Het bleek mijn laatste hoop op een baan in de gewone maatschappij te zijn, de opleiding tot ziekenverzorgende in een school te Veenendaal, streng christelijk bolwerk. Ik was samen met Jean B. de enige, mannelijke deelnemer aan deze opleiding.
Jean en ik bivakkeerden in een huis in Driebergen, waar we huurkamers hadden, naast elkaar. Ik zat persoonlijk…
Mijn toenmalige kloosterbroeder Rinus zei altijd dat het één van de zeven schoonheden is en dat stelde me gerust. Dat draaide de betekenis om. Dat maakte me blij en schonk me verlichting. Sindsdien hanteer ik het rood worden en kan het me geen ene zier meer schelen of ik knetterrood word tussen de mensen.…
Hij was er van overtuigd dat we de gedroogde uitwerpselen van onze kloosterbroeders in de boomgaard verspreidden. Bron van nieuw leven. Poep is een wonder!…