Ik herinner me de rouwkransen, door velen geschonken, rond je kist in het Crematorium.
Vanuit je hoge, onbestemde, onwezenlijke sfeer kijk je nu op ons neer, mijn onvergetelijke, liefste moeder...…
in de val van de zinloze opeenstapeling van het feitenmateriaal, van de eindeloze kennisvermeerdering lokken en storten, die nauwelijks nut zal hebben gehad als in de aula aan de Karel Boddenweg het "In Paradisum" zal worden aangeheven, als de kaarsen zullen branden, als een enkele traan zal vloeien en een enkel woord gesproken zal worden, als de rouwkransen…
Ze zorgde ervoor dat je rouwkransen ging maken, groente verkopen en drankjes serveren. Het geld wat je daarvoor verdiende verdween in haar gierige zakken. Nooit geen dankjewel, maar altijd een afzetten tegen.…