Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

De kunstminnende bewoner van het Teylers Museum

(voor Wybrand Hendriks (1744 - 1831))

Je bent geboren op 24 juni 1744 in Amsterdam. Jouw vader was de beeldhouwer Hendrik Hendriksz en jouw moeder was Aaltje Claasdr. Jouw broers waren Hendrik jr. en Frans, die beiden beeldhouwers werden. Jouw zus Cornelia trouwde met de beeldhouwer Rijk Rijke.

Je leerde te schilderen door te werken voor de decoratieve behangfabriek van Johannes Remmers. In 1772 kocht je een behangbedrijf van Anthony Palthe, de zoon van de kunstschilder Gerhard Jan Palthe, die vooral in zijn woonplaats Deventer schilderde, een leerling Gerrit Dou, een leerling van Rembrandt, en beroemd vanwege zijn portretten.

In 1775 trouwde jij met de weduwe van Gerhard Jan Palthe, Agatha Ketel. In 1773 had je een tekening van Agatha in rouwkleding gemaakt. Gerhard Jan was op 30 juli 1767 in Deventer overleden.

In 1791 maakte je een schilderij van Agatha, die tegenover jou aan een tafel zat, waarschijnlijk in het Teylers Fundatiehuis aan de Damstraat 21 in Haarlem, want je had jouw atelier in de oude tekenkamer van de Teylers tekenacademie, die naar het stadhuis was verhuisd.

In jouw trouwjaar reisde je naar België en Engeland. Je was vijf jaar de directeur van de Haarlemse Tekenacademie. Van 1785 tot 1819 was jij kastelein/curator van de Teylers Stichting, die was opgericht om de erfenis te beheren van de Haarlemse laken- en zijdehandelaar/bankier/filantroop Pieter Teyler van der Hulst, die op 8 april 1778 was overleden. Je woonde in het Fundatiehuis en je was vooral werkzaam als curator van de kunstcollectie. Je schilderde de directeuren van het Teylers Museum, de Ovale zaal en de binnenplaats van het Fundatiehuis. Deze twee laatste schilderijen zijn waarschijnlijk met behulp van bolle spiegels en andere, optische middelen gemaakt, gezien de vervormde perspectieven.

Je ging naar vele veilingen in Nederland om tekeningen voor de collectie te kopen. Die tekeningen restaureerde je en je werkte ze bij en je vulde ze aan. In 1785 volgde je de schilder/kunsthandelaar Vincent Jansz van der Vinne op als curator van het Teylers Museum. Vincent vertrok na een fikse ruzie met de directeur Martinus van Marum, die ervoor zorgde dat de grootste elektriseermachine van zijn tijd werd gebouwd.

Als curator was je in 1790 betrokken bij de aankoop van 1700 Italiaanse werken uit de Livio Odescalchi Collectie van Christina de Eerste van Zweden. Dit lukte vooral door de man, die de aankoop deed, de politicus en kunstverzamelaar Willem Anne Lestevenon, die in 1788 naar Rome ging. In die collectie zitten werken van Michelangelo, Rafaël, Guercino, Salvator Rosa, Claude Lorrain en Hendrick Goltzius.

Jouw leerlingen waren Hermanus van Brussel, Warnaar Horstink, Gerrit Johan van Leeuwen, die directeur van de Arnhemse tekenacademie was, Hendrina Alida Sollewijn, Abraham Vallenduuk en Jacobus Vrijmoet.

In 1802 overleed jouw vrouw Agatha en in 1806 hertrouwde je met Geertruid Harmsen, de weduwe van J. Radeker, de stadsorganist van Haarlem.
Je maakte ook grisailles, waarvan er één boven een open haard in het Frans Hals Museum hangt.
In 1817 overleed Geertruid.

In 1819 verhuisde je naar een huis aan de Oude Gracht. Je was regent van het Vrouwe- en Antony Gasthuis hofje, gemeenteraadslid en een patriottische aanhanger van de Franse revolutie.

Op 28 januari 1831 overleed je in Haarlem. Je werd 86 jaar.

Schrijver: Joanan Rutgers, 24 januari 2017


Geplaatst in de categorie: idool

4.3 met 3 stemmen 72



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)