Barones von Franckenstein verweert zich

(voor Kay Boyle (1902 - 1992))

Jij bent geboren op 19 februari 1902 in Saint Paul, Minnesota, aan de Mississippi. Jouw vader was de advocaat Howard Peterson Boyle en jouw moeder was de literaire en sociale activiste Katherine Elizabeth Evans, die vond dat de rijken de financieel minder bedeelden verplicht moeten helpen. Jouw oudere zus Joan is geboren op 6 augustus 1900 in Ramsey County. Jij ging naar de exclusieve Shipley School op 814 Yarrow Street in Bryn Mawr, Pennsylvania, in 1888 opgericht door de gezusters Hannah, Elizabeth en Katharine Shipley, drie wilskrachtige, goed opgeleide Quaker-vrouwen. De school opende in 1894 met 6 studenten en 9 faculteitsleden. De kunstenares/pottenbakker Beatrice Wood (1893 - 1998) ging ook naar deze school, evenals de schrijfster Jessica Knoll, die in 2015 met 'Luckiest Girl Alive' debuteerde, wat voor Netflix is verfilmd, met Mila Kunis in de hoofdrol. Jessica was op haar 15-de een slachtoffer van een groepsverkrachting en zij werd gepest, o.a. voor 'vuilnisslet' uitgescholden. In 2019 volgde haar boek 'The Favorite Sister'.

Jouw betovergrootvader van moederskant was staflid van generaal George Washington. Jouw moeder las 'Tender Buttons' van Gertrude Stein aan Joan en jou voor, zij stimuleerde de liefde voor literatuur en kunst. Jij bent vooral in Cincinnati opgegroeid. Jij studeerde architectuur aan het Ohio Mechanics Institute en viool aan het Cincinnati Conservatory of Music, opgericht in 1867 door de muzieklerares Clara Baur. In 1922 verhuisde jij naar NYC en werkte jij bij een klein tijdschrift. In 1922 trouwde jij met de Franse student Richard Brault, met wie jij in 1923 naar Frankrijk ging. Jij verbleef zo'n 20 jaar grotendeels in Europa. Na de scheiding met Richard had jij een relatie met de tijdschriftredacteur/dichter Ernest Walsh, geboren op 10 augustus 1895 in Detroit en op Cuba opgegroeid. Ernest was in 1922 in Parijs, arm, ziek en uitgeput. Ezra Pound heeft hem gered en zijn schulden betaald. Samen met de dichteres/schilderes/suffragette Ethel Agnes Mary Moorhead richtte hij het tijdschrift 'This Quarter' op, waar jij ook aan meewerkte, net als Pound, Joyce, Hemingway, Francis Picabia, Man Ray, William C. Williams en Gertrude Stein. Ethel redigeerde 'This Quarter'. Ethel was de mecenas van Ernest. Zij was een leerlinge van Alphonse Mucha en James Whistler. Zij woonde op 12 Queenstreet in Edinburgh, waar voorheen de kunstenaars Hugh Cameron en George Hay woonden en werkten. Van 1922 tot 1926 woonde zij op 36 George Street in Edinburgh.

Ernest was de laatste maanden van zijn leven in de villa van Ethel in Monte Carlo. Voor zijn gezondheid waren jullie naar de Franse Rivièra gegaan. Ernest overleed in oktober 1926 door tuberculose. Hij werd 31 jaar. Jij herdacht hem in jouw roman 'Year Before Last' uit 1932 en in het boek 'Being Geniuses Together' uit 1968, wat jij samen met Robert McAlmon schreef. In maart 1927 werd de dochter van Ernest en jou geboren, Sharon, vernoemd naar de Roos van Sharon. In 1928 ontmoette jij de schrijver/Dada-beeldhouwer Lawrence Eugene Vail, geboren op 28 januari 1891 in Parijs. Hij was de echtgenoot van Peggy Guggenheim en na hun scheiding in 1928 woonde jij van 1929 tot 1939 met Lawrence samen en zijn jullie getrouwd. Jullie kregen samen 3 kinderen; in 1929 Apple-Joan, in 1934 Kathe en in 1939 Clover. Jouw vader overleed op 20 oktober 1936 in Cincinnati en hij werd 61 jaar. Lawrence en Peggy kregen 2 kinderen, Michael Cedric Sindbad en Pegeen Jezebel Margaret. De schilderes Pegeen pleegde op 1 maart 1967 in Parijs zelfdoding met een overdosis medicijnen. Zij was chronisch depressief, geïsoleerd en lijdend. Zij was getrouwd met de schilders Jean Hélion en Ralph Rumney, met wie zij 4 zonen kreeg. Zij werd 41 jaar. Peggy had in Europa zo'n 1000 affaires met mannen gehad. In Parijs werkte jij voor diverse literaire tijdschriften en jij was o.a. bevriend met het echtpaar Harry en Caresse Crosby van de Black Sun Press. In 1928 hielp Harry jou om een abortus te betalen. In 1929 verscheen jouw debuut 'Short Stories' bij de Black Sun Press.

