Een geheime geest in een verkeerd lichaam

(voor Mary Diana Dods (1790 - 1830))

Jij bent geboren in 1790 en jij noemde jezelf Walter Sholto Douglas. Jij was een transgenderschrijver. Jij bent in 1790 gedoopt als Mary Diana Dods en jij was het onwettige kind van George Douglas, 16de graaf van Morton, een voormalige Lord Lieutenant van Fife en Hoge Commissaris van de Kerk van Schotland. Zijn familiezetel Dalmahoy House was nabij Edinburgh. Jij bent in Londen opgegroeid en jij gebruikte het pseudoniem David Lyndsay voor jouw werk. Met dit pseudoniem creëerde jij een mannelijke identiteit. Jij was goed bevriend met Mary Shelley, die wist van jouw gammele identiteit en die jou hielp met een vals paspoort, waardoor jij in Parijs als getrouwde man kon leven. Jij werd gedwongen om naar Parijs te verhuizen, anders zouden de mensen jou ontmaskeren. Jouw vrouw heeft jou verraden. Zij liet jouw achter in een gevangenis voor schuldenaars, waar jij overleed.

In 1821 stuurde jij het gedicht 'Plague of Darkness' naar de uitgever William Blackwood van 'Blackwood Magazine', opgericht in 1817. William was diep onder de indruk en hij vroeg jou om meer te sturen en een boek te publiceren. Jouw zus Georgiana was ook een onwettig kind. Jullie vader was ook een kamerheer van de koningin-gemalin. Jullie moeder was waarschijnlijk een bediende van jullie vader, die naast Dalmahoy House ook Aberdour Castle in Fife bewoonde. Jullie vader verborg jullie voor de boze wereld en het grootste deel van jullie vroege leven verbleven jullie binnen zijn huishouden. Rond 1808 trouwde Georgiana met kapitein John Carter en ging zij met hem mee naar India. Jij bleef tot 1814, toen jouw vader met een jongere vrouw trouwde. Jij ontving vanaf die tijd een toelage van jouw vader. Jij ging naar Swansea, waar jij schulden maakte. Kapitein John Carter overleed kort na zijn huwelijk met Georgiana. Georgiana voegde zich met haar twee kinderen bij jou. In 1820 verhuisden jullie naar Londen. De toelage was veel te weinig, terwijl jullie vader in grote weelde leefde. Jullie hadden grote schulden, maar jullie vader schold jullie steeds uit, omdat jullie volgens hem boven jullie stand leefden. Hij kleineerde en veroordeelde jullie, heel gemeen en hypocriet. In 1822 verscheen jouw boek 'Drama's of the Ancient World', wat jij op verzoek van William had geschreven.

Samen met een vriend gaf jij privélessen, maar het inkomen bleef te weinig en jouw boek verkocht slecht. Jij ging naar de salons en soirees met de meest erudiete en intellectuele figuren. Daar ontmoette jij Mary Shelley. Eliza Rennie, een man in vrouwenkleren, beschreef jou: 'Iemand met kort, dik, krullend haar, dat leek op dat van een man, in zijn witte jurk en korte, groene jasje, geheel tegen elke mode van die tijd in, leek 'zij' op het eerste gezicht iemand van het mannelijke geslacht in de maskerade van vrouwelijke kleding...'. Hij schreef ook over jou: 'Zeer scherpe en doordringende, zwarte ogen, een teint extreem bleek en ongezond, haar figuur was kort.'. Mary Shelley hielp jou door jou als David Lyndsay bij haar uitgevers aan te bevelen. Mary heeft jou aan Isabella Robinson voorgesteld, jouw latere vrouw. Zij was 17 jaar en zwanger. In 1825 verscheen jouw boek 'Tales of the Wild and the Wonderful' anoniem bij Littell. Tegen 1826 noemden Isabella en jij elkaar de heer en mevrouw Sholto Douglas. Isabella stuurde jouw autobiografische verhaal 'Transmogrifications' naar William Blackwood. Jij schreef over jouw leven van kind naar volwassene en dan geheel vanuit een mannelijk perspectief, zoals jij graag gewild had. In die tijd kreeg Isabella de dochter Adeline. De biologische vader is onbekend en jij werd in haar geboorte-akte als haar vader vermeld. Vanwege Adeline zijn Isabella en jij getrouwd. Mary Shelley schreef in haar brieven aan vrienden over 'de Douglases'. Mary had een romantische relatie met Jane Williams gehad.

Jouw vader overleed en hij is bij de Ratho Parish Church begraven, bij de andere graven van Morton. Georgiana en jij kregen een kleine erfenis, terwijl de toelagen stopten. Samen Georgiana, Mary Shelley en hun kinderen verhuisde jij in september 1827 naar Parijs. In Parijs kon jij jezelf in de literaire kringen eindelijk geheel als man presenteren. Jij voelde jezelf nooit gelukkig in de rol van vrouw, die jij gedwongen was te spelen. In een boek, dat jij in 1822 aan Mary gaf, schreef jij: 'Er is angst in mijn borst, een verdriet dat niet gedroomd is, niet geraden, een oorlog die ik ooit moet voelen, een geheim dat ik nog steeds moet verbergen, ik sta alleen op aarde, met niemand die mijn geheime geest kent.'. In Parijs kon jij eindelijk jouw ware zelf zijn. In 1823 had Isabella een affaire met een belangrijke, literaire Fransman. Jij had altijd fysieke zwakheden gehad en die verergerden nu, ook mentaal. Jij was vreselijk bang dat jouw nieuwe kennissen jouw vroegere zelf ontdekten en er waren nog steeds geldproblemen, die niet door jouw publicaties werden opgelost. Jullie Franse kennis Mary Clark schreef in november 1829, dat jij wegens schulden in de gevangenis zat. Een vriend had een valse snor en valse bakkebaarden voor jou gekocht. Jouw gladde huid zonder scheermiddelen zou anders een probleem vormen.

Jij sprak ook vloeiend Frans, Italiaans, Duits, Spaans en Latijn. Jij had een nauwe relatie met de dichteres Jane Cleveland Williams, op wie Percy Bysshe Shelley verliefd was, vooral op haar hypnotiserende zangstem. Shelley kocht een gitaar en een flageolet voor Jane, maar een harp vond hij te duur. Zij speelde gitaar, fluit en harp. Jane's tweede man was de legerofficier Edward Ellerker Williams, die op 8 juli 1822 samen met Shelley en de jonge schipper Charles Vivian verdronk en 29 jaar werd. Met Edward kreeg zij Edward Medwin en Jane Rosalind. Jane en Edward waren bevriend met Percy en Mary Shelley, vooral in Pisa, waar zij ook Lord Byron ontmoetten. Jane hertrouwde met de advocaat/schrijver Thomas Jefferson Hogg, met wie zij Mary Prudentia en Sarah Prudentia kreeg. Jij had o.a. aanvallen van een leverziekte en een lange scheiding van Isabella hakte er ook in. Jij overleed in 1830 op een beroerde wijze in de gevangenis voor schuldenaren. Jij werd 39 jaar en jij bent in een ongemarkeerd paupergraf in Parijs begraven. Isabella hertrouwde na 10 jaar en zij leefde daarna nog 30 jaar. Adeline trouwde in 1853 met Sir Henry Drummond Charles Wolff, diplomaat en politicus van de Conservatieve Partij. In 1862 werd hun dochter Adeline Georgiana Isabel Wolff geboren, die romanschrijfster werd.

Mary Diana Dods

• 1
• 2
• 3
• 4
• 5

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 47