Het laatste experiment in jouw kunstlaboratorium

(voor Cathleen Mann (1896 - 1959))

Jij bent geboren als Cathleen Sabine Mann op 31 december 1896 in Newcastle upon Tyne. Jouw moeder was de portrettiste/interieurregisseuse Florence Sabine Pasley en jouw vader was de Schotse portretschilder Harrington Mann, geboren op 7 oktober 1864 in Glasgow. Zijn ouders waren de registeraccountant/kunstschilder John Mann en de romanschrijfster Mary Newton Harrington, die jij nog gekend hebt. In 1902 schilderde jouw vader 'Een sprookje' en in 1906 schilderde hij 'Cathleen', waarop jij een (sinaas)appel in de hand houdt en wat nu in het Museum voor Schone Kunsten in Gent hangt. In 1908 schilderde hij 'Lestijd'. Jij was de middelste van drie dochters. Jij kreeg schilderles van jouw vader, in zijn atelier in Londen, en jij kreeg les van de Schotse portretschilderes Ethel Walker (1861 - 1951), die met de kunstenares Clara Christian (1868 - 1906) samen leefde en werkte. Ethel kreeg les van Frederick Brown en Walter Sickert. Zij hield van de natuurlijke, vrouwelijke vormen en voor haar schilderij 'Invocation' gebruikte zij 25 naakte of schaars geklede vrouwen. Ze haatte cosmetica.

Toen jij aan de Slade School of Fine Art studeerde, bleef Ethel jou bijles geven. Ethel bleef jou beïnvloeden en jullie exposeerden vaak bij dezelfde groepsexposities. In de Eerste Wereldoorlog zat jij bij een ambulance-eenheid en moest de kunst even wachten. In 1924 exposeerde jij met twee portretschilderijen in de Royal Academy, waar jij vanaf 1930 geregeld exposeerde. Jij exposeerde ook in het Victoria and Albert Museum, het Musée du Luxembourg en het Royal Glasgow Institute of the Fine Arts. Op 18 maart 1926 trouwde jij met Francis Douglas, 11-de markies van Queensberry, geboren op 17 januari 1896 in Kingston upon Thames. Hij vocht aan het Westelijk Front en hij raakte ernstig gewond. Hij was kapitein bij de Royal Highlanders en hij handelde in goud- en diamantaandelen uit Zuid-Afrika. Met zijn eerste vrouw Irene Clarice Richards kreeg hij op 24 december 1918 een dochter, Lady Patricia Sybil, die de moeder van de kunstenares Anne Dunn werd. Samen met jou kreeg Francis twee kinderen; op 18 december 1926 Lady Jane Katherine en op 19 december 1929 Lord David Angus Douglas, 12-de markies van Queensberry, die pottenbakker werd en van 1959 tot 1983 professor keramiek aan het Royal College of Art was.

David Angus trouwde drie keer en hij kreeg acht kinderen, o.a. samen met zijn derde vrouw, de Taiwanese kunstenares Hsueh-Chun Liao, de dochter Lady Beth Shan Ling Douglas, geboren op 7 augustus 1999. Beth Shan Ling overleed op 7 maart 2018 in een flat in Notting Hill. Londen. Zij overleed na twee dagen van buitensporig gebruik van alcohol, morfine, cocaïne en heroïne, samen met haar vriend Jenan Herzog Karagoli. Volgens David Angus was het voor het eerst dat zij heroïne injecteerde. Ze had Jenan gevraagd om even ergens een fles wijn te halen. Daarna was het te laat. Zij werd 18 jaar en zij deed vanaf haar 13-de aan automutilatie. In 2009 pleegde haar halfbroer Milo Douglas zelfdoding door in Paddington van een torenblok te springen. Hij werd 34 jaar. Beth hield heel veel van hem, ook omdat hij haar als een echte halfzus accepteerde. Milo leed aan een bipolaire stoornis. Beth leed ook aan een bipolaire stoornis, gecombineerd met een borderline persoonlijkheidsstoornis. Ze was een begaafde violiste en in de laatste tijd van haar leven was zij als een escort-prostituee begonnen en deed zij aan webcamshows om haar drugs te financieren.