Op 10 december 1929 pleegde Harry zelfdoding in het atelier in het appartement van Stanley Mortimer, samen met zijn beminde Josephine Noyes Rotch. Zij gebruikten een Belgisch .25 kaliber pistool. Een tijdje daarvoor verbleven zij 4 nachten in het Book-Cadillac Hotel in Detroit, waar zij opium rookten en ongeremde seks hadden. Harry vermoordde waarschijnlijk eerst Josephine, met haar toestemming of samen. Of zij schoot eerst op zichzelf en Harry daarna op zichzelf. Josephine schreef 'De dood is ons huwelijk'. Volgens de familie Rotch en de ex-man van Josephine Albert Bigelow heeft Harry eerst Josephine vermoord. Harry werd 31 jaar en Josephine werd 21 jaar. Jij was ook bevriend met de schrijver Eugène Jolas en zijn vrouw, de zangeres Maria McDonald, die het literaire tijdschrift 'Transition' oprichtten en waar jij ook voor schreef. Zij kregen 2 dochters, o.a. de componiste Elisabeth Jolas (1926, Parijs). Eind jaren 20 ben jij van Lawrence gescheiden. Jouw roman 'Death of a Man' uit 1936 was een aanval op het nazisme. In 1943 trouwde jij met baron Joseph von Franckenstein, geboren op 30 september 1910 in kasteel Traunegg in Thalheim bei Wels. Jullie kregen samen 2 kinderen, in 1942 Faith en in 1943 Ian. Na de oorlog woonden jullie in Frankrijk, Oostenrijk, Engeland en Duitsland.

Begin jaren 50 waren jullie in Amerika, waar jullie met het McCarthyisme te doen kregen. Joseph werd door Roy Cohn ontslagen bij het ministerie van Buitenlandse Zaken en jij mocht na 6 jaar geen buitenlandcorrespondente voor The New Yorker meer zijn. Bij de meeste, grote tijdschriften stond jij op de zwarte lijst. Jij richtte jezelf steeds meer op de politiek. Jouw moeder overleed op 26 januari 1952 in Los Angeles en zij werd 76 jaar. Jij was een voorvechter van integratie en burgerrechten en jij pleitte voor het verbod op kernwapens en de Amerikaanse terugtrekking uit Vietnam. In 1957 werden Joseph en jij door het ministerie van Buitenlandse Zaken vrijgesproken. Begin jaren 60 woonden jullie in Rowayton, waar Joseph een leraar op de particuliere Thomas School for Girls was. In 1962 werkte hij weer voor het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij was cultureel attaché in Teheran, Iran. Joseph overleed op 7 oktober 1963 in San Francisco door kanker. Hij werd 53 jaar en hij is in de Golden Gate National Cemetery in San Bruno begraven. Lawrence Eugene overleed op 16 april 1968 in Cannes. Hij werd 77 jaar en hij is in de Cimetière Abadie Annexe begraven. Jij overleed op 27 december 1992 in een pensioengemeenschap in Mill Valley. Jij werd 90 jaar en jij bent bij Joseph begraven. Er staat 'His wife' op jouw grafsteen. Jouw zus Joan overleed op 30 november 1993 in Sarasota County.

Kay Boyle

• 1
• 2
• 3
• 4
• 5

5.0 met 2 stemmen 56