Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

De zondebok van projecterende smeerlappen

(voor Tanneke Sconyncx (1560 - 1603))

Je bent geboren als Anna De Coninck in 1560 in Gottem. Je was een prachtige vrouw. Je was getrouwd met Thomas Vandermeulen. Jullie kregen samen vier kinderen. Jullie hadden samen een boerenhoeve, waar jullie van leefden. Vanwege de heersende dorps- en burenruzies werden er over jou verdachtmakingen van hekserij verspreid. Jouw neef Hubrecht Meganck, de baljuw van de heerlijkheid Ter Beke te Gottem, en een advocaat hebben jou aangeraden om een juridisch purgeproces aan te gaan om jezelf van de hekserij-betichtingen te ontdoen.

Zo werden er aanplakbiljetten opgehangen, waarop men meldde, dat iedereen die jou een heks vond, dat kon melden. Tenslotte werd er op een uiterst malafide manier een zwak kritiekpunt tegen jou ingediend. Baljuw Meganck was er blij mee, want zo kon er een proces met gevangenneming en ondervraging beginnen. Daarvoor had je jezelf al door de pastoor laten onderzoeken op hekserij. Voor de zekerheid nam je ook jouw dochter mee, zodat die nooit met dezelfde lastercampagne te maken zou krijgen.

De bijgelovige pastoor onderzocht jullie op eventuele duivelstekens. Jullie werden beiden geheel uitgekleed, maar jij liet het niet gebeuren dat de pastoor alleen met jouw dochter in de sacristie was en dat was de perverse, gefrustreerde reden, dat de pastoor jou van hekserij en overspel met de duivel beschuldigde.

Baljuw Meganck was ondertussen vol begeerte naar seks met jou geworden en toen jij het vertikte om op zijn verleidingstrucs in te gaan, nam hij op een valse wijze wraak. Hij zocht zelf naar belastende getuigen en hij startte een eigen procedure wegens hekserij tegen jou. De gerechtsdeurwaarder in de stad Deinze beschuldigde jou van hekserij en hij arresteerde jou. Jij ontkende zijn beschuldigingen en je zei dat hij jou wraakzuchtig beschuldigde, omdat je hem seksueel weigerde. De standaardbeschuldigingen werden uit de kast getrokken: ze zeiden dat jij een eng toverpoeder had en dat je een paard ziek had gemaakt. De baljuw zei dat je een verbond met de duivel had gesloten, omdat je door opgetrommelde 'getuigen' op een heksensabbat was gezien.

Op kerstavond 1602 werd je in de gevangenis van Tielt opgesloten. Dat was op de hoek van de Hoogstraat en de Sint-Jansstraat. De Hallentoren op de Markt was in 1275 gebouwd. Jij ontkende alle beschuldigingen en je verdedigde jezelf door te zeggen, dat de baljuw wraak op jou wilde nemen, omdat jij hem seksueel had afgewezen en bovendien wilde hij jouw geld en goederen hebben. In de Hallentoren werd je onderzocht op duivelstekens. De Gentse beul Baudewijn Waelspeck heeft jou gemarteld. 's Nachts maakte Baudewijn met een bijtend zuur littekens bij jou, die hij de dag daarna als duivelstekens aanwees. Jouw beklag over deze gemene wandaad mocht niet baten.

Door de gruwelijke folteringen bekende jij tenslotte alles waar men jou van beschuldigde, ook de seksuele handelingen met de duivel, die volgens jou een koude penis had, waar geen sperma uit kwam. Na de martelingen ontkende je alle bekentenissen, waarna je opnieuw extreem gepijnigd werd. Je werd van 23 mei tot 2 juni 1603 gemarteld. Tijdens de laatste foltering, die vier etmalen had geduurd, ben je op 2 juni 1603 overleden. Sadistisch doodgemarteld. De chirurgijn Salomon Marcx uit Tielt zei dat jouw dood geen gevolg van jouw lichamelijke wonden was, maar dat de duivel jouw nek had gebroken. Baljuw Meganck veroordeelde jou en stal een deel van jouw bezittingen.

Omdat jij geen vergiffenis voor 'jouw zonden' had gevraagd, werd jij in een ongewijde grond in Gottem begraven. Hoewel een ongewijde grond op zich natuurlijk de grootst mogelijke, denkbeeldige onzin was. Één van de vele, schandalige leugens van de kerkmensen. Goochelen met de kortzichtige goedgelovigheid van het onbewuste volk. Puur uit egoïstisch belang. Om aanzien, macht en materieel gewin. Grondgebied en kolossale gebouwen; kerken, kathedralen, kloosters en paleizen. Je werd dicht bij een vijver begraven, nabij de Pontstraat, die nog steeds de heksenput heet.

In 1994 werd er op de Markt in Tielt een schoon beeld van jou onthuld, gemaakt door de kunstenaar Jef Claerhout (Tielt, 1937). Op een plaquette aan de Hallentoren staat een gedichtje van Monique Simon: 'Tannekin/ duivelin/ toveresse/ zwarte messe/ satansbruid/ heksenkruid/ Gottem en Tielt/ wat heeft u bezield.

Schrijver: Joanan Goddess Namaste, 21 februari 2019


Geplaatst in de categorie: idool

4.0 met 1 stemmen 97



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
boukje
Datum:
20 september 2022
Heel interessant onderwerp! Echt een leuk deel van de geschiedenis om te onderzoeken !

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)