De lekkerste nymfomane op aarde

(voor Misia Sert (1872 - 1950))

Je bent geboren als Maria Zofia Zenajda Godebska op 30 maart 1872 in Sint-Petersburg. Jouw vader was Cyprian Godebski, een Poolse beeldhouwer en sinds 1870 een professor aan de Imperial Academy of Arts in Sint-Petersburg. Zijn opa was de dichter/schrijver Cyprian Godebski (1765 - 1809), die in de slag bij Raszyn vermoord werd. Jouw opa was de schrijver/journalist Franciszek Ksawery Godebski, die in 1869 in Lwów overleed. Jouw vader was in Parijs een leerling van François Jouffroy. Jouw moeder Zofia Servais was half Russisch en half Belgisch. Haar vader was de beroemde cellist Adrien-François Servais, die in 1866 in Halle overleed. Hector Berlioz noemde hem 'de Paganini van de cello'. Jouw vader regelde het, dat er op het marktplein van Halle een standbeeld van hem geplaatst is.

Toen jouw moeder zwanger van jou was, reisde zij naar Tsarskoye Selo, waar jouw vader het tsaristische paleis herstelde en waar hij bij zijn minnares woonde, wat jou moeder ontdekte. Jouw moeder overleed op 30 maart 1872, na jouw geboorte. Jouw vader hertrouwde met de beeldhouwster Matylda Rosen. Jouw roepnaam was Misia, het Poolse verkleinwoord voor Maria. Jij groeide op bij de ouders van jouw moeder in Brussel. Dit was een muzikale familie, waar huisconcerten werden gegeven. Franz Liszt was een huisvriend. Als kind leerde jouw opa jou muziek te lezen en door hem werd jij een begaafde pianiste. Later woonde jij met jouw vader en stiefmoeder in Parijs, maar je miste de huiselijke sfeer van jouw grootouders in Brussel.

Jouw vader stuurde jou naar een kostschool in het klooster Sacre-Coeur, waar je zes jaar verbleef. Ëén keer per week kreeg je pianoles van de pianist/componist/organist Gabriel Urbain Fauré. In 1883 trouwde Gabriel met Marie Frémiet, de dochter van de beeldhouwer Emmanuel Frémiet, die in 1874 het goudkleurige, bronzen standbeeld van Jeanne d'Arc te paard maakte, wat op de Place des Pyramides staat en wat tijdens de eindkoers van de Tour de France altijd volop in beeld is. Gabriel en Marie kregen twee zonen. Op jouw 15-de had jij ruzie met jouw stiefmoeder en ging je met geleend geld naar Londen. Na een paar maanden was je in Parijs terug en ging je op jezelf wonen, terwijl je pianoles aan de leerlingen van Gabriel gaf.

Gabriel had een grote aantrekkingskracht op de vrouwen. Hij had veel minnaressen, o.a. de zangeres Emma Bardoc, die ook met Claude Debussy het bed deelde, ook als echtgenote, de componiste Adele Maddison en de pianiste Marguerite Hasselmans, wat vele jaren duurde. Op jouw 21-ste trouwde jij met jouw neef Thadée Natanson, een socialist, die graag in de artistieke en politieke kringen vertoefde. Jullie woning aan de Rue St. Florentine was een trefpunt voor artiesten als Marcel Proust, Stéphane Mallarmé, Claude Debussy, André Gide, Odilon Redon, Paul Signac, Claude Monet en Pierre-Auguste Renoir. Op de feesten was Henri de Toulouse-Lautrec de bartender en schonk hij de straffe cocktail Pousse-Café. Jij stal de show als charmante, jeugdige, verleidelijk schone gastvrouw.

In 1889 begon jouw man het tijdschrift 'La Revue Blanche', waarvan jij het symbool en de muze was. Henri maakte reclameposters met jou erop, wat Édouard Vuillard en Pierre Bonnard ook deden. Rond 1906 schilderde Renoir een mooi portret van jou, met een lekker laag decolleté en een slapend schoothondje. Jouw vriend Marcel Proust baseerde zijn romanpersonages Princess Yourbeletieff en Madame de Verdurin op jou. Thadée vond in de eigenaar van de krant 'Le Matin' Alfred Edwards een geldschieter voor zijn tijdschrift, maar in ruil daarvoor wilde Alfred jou als zijn vrouw hebben, wat op 24 februari 1905 inderdaad gebeurde. Jij woonde aan de Rue de Rivoli, waar jij veel artiesten ontving. Maurice Ravel schreef muziekstukken voor jou en jij begeleidde de tenor Enrico Caruso op de piano.

In 1917 ontmoette jij Coco Chanel in het huis van de komische actrice Cécile Sorel. Coco was een zielsverwant en jullie hielden van dezelfde drugs. In 1919 troostte jij haar, toen haar geliefde Arthur Capel door een auto-ongeluk overleed. Alfred was jou ontrouw en in 1909 zijn jullie gescheiden. Op 2 september 1920 hertrouwde jij mer de Catalaanse kunstschilder Josep Maria Sert, een vriend van Salvador Dali. In 1925 ontmoette Josep de beeldhouwster/prinses Isabelle Roussadana Mdivani en samen met haar verhuisden jullie. Het was een ménage à Trois, waarbij jij ook een seksuele relatie met Isabelle had. Op 28 december 1927 is Josep van jou gescheiden en in augustus 1928 trouwde hij in Den Haag met Isabelle. Jij was er compleet kapot van.

Jij verzamelde begaafde, elitaire, libertijnse, drugsverslaafde, seksueel losgeslagen, ongeremde genieën, die allemaal verliefd op jou werden. In december 1938 overleed Isabelle door tuberculose, waarna er een hereniging tussen Josep en jou was, al bleven jullie wel apart wonen. Josep overleed op 27 november 1945 in Barcelona. Jij had een lange relatie met de mecenas/ballet impresario Sergej Diaghilev, die op 19 augustus 1929 in Venetië door diabetes overleed. Jij was bij hem en hij werd 57 jaar. Hij is op het Isola di San Michele begraven, nabij het graf van Igor Stravinsky. Jij gaf financiële steun aan de dichter Pierre Reverdy, die naar een huisje nabij de benedictijner abdij in Solesmes ging om een sober leven te leiden. Van 1921 tot 1926 had hij een gepassioneerde relatie met Coco. Daarna bleven ze dik bevriend met elkaar.

Jij overleed op 15 oktober 1950 in jouw woning aan de Rue de Rivoli in Parijs. Denise Mayer was bij jou. Je werd 78 jaar. De uitvaartdienst was in de Notre-Dame-de-l'Assomption en je bent begraven in de Cimetière de Samoreau.