In mijn kamer staat een citroengele, bolronde vaas met slanke hals. Een smalle en een bredere zwarte lijn omcirkelen haar, zoals een ceintuur het lichaam van een corpulent persoon omspant. De vaas is een familiestuk. Aan haar kan men vanzelfsprekend bezwaarlijk gedachten of gevoelens, geheugen of waarnemingsvermogen toedichten. Maar stel eens dat de…
In mijn vorige leven in 1883 was mijn huwelijk met Madeleine mislukt. Daarom ben ik vertrokken en kon ik bij een hospita een zolderkamertje huren. Op het bed onder het schuine dak met bruine balken lag ik eenzaam te mijmeren over het mislukte huwelijk. Het was mijn schuld, omdat ik het leuk vond de baas te spelen. Om te overleven onderwierp zij zich…