Inloggen

biografie: Jkhr. dr. Marinus van der Goes van Naters

[Nijmegen 1900 - Wassenaar 2005]

Na het succesvol afronden van het gymnasium in Nimegen ging Jonkheer Marinus van der Goes van Naters in 1919 rechten studeren in Leiden. Na in 1923 deze studie te hebben afgerond keerde hij terug naar Nijmegen en vestigde zich daar als advocaat. Van der Goes, telg uit een protestants-liberale adellijke familie, sloot zich begin jaren dertig aan bij de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP). In 1930 promoveerde Van der Goes en nog datzelfde jaar verliet hij Nijmegen om zich in Heerlen als advocaat te vestigen. Binnen de SDAP was hij in die jaren zeer actief; in 1935 trad hij toe tot het partijbestuur. In 1937 werd hij gekozen tot lid van de Tweede Kamer.

Tijdens de Duitse bezetting werd Van der Goes door de nazi's opgepakt. Via het concentratiekamp Buchenwald en het interneringskamp te Haaren belandde hij in Sint Michielsgestel, waar ook een groot deel van de Nederlandse politiek-bestuurlijke elite in gijzeling werd gehouden. De gijzelaars werden in september 1944 door de oprukkende geallieerden bevrijd. Van der Goes stortte zich onmiddellijk weer in de Nederlandse politiek en werd in 1945 fractievoorzitter van de SDAP (vanaf 1946 van de Partij van de Arbeid) in de Tweede Kamer.

In de jaren dat hij fractievoorzitter was domineerden de wederopbouw van Nederland (en Europa) en de kwestie Nederlands-Indië de politieke agenda. Van der Goes pleitte voor Europese samenwerking, maar was wel voorstander van grootschalige annexatie van Duits grondgebied door Nederland als vergoeding van de in de oorlogsjaren geleden schade. De kwestie Nederlands-Indië kostte Van der Goes in 1951 het fractievoorzitterschap. Hij bleef wel lid van de Tweede Kamer en werd in 1952 tevens lid van het Europees Parlement. Na zijn fractievoorzitterschap zette Van der Goes zich in het parlement alsook daarbuiten vooral in voor ontwikkelingssamenwerking, het milieu en de Europese integratie.

In 1967 verliet Van der Goes zowel de Tweede Kamer als het Europees Parlement. In de periode 1970-1973 was hij als gasthoogleraar verbonden aan de Universiteit van Rwanda.

'De rode jonker', zoals zijn bijnaam luidde, was een kleurrijk figuur in de Nederlandse politiek, die nooit een blad voor de mond nam en daardoor geregeld voor de nodige opschudding zorgde, vooral in sociaal-democratische kringen. In 1980 schreef Van der Goes zijn autobiografie Met en tegen de tijd. Een tocht door de twintigste eeuw.

Marinus van der Goes van Naters werd in 1950 benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw en in 1967 zelfs tot Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau.