De onderschatte maîtresse van William Merritt Chase

(voor Annie Traquair Lang (1885 - 1918))

Jij bent geboren op 8 september 1885 in Philadelphia. Jouw vader was de advocaat James Traquair Lang (1858 - 1920) en jouw moeder was Winona Barker Sewell Lang (1862 - 1928). Jij was de tweede van zeven kinderen. Jij studeerde aan de Public Industrial Art School op 312 North Broad Street en daarna aan de Philadelphia School of Design for Women op 1346 North Broad Street, de grootste kunstschool voor vrouwen in Amerika, dankzij de leiding van de schilderes/graveur Emily Sartain, die van 1866 tot 1920 de directrice was. Andere leerlingen waren er o.a.: Alice Barber Stevens (ook lerares), de illustratrice Jessie Willcox Smith, de illustratrice Elizabeth Shippen Green, de beeldend kunstenares Alice Neel, Elenore Plaisted Abboth, Theresa Berner (1890 - 2002), Mary-Russell Ferrell Colton, de schrijfster Anne Parrish, Lillian Mathilde Genth, Bessie Pease Gutmann en Katharine Pyle. Jij kreeg les van Robert Henri. Verder ging jij naar de Chase's Summer Art School op Long Island, in de Shinnecock Hills Summerschool of Art van William Merritt Chase, die van 1891 tot 1902 bestond.

De journaliste/fotografe Lillian Baynes Griffin kwam ook bij Chase op Long Island. Zij was van 1899 tot 1908 de vrouw van de schilder Walter Griffin. Lillian had een fotostudio op 39 West 67th Street in Manhattan. Zij portretteerde o.a. koningin Eleonore Reuss van Köstritz, de First Lady USA Frances Clara Cleveland en haar dochter Esther, en hertogin Infanta Eulalia van Galliera. Zij maakte ook artistieke naaktfoto's van zowel vrouwen als mannen. Ik had best graag voor haar willen poseren. Lillian overleed in 1916 door een longontsteking en meningitis. Zij werd 44 of 45 jaar. Jij studeerde ook aan de Pennsylvania Academy of the Fine Arts, waar jij beurzen voor reizen naar Europa won. Jouw andere leraren waren Elliott Daingerfield, Eliza Cecilia Beaux en Thomas Pollock Anshutz. Elliott's eerste vrouw Roberta Strange French overleed tijdens een bevalling in 1891. Hij hertrouwde met in 1895 met Anna Grainger, met wie hij de dochters Gwendoline en Marjorie kreeg. Ik noem zijn schilderij 'The Forest Pool' uit ongeveer 1915. Thomas Anshutz was getrouwd met Effie Shriver Russell en hij overleed op 16 juni 1912 in Philadelphia. Ik noem zijn schilderij 'A Passing Glance' uit 1900. Superbe! Rond 1911 verhuisde jij naar Manhattan.

Jij schilderde de uitzichten op North Carolina, Venetië, Florence, Brugge en Carmel in Californië. Jij reisde ook naar Brussel, Den Haag en Amsterdam. Jij poseerde voor portretten van Chase, o.a. in de zomer van 1911 in een zwarte jurk op een lichtgroene bank. Dat was bij de villa van Chase, Villa Silli, op zijn landgoed op een heuvel bij Florence. Daar heb jij Chase in 1910 voor het eerst geportretteerd. Chase is geboren op 1 november 1849 in Nineveh, Indiana. In 1887 trouwde hij met Alice Gerson, met wie hij acht kinderen kreeg. Zijn oudste dochters Alice en Dorothy poseerden vaak voor hem. Jij werkte samen met hem op zijn zomerscholen in Florence (1910, 1911), Brugge (1912), Venetië (1913) en Carmel (1914). In 1914 exposeerde jij in Londen en kreeg jij een zilveren medaille op de Panama Pacific Exposition. Jij was jarenlang de 36 jaar jongere minnares van Chase. Jij portretteerde ook de kunstpedagoog James Liberty Tadd (1850 - 9 juni 1917), de kunstenares Helen Thurlow, de actrice Maude Adams, de schrijfster Mary Hunt Austin en de schilderes/dichteres gravin Gabriella Fabbricotti, geboren in 1878 in Florence. Gabriella was vooral een bloemenschilderes en zij was in 1914 getrouwd met Galeazzo Sommi Picenardi en later met admiraal Francesco Bertonelli. Zij overleed op 27 januari 1943 en zij is in de Cimitero Evangelico degli Allori in Florence begraven. James Tadd was de directeur van de Philadelphia Public School of Industrial Art. Zijn vrouw was de kunstenares Mary Margaret Ivins en hun dochter was Edith. In 1900 stichtte hij de Adirondack Summer Art School op McKenzie Pond.

