Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Achter het komische masker hopeloos verloren

(voor Lilian Shelley (1892 - 1933))

Jij bent geboren als Lilian Milsom in 1892 in een café in Bristol. Jouw vader Albert Milsom was de hoteleigenaar van het Gaiety Hotel aan Christmas Steps in Bristol. Op 1 juli 1892 ben jij in de St Barnabas Church gedoopt. In oktober 1894 werd jouw broer Albert in deze kerk gedoopt en jullie woonden toen in het Woodwell House aan de St George's Road. In 1901 woonden jullie op 2 Christmas Steps. Jouw vader was toen 34 jaar, jouw moeder Mary 32 jaar, Albert 6 jaar en jij 8 jaar. In 1895 is jouw jongste broer geboren, die lezer van een uitgever werd. Albert werd manager van een café. In 1911 woonden jouw broers bij jullie opa George Milsom, een 69-jarige monteur in een chocoladefabriek.

Jij kende de schilders James Dickson Innes en Augustus John en in 1910 ontmoette jij Jacob Epstein via Augustus John. Jacob nodigde jou in 1910 uit voor een tournee door Frankrijk, maar jij kwam niet opdagen. Jij zou samen met het model Euphemia Lamb, de kunstverzamelaar John Quinn en Augustus John op reis naar Frankrijk, maar Euphemia en jij besloten later om niet mee te gaan.
In 1911 ging jij met James Innes mee naar Penmachno, waar Augustus verbleef om te schilderen. De dichters Owen Gethin Jones en Huw Owen zijn in Penmachno geboren en overleden. Augustus heeft jou in 1911 geschilderd in een zwarte jurk. Jij was een minnares van hem en jij noemde hem 'Bill'. Jij reisde met hem een lange tijd door Spanje. Jij stond ook model voor Jacob Kramer, maar dat schilderij is waarschijnlijk verloren gegaan. John Quinn kocht het bronzen hoofd uit 1920 van Epstein, waarvoor jij het model was. Jij was een populaire musicalartieste/cabaretzangeres en men noemde jou 'Crazy Lilian Shelley. The Merry, Mad, Magnetic Comedienne'.

Jij was bekend van de songs 'My Little Popsy-Wopsy' en 'You Made Me Love You (I Didn't Want to Do It)'. Jij werd vertegenwoordigd door de Joodse broers Herman en Josef Adolf Darewski. Herman's vrouw was de musicalkomedie-actrice Madge Temple en Josef's vrouw was de zangeres/comédienne Jennie Benson. In 1913-1914 toerde jij in de revue 'Step This Way' in o.a. Birmingham, Sheffield en Schotland. In de zomer van 1914 zong jij in een cabaret in 'The Cave of the Golden Calf' op Heddon Street 3-9. In 1914 trouwde jij in Marylebone met de kunstschilder John P. Flanagan. Euphemia Lamb, Bessie Golding en Norine Schofield poseerden ook voor Jacob Epstein. Norine zong en danste ook in 'The Golden Calf' van Frida Uhl. Jij moest elke avond naar het Savoy Hotel om de aap van Frida te voeren. Bessie en jij waren de steunpilaren van de 'Crab Tree Club' op 17 Greek Street, in april 1914 door Augustus opgericht en gefinancierd door Thomas Scott-Ellis, 8e baron Howard de Walden, 4e baron Seaford. Jij zong o.a. 'My Little Popsy-Wopsy' van de schrijver/componist Charles Merion. Annie Adams zong het op 26 april 1868 in Londen, Miss Ada Alexander zong het in 1870, Ella Retford in 1913 en Daisy Taylor in 1914.

De biseksuele schrijver/uitgever David Garnett raakte in de 'Crab Tree Club' bevriend met jou. In 1919 verscheen 'Dope Darling: A Story of Cocaine' van Garnett. Het personage Claire Plowman, een drugsverslaafde nachtclubzangeres, lijkt sprekend op Bessie Golding, met een knipoog naar jou. Jij was een vaste klant in het Café Royal op 68 Regent Street, waar jij in een jas van luipaardhuid arriveerde. Jij was vaak in het gezelschap van de grappenmaker William Horace de Vere Cole, die van 1918 tot 1928 met de erfgename Denise Lynch was getrouwd. Hun dochter was Valerie. Horace trouwde in 1931 met het kunstenaarsmodel Mabel Winifred Mary Wright. Mabel was de minnares van Augustus John en op 16 maart 1935 werd hun zoon Tristan John de Vere Cole geboren, die tv-regisseur werd. In 1923 publiceerde William Collins, geleid door Sir Godfrey Collins, jouw autobiografische roman 'Mary Bryant, a girl of the people. A Novel, by Shelley'. In september 1934 was jij een vriendin van Cecilia Hamilton en gaf jij de kunstenaar Frank Leonard Brooks in Londen een paar pond, toen hij naar Spanje ging.

Ergens na september 1934 heb jij zelfdoding gepleegd. De schrijfster Virginia Bell-Nicholson bevestigde dit. Virginia is de dochter van Anne Olivier Popham, die de dagboeken van Virginia Woolf bewerkte, en de schrijver/kunsthistoricus Quentin Bell, de neef van Virginia Woolf en haar briljante biograaf. Virginia Bell is met schrijver William Benedict Nicholson getrouwd en zij is expert op het gebied van vrouwengeschiedenis in de eerste helft van de 20-ste eeuw.

Schrijver: Sir Joanan Rutgers
29 maart 2025


Geplaatst in de categorie: idool

4.0 met 2 stemmen aantal keer bekeken 80

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)