Een veelschrijfster van hoog niveau

(voor Marjorie Bowen (1885 - 1952))

Jij bent geboren als Margaret Gabrielle Vere Campbell op 1 november 1885 op Hayling Island in Hampshire. Jouw moeder was Josephine Ellis Bowen, een verbitterde toneelschrijfster. Jouw vader was de alcoholistische Vere Douglas Campbell, die het gezin al snel verliet en verwaarloosd overleed in een straat in Londen. Jouw jongere zus en jij groeiden op in armoede en met een weinig aanhankelijke moeder. Er waren vaak alleen maar aardappelen of een snee brood te eten, al had jouw moeder altijd wel geld voor haar sigaretten. Nana was jullie incompetente huishoudster. Jij studeerde aan de Slade School of Fine Art en later in Parijs. Op jouw 16-de schreef jij jouw gewelddadige en historische debuutroman 'The Viper of Milan', die een bestseller was. Jouw boeken waren de belangrijkste, financiële steun voor jouw familie. Jouw nicht was de kunstenares Nora Molly Campbell (1888 - 1971). Jouw moeder had lesbische vriendinnen, waar jij in 'The Queer Story of Charlotte Clarke' en 'Old Patch's Medley' over schreef. In 1909 verscheen 'Black Magic: a Tale of the Rise and Fall of the Antichrist', over een middeleeuwse heks.

Van 1912 tot 1916 was jij getrouwd met de Siciliaanse Zefferino Emilio Constanza. Jij trouwde niet uit liefde, maar om de kans op vrijheid. Jullie woonden in Toscane en Zef werkte in een engineering- en mijnbouwbedrijf. Jullie reisden in een zijspan-motorfiets. Vanaf 1914 woonden jullie op Sicilië, waar de mannen domineerden en er veel bijgeloof heerste. Tijdens de bevalling van een zoon werd jij met handen en voeten vastgebonden en verliep alles uitermate gruwelijk. Zef had woede-uitbarstingen en hij kreeg tuberculose, waardoor hij zijn baan verloor. Jullie verhuisden naar een sombere boerderij in Kent, waar Zef pluimveehouder werd. Jullie kregen een dochter, die na 5 maanden door meningitis overleed. Jouw verhaal 'The Blue Glove' gaat over een spookbaby. Zef ging terug naar Italië en hij huurde een veel te dure villa in Toscane. Hij was stervende en een paria. Jij volgde hem en jij verzorgde hem. Als zijn vrouw werd ook jij als een paria behandeld. In 'Stinging Nettles' schreef jij over deze nare en zware periode. Jij kreeg een liefdesrelatie met de dokter van Zef, die dubbel zo oud was. Nadat Zef overleed, ging jij naar jouw zoon in Engeland terug. De dokter overleed ook.

In 1917 hertrouwde jij met Arthur L. Long, die lui en incompetent was. Samen met hem kreeg jij twee zonen. Jouw pseudoniemen waren Marjorie Bowen, Joseph Shearing, George R. Preedy, Robert Paye en John Winch. Jij schreef veel historische romans, zoals een trilogie over koning Willem III; 'I Will Maintain', 'Defender of the Faith' en 'God and the King'. Deze trilogie is in het Nederlands vertaald door de in Londen wonende Maria Frieswijk-de Bas, opgedragen aan haar vader generaal-majoor François de Bas. Jij schreef ook realistische geschiedenisboeken en diverse mysterieromans, geïnspireerd door ware misdaden, zoals 'Forget-me-Not', 'Moss Rose', 'The Golden Violet' en 'For Her to See'. Verder schreef je bovennatuurlijke horrorromans, zoals 'Dr. Chaos and the Devil Snar'd' en 'The Poisoners'. Jouw boeken zijn zeer gewild bij liefhebbers van gotische horror. Op de portretfoto van jou uit 1922 ben jij werkelijk betoverend mooi. Jouw hobby's waren schilderen, handwerken en lezen. Jij schreef meer dan 150 boeken, o.a. de biografie 'The Shining Woman: Mary Wollstonecraft Godwin', 'The Third Mary Stuart, Mary of York, Orange and Holland' en 'Holland - a touristic guide for Holland'.

In 1926 verscheen 'Mistress Nell Gwyn', over de minnares van koning Charles II of England. De humoristische Nell Gwyn is geboren als Eleanor Gwyn op 2 februari 1650. Zij was een actrice en prostituee. Simon Pieterz Verelst schilderde twee schitterende portretten van haar. Op de ene houdt zij een jasmijnbloem vast en is zij heel wit, geisha-achtig, met een dik parelsnoer rond haar nek. Op beide portretten is de top van haar rechtertepelhof te zien als een weerkaatsing van de blos op haar wangen. Daarop was ze zo'n 30 jaar. Zij overleed op 14 november 1687 door apoplexie als gevolg van syfilis. Zij werd 37 jaar en zij is begraven in de Church of St Martin-in-the-Fields te Londen. Dominee Thomas Tenison, de latere aartsbisschop van Canterbury, deed de uitvaartdienst. Het boek werd in 1926 ook verfilmd door Herbert Wilcox, met Dorothy Gish als Nell Gwyn. In de film 'Stage Beauty' uit 2004 van Sir Richard Eyre wordt Nell door Zoë Tapper gespeeld. Nell's leven is meermaals verfilmd. De roman 'Dickon' gaat over koning Richard III van Engeland. Jij schreef een levensstudie over de theoloog/geestelijke John Wesley, een leider van het Methodisme.

Jouw andere verfilmde romans zijn: 'General Crack', 'Moss Rose', 'Blanche Fury', 'Airing in a Closed Carriage' en 'So Evil My Love'. 'The Scandal of Sophie Dawes' uit 1934 gaat over de courtisane/barones Sophie Dawes, de minnares van prins Louis Henri Joseph de Bourbon. Haar vader was een alcoholistische visser. Zij ontmoette de prins in een eersteklas bordeel op Piccadilly. Jij noemde haar 'een jonge slet', 'een gootrat' en 'een vulgaire lichtekooi'. In 1952 verscheen 'In the Steps of Mary Queen of Scots' en in 1954 verscheen postuum jouw laatste roman 'The Man with the Scales'. Op 23 december 1952 overleed jij in het St Charles Hospital in Kensington, Londen, na een ernstige hersenschudding als gevolg van een val in jouw slaapkamer. Jij werd 67 jaar.

Marjorie Bowen

• 1
• 2
• 3
• 4
• 5

5.0 met 4 stemmen 56