biografie: Freddy de Vree
Freddy de Vree [Antwerpen 1939 - ....]
Vlaams dichter en essayist, die aanvankelijk in het Frans schreef: essays, zoals Blues pour Boris Vian (1961), en een maniëristisch getinte dichtbundel Mots pour Karin (1963). Hij was medeoprichter van het tijdschrift Hoos (1960) en redactielid van het tijdschrift Nul (1961); hij is redacteur van De Tafelronde (vanaf 1962) en medewerker aan K & C (Kunst- en Cultuuragenda). In 1977 ontving hij de Arkprijs voor het Vrije Woord.
Onder het pseudoniem Marie-Claire de Jonghe verscheen de agressieve dichtbundel Jaja (1969), gericht tegen het Vlaamse nationalisme en de Vlaamse taboes, gevolgd door De lemen liefde (1969), waarvan een hartstochtelijke lesbische liefde het thema vormt.
Onder eigen naam verscheen de bekroonde dichtbundel A.C. (1971), een essay in de vorm van een surrealistisch gedicht. Enige literaire essays bundelde hij in Rita Renoir, Enz. (1973); de kunsthandel nam hij op de korrel in Beleggen en beliegen (1975).
Ook schreef hij hoorspelen, zoals A Pollen in the Air, Le tombeau de Pierre Larousse, Het boek Alfa en Orbis militaris.
Werk:
- A Pollen in the Air (zj.)
- Het boek Alfa (zj.)
- Le tombeau de Pierre Larousse (zj.)
- Orbis militaris (zj.)
- Mots pour Karin (1963)
- Blues pour Boris Vian (1965)
- De lemen liefde (1969)
- Jaja (1969)
- A.C. (1971)
- Alsof zij niets was (1973)
- Rita Renoir, Enz. (1973)
- Beleggen en beliegen (1975)
- Hugo Claus (1976)
- Pierre Alechinsky (1976)
- Steden en sentimenten (1976)
- De dodenklas (1977)
- Zao Wou-ki (1977)
- Erfgenamen van de dood (1978)
- Mexico vandaag (1982)
- Moravagine of de vervloeking (1982)
- Karel Appel (1983)
- Chicago! (1984)
- Jan Cremer (1984)
- Wyckaert (1986)
- Drie ogen zo blauw (1987)
- Jan Vanriet (1996)