De helende dichttherapie van een eenzame ziel

(voor Louise Mary Bogan (1897 - 1970))

Jij bent geboren op 11 augustus 1897 in Livermore Falls, Maine. Jouw vader Daniel Joseph Bogan werkte bij de International Paper Company. Jouw moeder was Mary Helen (May) Murphy Shields. Jouw ouders hadden een slecht huwelijk. Jouw moeder was mentaal en emotioneel labiel en zij had veel buitenechtelijke affaires. In 1901 verhuisden jullie naar Milton en woonde jij met jouw moeder in een hotelkamer en jouw vader met de oudste zoon in een andere hotelkamer. In 1906 verhuisden jullie naar Ballardvale. Vanwege de ruzies van jouw ouders vluchtte jij in de boeken weg. Jij ging naar de basisschool Mount Saint Mary Academy in Manchester. In 1909 gingen jullie naar Boston. Met de hulp van een weldoenster ging jij 5 jaar naar de Girls' Latin School in de wijk Fenway in Boston. Deze school aan de Huntington Avenue is in 1877 opgericht door met name Emily Talbot, Florence Cushing en Annie Fields. Ernest J. Hapgood was het schoolhoofd. De dichteres/toneelschrijfster Josephine Preston Peabody ging ook naar deze school. Zij correspondeerde met Khalil Gibran. Op deze school begon jij de eerste nummers van 'Poetry: A Magazine of Verse' te lezen en zelf gedichten te schrijven. Jij studeerde een jaar aan de University of Boston, waaraan in 1877 de eerste vrouw van Amerika promoveerde, Helen Magill White behaalde een Ph.D. in het Grieks op haar proefschrift 'The Greek Drama', wat in 2018 in de Cornell University in Ithaca werd teruggevonden.

In 1916 heb jij de University of Boston verlaten. Jij won een beurs voor het Radcliffe College, wat jij afwees, want jij ging met jouw geliefde Curt Alexander naar New York City om als schrijfster door te breken. Op 4 september 1916 trouwde jij met de 28-jarige legerkapitein Curt Alexander en woonden jullie eerst aan de Bleecker Street in Greenwich Village. Op 19 oktober 1917 werd jullie dochter Mathilde (Maidie) geboren. Jij volgde Curt naar Panama en Fort Dix. In de zomer van 1919 verliet jij Curt en Maidie. Jij ging op 12 West 9th Street wonen. In 1920 overleed Curt door een maagzweer/longontsteking. Jij hebt Maidie bij jouw ouders gebracht en jij ging in 1920 voor 3 jaar naar Wenen, waar jij over jouw eenzaamheid en jouw nieuwe identiteit dichtte. Terug in NYC verscheen in 1923 jouw dichtbundeldebuut 'Body of This Death. Poems' bij Robert M. McBride & Company op 7 West 6th Street in NYC. Het thema is seksueel verraad. Jij werkte in een boekhandel en bij de biseksuele cultureel antropologe Margaret Mead, die in 1923 met haar eerste man, de veldarcheoloog Luther Cressmann was getrouwd. Jij was bevriend met Malcolm Cowley, Marianne Moore, John Silas Reed, zijn vrouw Anna Louise Mohan, Lola Ridge, Léonie Adams, William Carlos Williams, Conrad Aiken en Edmund Wilson en Paul Rosenfeld. John Silas Reed overleed op 17 oktober 1920 in Moskou door scrubtyfus, terwijl zijn vrouw Anna Louise Mohan zijn hand vasthield. Hij werd 32 jaar en hij is in de Necropolis van de Kremlinmuur begraven, in het massagraf nr. 5, naast Inessa Armand, die op haar 46-ste door de cholera overleed. Hij kreeg een heldenbegrafenis van de Sovjet-Unie.

