Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Ware schoonheid is niet vast te leggen

(voor Genja Jonas (1895 - 1938))

Jij bent geboren als Jenny Jonas op 2 september 1895 in Rogasen (Rogozno) in Posen, van 1815 tot 1918 een provincie van Pruisen. Jouw ouders waren de Joodse sigarenhandelaar Simon Sigismund Jonas en Laura Loewenthal. Jouw broer Max Jonas is in 1894 geboren en hij was ook een sigarenhandelaar. Jouw broer Kurt (1898 - 1974) was een arts in Dresden en jouw zus Erna (1907 - 1959) was met de kleermaker Rosenbaum getrouwd en zij woonde in Seevorstadt, Dresden. Jij groeide op in Bromberg en rond 1914 ging jij naar Berlijn, waar jij tot 1918 voor fotografe studeerde. Daarna ging jij net als jouw ouders, broers en zus naar Dresden, waar jij in 1918 jouw Foto-atelier Portikus op de Bürgerwiese 6 opende.

In de jaren 20 werkte jij o.a. met de fotografe Erica Stroedel, een leerlinge van de belangrijke portretfotograaf Hugo Erfurt, die van 1906 tot 1934 in het Palais Lüttichau op de Zinzendorfstrasse 11 in de Pirnaische Vorstadt zetelde. In 1931 gaf jij enkele maanden les aan de fotograaf/schilder Wolfgang Schulze. Als kind ontmoette hij thuis o.a. Ludwig von Hofmann, Robert Sterl, Conrad Felixmüller en Otto Dix. Wolfgang overleed op 1 september 1951 in Hotel de Montalembert in Parijs door voedselvergiftiging. Hij leed ook aan levercirrose, een longontsteking en geelzucht. Hij werd 38 jaar. Zijn vrouw was de mode-kleermaakster Hélène Marguerite (Gréty) Dabija en hij was bevriend met Sartre en De Beauvoir. Hij dronk een liter Marc (brandy) per dag. De fotograaf Richard Neville Haile uit Bognor Regis bezocht jouw studio. Hij had een winkel op 59 High Street en later op 1 Lennox Street in Bognor Regis. Zijn vrouw was Clara Amelia Seymour.

In april 1925 trouwde jij met de schrijver/journalist/redacteur Alfred Otto Hugo Günther, geboren op 5 maart 1885 in Berlijn. Hij werkte voor de Dresdner Neueste Nachrichten, vooral als literatuurcriticus. In 1908 verscheen zijn dichtbundeldebuut 'Phoenix', in 1912 zijn dichtbundel 'Gott und Frauen' en in 1920 zijn dichtbundel 'Beschwörung und Traum'. Hij werkte ook voor diverse, expressionistische tijdschriften. Hij was bevriend met Conrad Felixmüller, Oskar Kokoschka en Walter Hasenclever. Alfred kreeg 2 zonen met zijn eerste vrouw, met wie hij in 1923 scheidde. In 1929 verscheen zijn korte verhaal 'Paganini in Lucca'. Hij schreef 2 toneelstukken en hij schreef over de 7 onbekende jaren van de jonge Shakespeare. Jij was vooral bekend als kinderfotografe en als fotografe voor de Joodse danseres/danslerares Gret Palucca, die met de kunstverzamelaar Friedrich Bienert trouwde en met hem aan de Bürgerwiese woonde, waar zij haar dansschool begon. Friedrich's moeder Ida Suckert was een kunstverzamelaar/mecenas van moderne kunstenaars. Gret had ook een relatie met de kunsthistoricus Will Grohmann, die vooral dik bevriend met Paul Klee was. In 1928 portretteerde jij de kunstschilder Pol (Paul Ernst Karl) Cassel met een tot sigaar gedraaide sigaret in zijn mond. Pol heeft in 1926 een portret van jou geschilderd. Hij overleed op 9 juli 1945 als Sovjet-krijgsgevangene, zijn vrouw Susanna en hun zonen Ra en Constantin achterlatend. Hij werd 53 jaar.

Vanaf 1934 woonden Alfred en jij op de Bürgerwiese 4, nadat jullie lange tijd in aparte apartementen woonden. In 1936 werd Alfred uit de Reichsschrifttumskammer gezet en mocht hij niet meer schrijven en publiceren. Hij werd medewerker in jouw fotostudio. Jij was één van de meest gewilde fotografen in Dresden en jij vervulde ook buitenlandse opdrachten, zoals het portretteren van de koninklijke familie in Engeland. Jij fotografeerde ook de danseressen Sent M'Ahesa (Else von Carlberg), Käthe Diekmann en Hilde Brumof (1902 - 1987). Via jouw zus Erna ontmoette jij de acteur Adolf Wohlbrück, die jij in 1930 portretteerde. Jij portretteerde de actrice Eugenie Schaffer, die in 1943 met haar man, de acteur Otto Bernstein, in Auschwitz-Birkenau via vergassing is vermoord. Je portretteerde de actrice Margarethe Antonia Dietrich, die in de film 'So sind die Männer' uit 1922 naast Marlene Dietrich speelde. En jij portretteerde rond 1926 de dichter/schrijver Theodor Däubler, die op 13 juni 1934 in het Sanatorium St Blasien door tuberculose en na een beroerte overleed. Hij werd 57 jaar. In 1934 maakte jij enkele landschapsfoto's op het schiereiland Samland van de Russische exclave Kaliningrad. Jij maakte ook surrealistische fotocollages.

Via jouw vriend, de kunstenaar/dichter Kurt Schwitters, kreeg jij contact met de dadaïsten. Jij hebt Kurt meerdere keren geportretteerd. Kurt wijdde een collage aan jou. Edmund Kesting maakte een experimentele foto van jou. In 1935 werd jij uit de Gesellschaft Deutscher Lichtbildner gezet, vanwege jouw 'niet-Arische afkomst'. De fotografe Annelise Silberbach-Kretschmer werd er ook uitgezet. Met haar man, de beeldhouwer Sigmund Kretschmer, kreeg zij 4 kinderen. In Parijs ontmoette zij de fotografen Florence Henri en de Joodse Ilse Bing. Jij wilde naar Engeland emigreren, maar jij kreeg kanker en jij bent op 8 mei 1938 in Dresden overleden. Gret Palucca heeft nog aan jouw bed gedanst op een aria uit 'Il trovatore' van Verdi. Jij werd 42 jaar en jij bent in de gemeentelijke begraafplaats en Urn Grove Tolkewitz in Dresden begraven. In het najaar van 1938 verkocht Alfred jouw Studio Portikus aan de fotografe Charlotte Rudolph. Op 13 februari 1945 is de studio door het bombardement op Dresden vernietigd. Veel van jouw fotografische werken gingen ook verloren. In maart 1943 werden jouw ouders in Rotterdam gearresteerd en via Westerbork naar Sobibor gestuurd, waar zij op 23 juli 1943 zijn vermoord. Alfred overleed in 1969 in Stuttgart.

Schrijver: Sir Joanan Rutgers
8 juli 2022


Geplaatst in de categorie: idool

5.0 met 1 stemmen 56



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)