Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Wreed gescheiden van jouw bloedeigen kinderen

(voor Kasia von Szadurska (1886 - 1942))

Je bent geboren als Margarethe Casimirovna Schadursky op 23 februari 1886 in Moskou. Toen jij vier jaar was, ging jij naar Duitsland en werd jij door de familie Sternberg in Dresden geadopteerd. In 1903 ging jij anderhalf jaar naar Düsseldorf, waar jij van de schilder/lithograaf Willy Spatz tekenlessen kreeg. In mei 1905 verhuisde je naar Hamburg, waar de erudiete schilder/illustrator Carl Rotte jouw leraar was. Je maakte portretten en je schilderde de dieren in Tierpark Hagenbeck, in 1848 begonnen met de visboer Gottfried Hagenbeck, die zes zeehonden kocht en ze presenteerde.

Op 23 september 1907 ging jij op de Theresienstrasse 66 in München wonen. Van 1907 tot 1909 ging jij naar de Damenakademie aan de Barer Strasse 21. In de zomers werd er in Seebruck gewerkt. De docenten waren Adolf Höfer, Tina Blau, Jeanne Bauck, Marie Schnür, Max Feldbauer, getrouwd met de schilderes Elise Eigner, Angelo Jank en Walter Püttner. Je kreeg vooral les van de Art Nouveau schilder/illustrator Robert Engels, die hoofd- en naakttekenen gaf. Daarna verbleef je enkele jaren in Dresden en Berlijn, waar je aan grafische kunst en posterkunst deed. Kort na jouw aankomst in München ontmoette jij de advocaat Otto Ehinger uit Meersburg. Op 26 april 1910 zijn Otto en jij in Niedergrund getrouwd. Otto's vader was de eigenaar van een brouwerij in Meersburg. Otto studeerde van 1902 tot 1908 rechten in Freiburg en München. Hij werkte als publicist en reisjournalist.

Jij bent in 1913 door Julius Staudt op Unter den Linden 47/ Ecke Friedrichstrasse op de eerste etage in Berlijn gefotografeerd. Je droeg een grote hoed met een strik en er zat een heldere zachtheid op jouw gelaat.

In 1914 ging Otto naar de familiebrouwerij terug om zijn dienstplicht te ontlopen. Jij was toen in Dresden, waar de expressionistische schilder Conrad Felixmüller, een masterstudent van de schilder/kunstschrijver Carl Bantzer, in 1915 een houtskooltekening van jou maakte. Jij woonde en werkte zo'n 25 jaar in Konstanz en Meersburg aan het Bodenmeer. In 1914-1918 woonde jij met Otto in Konstanz, waar ooit de Keltische stam Helvetier woonde, en met de middeleeuwse Rheintorturm en de Schnetztor. De schilderes Anna Marie Ellenrieder is in Konstanz geboren en begraven. Zij schilderde portretten en religieuze kunst. Zij was de hofschilderes van groothertog Ludwig.

In december 1915 deed de Konstanzer Zeitung verslag van jouw kunstwerken. Toen jouw schoonmoeder overleed, nam Otto de brouwerij in Meersburg over. Otto deed alsof hij een alleenstaande man was, toen hij zich met de politiek bemoeide. Hij hield jou verborgen voor zijn tegenstanders, maar die ontdekten dat hij in de weekenden geregeld naar jou ging. Op 12 januari 1919 had hij tot parlementslid gekozen kunnen worden, maar hij haakte af. In 1920 werd jullie zoon Till geboren. In 1922 verhuisde jij met Otto en Till naar Meersburg. In 1923 werd jullie tweede zoon Thorgrim geboren. Rond 1925 maakte jij een subtiel zelfportret een lichte voile. In 1933 schilderde jij Helga Schlegel, de dochter van de fotograaf Werner Schlegel uit Bregenz. In 1935 zijn Otto en jij gescheiden. Otto kreeg de voogdij over jullie twee zonen. In 1934 keerde jij naar Konstanz terug. Jij kreeg in 1935 de schuld van de scheiding, omdat jij een relatie met de schilder Johannes Kutscher uit Konstanz toegaf.

Jij maakte portretten, bloemstillevens en landschappen. De Städtische Wessenberg-Galerie in Konstanz, met als directeur Heinrich Schmidt-Pecht, kocht in 1929 jouw schilderij 'Fähre von Meersburg' en vier tekeningen van de Joodse danseres Tatjana Barbakoff (Tsipora Edelberg), maar ze werden door de nazi's in beslag genomen. De tekeningen werden een jaar later teruggegeven. Tatjana (1899 - 6 februari 1944) is in Auschwitz door vergassing vermoord. Tatjana had een zeer aantrekkelijk charisma. Ze werd ook door Rudolf Heinisch, Waldemar Flaig en Wilhelm Schmurr geschilderd. Ze werd 44 jaar. De Joodse, succesvolle fotografe Else Ernestine Neuländer-Simon fotografeerde Tatjana. Else werd op 31 december 1944 in Sobibor vermoord. Zij werd 44 jaar.

Vanaf eind 1937 had jij steeds meer contacten in Berlijn, waar jij steeds langer verbleef. In 1940 werd je lid van de Vereniging van Berlijnse Kunstenaars, opgericht in 1867. Je deed mee aan minstens twee exposities. Je was een gebroken vrouw, vanwege jouw scheiding van de kinderen en jouw slechte gezondheid. Je moest een borstamputatie ondergaan en op 3 april 1942 ben jij in een ziekenhuis in Berlijn overleden. Je schilderde ooit een zelfportret met één blote borst. Je hebt jouw zonen vaak geschilderd. Je werd 56 jaar.

Schrijver: Joanan Rutgers
2 december 2020


Geplaatst in de categorie: idool

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 46



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)