De beeldschone Maude Adams was lesbisch en zij had liefdesrelaties met Lillie Florence, de actrice Spring Byington en van 1905 tot 1951 met Mary Louise Boynton. Maude Mary Louise zijn naast elkaar onder één grafsteen begraven bij het Cenacle-klooster in Ronkonkoma, wat van de Zusters van het Cenakel is. Maude overleed op 17 juli 1953 en zij werd 80 jaar. In 1910 werd jij geprezen voor 'The Gray Kimono' en 'Tea Time Abroad'. Jij schilderde de illustratrice Helen Thurlow in een Japanse kimono en met een dichtgeklapte waaier. Zij was de dochter van Thomas Thurlow en Annie Butler uit Lancaster. In 1911 exposeerde jij in Rome. In 1912 schilderde jij 'From Mr. Chase's Studio Window, Brugge'. Je voelt dat er passie in de lucht hangt. In 1912 schilderde jij ook een portret van Isabella Lothrop, een erfgename uit Detroit, die een goede vriendin van jou was en jouw zomerstudente. In 1913 schilderde jij 'Venetiaanse Piazza'. Jij hanteerde een impressionistische stijl. Jij woonde in de Colonial Studios aan West 67th Street in Manhattan. Jouw buren waren de fotografe Lillian Baynes Griffin, de kunstenares Rhoda Holmes Nicholls en de kunstenares Clara Weaver Parrish. Rhoda was getrouwd met de schilder Burr H. Nicholls, met wie zij twee kinderen kreeg, Rhoda Olive en Arundel Holmes. Rhoda studeerde ook in Chase's Summerschool en zij woonde in een herenhuis aan de West 50th Street. Clara was getrouwd met de effectenmakelaar William Peck Parrish, met wie zij de dochter Clara kreeg, die na 16 maanden overleed. Zo'n jaar later, op 29 april 1901, overleed William door een hartaanval in de trein. Hij werd 41 jaar.

William Chase overleed op 25 november 1916 in zijn herenhuis aan East 15th Street in Manhattan door cirrose. Een tijd daarvoor belde jij bij hem aan om afscheid van hem te nemen. Zijn vrouw Alice weigerde jou binnen te laten, terwijl zij wist dat jullie diep verliefd op elkaar waren. Haar jaloezie had de overhand. Voor de begrafenis van William werd er niemand uitgenodigd. Hij werd 66 jaar en hij is in de Green-Wood Cemetery in Brooklyn begraven. Enkele maanden later liet Alice het portret wat Chase in 1911 van jou maakte uit het Metropolitan Museum of Art verwijderen en zij liet er 'For the Little One', waar zij op staat, voor in de plaats ophangen. Op de een of andere manier wist jij jouw door Chase geschilderde portret te kopen, wat ook verklaart waarom jij met schulden overleed. Verder waren er gemene, criminele mensen, die jouw naam op jouw schilderijen weg haalden en er valse handtekeningen van Chase voor in de plaats zetten. Dat gebeurde zelfs met jouw mooiste portret van Chase, wat daardoor lange tijd als zelfportret werd beschouwd. In 1917 had jij een solo-expositie in de Knoedler Gallery in New York. 'Venetiaanse Piazza' was één van de 26 schilderijen, die daar werden geëxposeerd.

Jij bleef in het buitenland schilderen. Jij reisde jarenlang door Puerto Rico, Cuba en de Dominicaanse Republiek. Jij schilderde ruim een jaar in Santo Domingo. Terug in New York maakte jij plannen om vrijwilligerswerk in het door oorlog geteisterde Frankrijk te gaan doen. Tijdens de voorbereiding voor de reis kreeg jij echter de Spaanse griep. Op 8 november 1918 overleed jij door een longontsteking als gevolg van de Spaanse griep. Jij werd 33 jaar. In 2018 werd jouw 'California Poppies' voor rond de 500 dollar geveild en verkocht bij JD's Veilingen in Clinton. 'William Merrith Chase's Summer Class, Bruges' werd voor zo'n 3000 dollar geveild en ook verkocht. Dus helemaal onbereikbaar is jouw schilderwerk nog steeds niet.