Inloggen

biografie: Tsead Bruinja

Tsead Bruinja (Rinsumageest, 1974), leeft en werkt te Diemen, onder de rook van Amsterdam.

Bruinja studeerde Engels en Fries aan de Rijksuniversiteit Groningen en organiseerde literaire evenementen als het 'Dichters in de Prinsentuin', 'De Poëziemarathon' en 'No(o)rdschrift' mee. Bruinja schrijft in het Nederlands en in het Fries en publiceerde onder andere in de tijdschriften Hjir, Krakatau, Lava, Ravage, Tzum, De Blauwe Fedde, Zwart IJs en in De Rottend Staal Nieuwsbrief. Twee jaar lang was hij redactielid van het Friese literaire tijdschrift Hjir. In de zomer van 2002 maakte hij kort deel uit van de redactie van het tijdschrift Kistwurk.

In 2000 debuteerde Tsead Bruinja met de bundel De wizers yn it read/ De wijzers in het rood (Uitgeverij Bornmeer, Leeuwarden, 2000). Hij heeft hiervoor twee bundels in eigen beheer uitgegeven: Vreemdgaan (Nederlandstalige poëzie, 1998) en Startschot (Nederlandstalige poëzie, samen met Daniël Dee, Petra Else Jekel en Ramona Maramis, 1999). In het najaar van 2001 verscheen zijn tweede Friestalige bundel De man dy't rinne moat/De man die lopen moet. Tevens werd in de bloemlezing Jij bent zacht als zomerregen - de mooiste Friese liefdesgedichten (Bert Bakker,
2001) een gedicht met vertaling opgenomen.

Nederlandstalige gedichten verschenen in Vanuit de lucht. De eerste generatie dichters van de 21e eeuw (Uitgeverij Passage, 2001). In 2003 verscheen de derde Friestalige bundel Gegrommel van satyn/Gegrommel van satijn (Bornmeer) en het Nederlandstalige debuut Dat het zo hoorde (Uitgeverij Contact). Samen met de Irakese dichter Mowaffk Al-Sawad werkte hij aan de vertaling en redactie van diens bundel Een middag wit als melk (Bornmeer 2002) en aan een bundel brieven onder de titel Stemmen onder de Zon. (Uitgeverij Passage, 2002).

Met Sieger M. Geertsma, Alan D. Joseph, Michiel Rasker en Raoul Thepen vormde Bruinja in 2001 het collectief Gewassen. In het Fries, Engels en Nederlands traden zij op met beeld (videobeam, computeranimatie), live muziek, rap en poëzie. In 2002 traden zij op tijdens het Lowlandsfestival en wonnen zij het Hendrik de Vriesstipendium, een prijs die uitgereikt wordt aan kunstenaars in Groningen. In november 2003 verliet Bruinja de groep.

Met Daniël Dee en Maria van Daalen maakte Bruinja van december 2002 tot en met mei 2003 het literaire radioprogramma Radio Oeps voor de Groningse lokale omroep OOG. In dit programma worden wekelijks een roman en een dichtbundel besproken.

Momenteel is Bruinja medewerker aan de pagina Iets met boeken van de NPS, waarop hij samen met Stijn Ekkers eigenzinnige signaleringen van nieuwe poëziebundels verzorgt.

Momenteel werkt hij met Daniël Dee aan de bloemlezing Kutgedichten (verschijnt 29 januari 2004) en de anthologie Klotegedichten. Daarnaast stelt hij met Hein Jaap Hilarides een bloemlezing samen uit de moderne Friese poëzie.