Valse gewetenloosheid om te overleven

(voor Stella Kübler (1922 - 1994))

Je bent geboren als Stella Ingrid Goldschlag op 10 juli 1922 in Berlijn. Je was het enige kind van een Joodse ouders. Jouw vader Gerhard Moritz Adolf Goldschlag was in 1889 in de Kochstrasse 58 in Berlijn geboren. Hij werkte bij het journaal van de Gaumont Film Company. Jouw vader was journalist, dirigent en componist. Hij was de zoon van de advocaat Selig Goldschlag en Jenny Ellenburg. Jouw moeder Tony Lermer was een concertzangeres.

Na 1933, toen de nazi's aan de macht kwamen, ging jij naar de Goldschmidt School, gesticht door de lerares Leonore Goldschmidt. Je was bijzonder aantrekkelijk en vitaal. Je had blonde krulharen, blauwe ogen, sneeuwwitte tanden en een moszachte huid. Je leek op Marilyn Monroe. Peter Weidenreich was een klasgenoot van jou. Hij schreef later een biografie over jou, gepubliceerd in 1992. Na de middelbare school studeerde jij aan de kunstacademie voor mode-ontwerpster. Op de kunstacademie was jij twee jaar een naaktmodel. Kort voor de Tweede Wereldoorlog trouwde jij met de Joodse muzikant Manfred Kübler, met wie jij in een schoolband speelde. Je werkte met hem als een dwangarbeider in de bewapeningsfabriek Ehrich & Graetz. Rond 1942 waren de deportaties van de Joden naar de vernietigingskampen begonnen en ging jij onderduiken. Door jouw uiterlijk werd jij niet als Joods gezien.

In het voorjaar van 1943 werd je in de wapenfabriek gearresteerd en vanaf augustus 1943 werd je samen met jouw ouders in een kamp in de Grosser Hamburger Strasse gevangengezet. Na een mislukte ontsnappingspoging probeerde je jouw ouders tegen deportatie te beschermen en ging je met de nazi's samenwerken, na een satanische marteling door de SS-Hauptscharführer Walter Dobberke. Deze Dobberke wilde dat jij hem vertelde waar de door hem gezochte Gunther Rogoff was, maar je wist echt niet waar hij was, al had je wel met hem samengewerkt om Joodse mensen te helpen. Rogoff verkleedde zich als een hooggeplaatste nazi. Dobberke bezorgde jou o.a. dubbele beenbreuken. Door jouw kennis van de levensstijl, verblijfplaatsen en ontmoetingsplekken, wist jij veel ondergedoken Joden aan de Gestapo te verraden. Soms arresteerde je de Joden zelf met een pistool van de Gestapo. Of je hield vluchtende Joden op, totdat de Gestapo kwam. De SS-er felix Lachmuth leerde jou een Jodenvanger te worden.

Manfred werd naar het concentratiekamp Auschwitz gedeporteerd en daar vermoord. Jouw ouders waren tot 1943 dwangarbeiders en zij werden op 23 februari 1944 gearresteerd en via het getto Theresienstadt naar Auschwitz gebracht, waar zij op 3 oktober 1944 direct na aankomst zijn vermoord. Ondanks deze persoonlijke tragedies bleef jij voor de Gestapo werken. Je leed aan een krankzinnige identiteitscrisis en een loodzware depressie. Verder hadden de zware martelingen jou traumatisch beschadigd. Je was een nymfomane en je deed het met hoge militairen en SS-ers, ook met Dobberke. Op 29 oktober 1944 trouwde jij met de Joodse collaborateur Rolf Isaaksohn, die ook Joden verraadde. Jullie waren een berucht stel. Tot maart 1945 bleef je de ondergedoken Joden opsporen en verraden. Je ging bijvoorbeeld naar de begrafenissen van niet-Joodse mensen, die met Joodse mensen getrouwd waren. Zo wist je rouwende, Joodse mensen te grijpen. Tijdens de slag om Berlijn in april 1945 was jij in Liebenwalde, waar je samen met Heino Meissl een dochter kreeg, Yvonne Meissl.

In december 1945 werd jij gearresteerd en deed jij alsof je een nazi-slachtoffer was. Na de identificatie werd jij in de politiegevangenis Alexanderplatz gezet. In juni 1946 werd je door het Sovjet Militair Tribunaal tot tien jaar gevangenisstraf veroordeeld, vanwege jouw spionagewerk voor de Gestapo. Je zat in speciale kampen in Sachsenhausen en Torgau, in de vrouwengevangenis Hoheneck en in de gevangenis Waldheim. Na jouw vrijlating ging je naar West-Berlijn om contact met jouw dochter Yvonne te zoeken. Yvonne woonde bij een Joodse pleegfamilie. Yvonne wilde niets met jou te maken hebben, toen ze ontdekte wat jij allemaal had gedaan. Zij werd een verpleegster en in 1967 verhuisde zij naar Israël.

Jouw laatste drie echtgenoten waren ex-nazi's. Jouw derde man was Friedheim Schellenberg, jouw vierde man was een 20 jaar jongere taxichauffeur en jouw vijfde man was een Berlijnse dirigent. Na het overijden van jouw vijfde man verhuisde je vanaf jouw appartement op de Schönauer Strasse in Berlijn-Spandau naar Freiburg im Breisgau. In 1994 heb jij jezelf in het Moosweiher meer in Freiburg im Breisgau verdronken. Jouw meedogenloze verleden moet toch aan jouw geweten geknaagd hebben. Je werd 72 jaar.

Stella Kübler Manfred Kübler Rolf Isaaksohn

• 1
• 2
• 3
• 4
• 5

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 63