieerd: hij publiceerde in het anekdotische Criterium, het experimentele Podium en het nieuw-realistische Barbarber. Zijn poëzie is o.m. beïnvloed door het surrealisme, dadaisme en de jazz.


Mede door zijn prachtig sonore-nasale stemgeluid  waarmee hij zijn humoristische verzen voorlas werd hij een bekende Nederlander.

Hij was een productief vertaler en verzamelde aforismen, die hij uitgaf in citatenboeken.

Hij is de vader van de vertaler van de Harry Potterboeken Wiebe Buddingh'.

Hier volgt voor de liefhebber een grappig voorbeeld van  zijn 'alledaagse' gedichtjes:

PLUK DE DAG

Vanochtend, na het ontbijt,
ontdekte ik, door mijn verstrooidheid,
dat het deksel van een middelgroot potje marmite
(het 4 oz net formaat)
precies past op een klein potje heinz sandwich spread

natuurlijk heb ik toen meteen geprobeerd
of het sandwich spread-dekseltje
ook op het marmite-potje paste

En jawel hoor: het paste eveneens

Zijn oeuvre bestond uit:

De laarzen der Mohikanen of niet goed, geld terug (1944); Water en vuur (1951); Het mes op de gorgel (1960); Eenvouds verlichte waters. Essay over Lucebert (1960); Zo is het dan ook nog weer een keer (1963); Misbruik wordt gestraft (1967); Een pakje per dag (1967); 128 vel schrijfpapier (met K. Schippers, 1967); Lexicon der poëzie (1968); Avonturen van Bazip Zeehok (1969); Leve het bruine monster (1969); Buffalo Bill. Het goud van de Demonenkloof (1970); Buigen en barsten (1970); Verveling bestaat niet (1972); En in een mum is het avond (1975); Het houdt op met zachtjes regenen (1976); Een mooie tijd om later te worden (1978); De eerste zestig. Sonnetten (1978); Niets spreekt vanzelf (1979); Dagboeknotities 1967-1972 (1979); De tweede zestig (1979); Verzen van een Dordtse chinees (1980); Een rookwolkje voor God en andere miniaturen (1982).