In 1916 is er op een strand in Provincetown een prachtige naaktfoto van Anna Louise gemaakt. Zij leed aan het pijnlijke adiposis dolorosa en aan alcoholisme. In 1924 hertrouwde zij met de romanschrijver William Christian Bullitt Jr., met wie zij de dochter Anne Moen (1924 - 2007) kreeg. Anne Moen was een filantroop/paardenfokker en in 2000 kocht James Mansfield haar Palmerstown House en landgoed nabij Johnstown in Ierland. Zij had o.a. kunstwerken van Pablo Picasso en de pistolen van George Washington. Anna Louise overleed op 6 januari 1936 door een hersenbloeding in Sévres, Parijs. Zij werd 50 jaar en zij is in de Cimetière des Gonards in Versailles begraven. Op 10 juli 1925 trouwde jij met de schrijver/journalist Raymond Peckham Holden, geboren op 7 april 1894 in NYC. Hij was in 1918 met Grace Badger getrouwd, met wie hij een zoon en een dochter kreeg. In 1923 verliet hij zijn gezin. Hij was bevriend met zijn buurman, de dichter Robert Frost. In 1929 verscheen jouw 'Dark Summers. Poems' bij Charles Scribner's Sons. Van 1931 tot 1970 was jij poëzieredactrice voor 'The New Yorker', in 1925 opgericht door Harold Wallace Ross en zijn vrouw Jeanette Cole Grant. In augustus 1933 ontdekte jij dat Raymond jou ontrouw was. Jij zat 5 maanden in het White Plains Hospital. In 1937 ben jij officieel van Raymond gescheiden. Hij hertrouwde twee keer, eerst met de dichteres Sara Henderson Hay. In 1937 verscheen jouw dichtbundel 'Sleeping Fury' en in 1941 'Poems and New Poems'. Jij vertaalde werken van Goethe, de pacifist Pierre-Jules Renard en de militarist/filosoof/schrijver/nazi Ernst Jünger, die o.a. ether, cocaïne, hasj, mescaline en LSD gebruikte. Hij ontving het IJzeren Kruis I en II, maar hij redde ook Joodse mensen.

Jouw gedichten verschenen in 'The New Republic', opgericht in 1914 door Herbert David Croly, Walter Lippmann en Walter Edward Weyl. Verder in 'The Nation', opgericht in 1865 door Joseph H. Richrds en gevestigd op 210 Broadway, in 'Poetry: A Magazine of Verse', opgericht in 1912 door de eerbiedwaardige Harriet Monroe, en in 'Scribner's', opgericht in 1887 door Charles Scribner II en Arthur Hawley Scribner, met als stafschrijvers Ernest Hemingway, Edith Wharton, John Galsworthy en Richard Harding Davis, die op 11 april 1916 in New York door een hartaanval overleed en 51 jaar werd. Zijn tweede vrouw was de actrice/zangeres Elizabeth Genevieve McEvoy, met wie hij in 1915 de dochter Hope kreeg. Elizabeth werd als Bessie McCoy beroemd met het komische nummer 'The Yama Yama Man'. Elizabeth overleed op 16 augustus 1931 na een darmoperatie in Bayonne. Zij werd 43 jaar. In 1945 werd jij tot Poet Laureate of the Library of Congress benoemd. In 1955 verscheen 'Collected Poems, 1923 - 1953', waar jij in 1955 de Bollingen-prijs voor kreeg. In 1959 kreeg jij een prijs van de Academy of American Poets, de Academy Fellowship. Samen met William Jay Smith publiceerde jij de bloemlezing 'The Golden Journey: Poems for Young People'. In 1968 verscheen 'The Blue Estuaries: Poems, 1923 - 1968'. Vanwege jouw chronische depressie kreeg jij psychiatrische hulp. Jij doceerde aan de universiteiten van Washington, Chicago en Arkansas.

Jij was dik bevriend met de dichter Theodore Huebner Roethke, geboren op 25 mei 1908 in Saginaw, Michigan. Op zijn 14-de overleed zijn vader Otto door kanker en pleegde zijn oom zelfdoding. Hij was manisch-depressief en zijn zeer introspectieve werk heeft Sylvia Plath sterk beïnvloed. Hij was een zware alcoholist en vatbaar voor geestesziekten. In 1953 trouwde hij met Beatrice O'Connell en op 1 augustus 1963 kreeg hij een hartaanval in een zwembad op Bainbridge Island. Hij werd 55 jaar. Jij had een liefdesrelatie met Theodore voordat hij in 1941 met de dichtbundel 'Open House' (1000 genummerde exemplaren) debuteerde. Jij overleed op 4 februari 1970 in jouw huis in Greenwich Village, NYC. Jij werd 72 jaar en jij bent gecremeerd. Raymond overleed op 26 juni 1972 in North Newport.

Louise Mary Bogan

• 1
• 2
• 3
• 4
• 5

5.0 met 1 stemmen 54