Op 28 februari 1937 overleed jouw vader in New York City. Hij hertrouwde met Muriel Beatrice Margaret Thornett, met wie hij de zoon Gawain kreeg. In de jaren 30 ontwierp jij ook kostuums voor Britse films, zoals 'The Iron Duke', 'Things to Come', 'Evensong', 'Chu Chin Chow', 'The Show Goes On' en 'Limelight'. Jij schilderde jouw dochter Jane, zittend op een bank met bloemetjesmotief en met een pop. In de Tweede Wereldoorlog maakte jij portretten van officieren en commandanten, die ook in 'Time' verschenen. In 1946 zijn Francis en jij gescheiden en hertrouwde jij met John Robert Follett, de zoon van de brigadegeneraal Gilbert Burrell Spencer Follett, die op 27 september 1918 in de oorlog vermoord werd. Hij werd 40 jaar en hij is in de Beaumetz Cross Roads Cemetery begraven. John's moeder was Lady Mildred Follett, de dochter van Charles Murray, 7-de graaf van Dunmore, en Lady Gertrude Coke. John was een renpaardeigenaar, die op 4 juni 1953 overleed en 46 jaar werd. Jouw ex Francis overleed op 27 april 1954 in Folkestone. Hij werd 58 jaar. Jij kreeg een zenuwinzinking, maar jij maakte wel enkele van jouw beste kunstwerken. Landschappen, kinderportretten, abstracte schilderijen en beeldhouwwerken.

Jij werd beïnvloed door jouw vriend, de kunstschilder Matthew Smith, een leerling van Henri Matisse. Hij schilderde naakten, stillevens en landschappen. Hij was getrouwd met de kunstenares Gwen Salmond, met wie hij twee zonen kreeg, Mark (1915 - 1940) en Dermot (1916 - 1941), die bij de Royal Air Force dienden en vermoord werden. Samen met zijn geliefde, de kunstenares Vera Cuningham, woonde Matthew op 6bis, Villa Brune in Parijs. De wulpse, mollige, roodharige, met rode wangen versierde Vera poseerde veel voor Matthew. Ik noem 'Woman with a Fan', 'Reclining Red Nude I', 'The Model Waking', 'Vera Cuningham' en 'Standing Nude Holding a Fan'. Vera overleed op 3 mei 1955 op Well Road in Logs Cottage. Zij werd 57 jaar en zij overleed in de armen van Matthew.

Jij schilderde o.a. een moeder met twee kinderen in 1936, de actrice Elizabeth Allan in 1939, 'Portret van een Dame' in 1941, 'Portret van Lady Queensbury' en 'Vrouw op de Kermis' in 1947, 'San Marcoplein' uit 1953 en een groep schrijvers met o.a. Vyvyan Holland, de zoon van Oscar Wilde. Jij zult zeker gedacht hebben aan wat het voorgeslacht van Francis Douglas zijn vader Oscar allemaal hebben aangedaan. Jouw dochter Jane trouwde in 1949 met David Arthur Cory-Wright. Op 31 juli 1947 werd zij door Francis Goodman gefotografeerd. Zij was 20 jaar en zij keek erg ongelukkig. Jane en David kregen samen drie zonen; Anthony, Simon en Christopher. In 1985 zijn Jane en David gescheiden. Jij experimenteerde met abstracte kunst, tekeningen van naaktmodellen en beeldhouwkunst. Op 9 september 1959 pleegde jij zelfdoding in jouw atelier op Montpelier Walk in Brompton, Londen. Jij nam een overdosis slaappillen. Jij was erg bezorgd over een nieuwe aanval van tuberculose, ook al zei de arts dat het niet zo ernstig zou zijn. Jij werd 62 jaar. Matthew Smith overleed op 29 september 1959 in Londen. Jane is op 11 januari 2007 overleden en David Angus leeft nog en is 91 jaar.