Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

De fysieke aard van informatie.

De ideeën van de voormalige Roemeense wetenschapper Marian Vopsaroiu, later tot Engelsman genaturaliseerd met naamsverandering Melvin Vopson, zijn uiterst spectaculair, maar zeker niet geaccepteerd door de mainstream wetenschap. De fysicus en computergeleerde is hoogleraar aan de School of Mathematics & Physics aan de University of Portmouth. Zijn werk is vooral gericht op een zeer speculatieve en grensverleggende hypothese die de fundamenten van de fysica, informatietheorie en kosmologie raakt.
Stel je eens voor dat elk gesproken woord, elke gedachte die je ooit hebt gehad en elke digitale foto op je iPhone niet alleen abstracte concepten zijn, maar een echte, meetbare massa zouden hebben. Dat de totale som van alle informatie in het universum, van het DNA in een virus tot alle gegevens in de cloud, een fysiek gewicht met zich mee zou dragen. Dat is de revolutionaire en prikkelende wereld van Dr. Melvin Vopson. Vopsons werk is een poging om een van de grootste onopgeloste vragen van de wetenschap aan te pakken, namelijk wat is de ware aard van de werkelijkheid? De fysica heeft ons geleerd dat alles is opgebouwd uit deeltjes en krachten. Maar Vopson stelt een derde, even fundamentele pijler voor, de informatie. Een nieuwe drie-eenheid, voorbij E=mc². Want ons moderne begrip van het universum rust op de schouders van Einstein en zijn beroemde vergelijking. E=mc² onthulde de diepe, onderlinge verbondenheid van massa en energie. Vopson doet een gedurfde voorstel door deze eenheid uit te breiden met informatie. Hij introduceert hierbij het massa-energie-informatie equivalentieprincipe. In essentie zegt hij dat de vergelijking er dan uitziet als: massa=energie=informatie. Concreet stelt hij dat een enkel bit informatie, de kleinste eenheid van data, een 0 of een 1, een oneindig kleine, maar niettemin reële massa bezit. Net zoals een deeltje massa en lading heeft, zou het een fundamentele eigenschap van “informatie-inhoud “ moeten bezitten. De toestand van een elektron (spin omhoog of omlaag) is niet zomaar een beschrijving, maar het is een bit fysieke informatie.
Om zijn hypothese te bekrachtigen, grijpt Vopson terug op het baanbrekende werk van de fysicus Rolf Landauer. Landauer bewees in 1961 dat informatie fysiek is. Hij toonde aan dat het wissen van één bit informatie een minimale hoeveelheid warmte produceert. Dit is geen technologische beperking, maar een fundamentele wet van de thermodynamica, die zegt: je kunt informatie niet uitwissen zonder een spoor na te laten in de vorm van energie. Vopson redeneert verder, dat als het wissen van informatie energie kost (E) en energie equivalent is aan massa (E=mc²), dan moet de informatie die werd gewist zelf een corresponderende massa (m) hebben gehad. Het is een elegante, maar wel een speculatieve keten van logica.

Elke serieuze wetenschappelijke hypothese moet toetsbaar zijn. Vopson heeft zelf een experimenteel pad geopperd om zijn theorie te kunnen bewijzen. Dat plan is zowel geniaal als uitdagend. Neem een bekend stuk materie, zoals een ultradun laagje silicium met een precies bekend aantal atomen en elektronen. Bestraal het met specifieke fotonen (lichtdeeltjes) om de toestanden van de elektronen te veranderen. Dit is in wezen het geforceerd wissen van de informatie die ze bevatten. Meet dan met uiterst gevoelige meetapparatuur of er dan een minuscule verandering in de massa van het materiaal optreedt. Die verandering zou dan overeenkomen met de gewiste informatie. Echter het detecteren van zo’n massaverandering is tot op heden technisch nog niet mogelijk. Want de voorspelde verschuiving is kleiner dan de massa van één enkel elektron. Maar indien dit wel zou lukken, zou het een wetenschappelijke revolutie ontketenen.
Als Vopsons hypothese juist zou blijken te zijn, heeft dat verstrekkende gevolgen voor ons begrip van de kosmos. Je zou dan het universum als één reusachtige computer kunnen zien. Als alle materie informatie draagt, is het universum niet alleen een verzameling sterren en planeten, maar een immens informatienetwerk dat constante berekeningen uitvoert. De wetten van de fysica zouden dan de “software “ zijn die op deze kosmische hardware draait. Vopson speculeert nog verder en maakt een parallel met de ongrijpbare donkere materie, die ongeveer 27% van het universum uitmaakt, maar nog nooit direct is waargenomen. Die donkere materie zou dan wel eens de cumulatieve massa kunnen zijn van alle bits aan informatie die de zichtbare materie vergezellen. Verder suggereert hij ook dat de exponentiële groei van digitale informatie op aarde op een dag een kritiek punt zou kunnen bereiken, een soort van informatie singulariteit.
Het is cruciaal om de ideeën van Vopson in de juiste context te plaatsen. Zijn werk wordt door de grote meerderheid van wetenschappers als uiterst speculatief beschouwd. De experimentele hindernissen zijn enorm en veel fysici zijn van mening dat informatie een emergente eigenschap is, iets dat voortvloeit uit de onderliggende fysica, in plaats van een elementaire kracht op zich.
De waarde van Vopsons werk is mijns inziens niet noodzakelijkerwijs de directe juistheid, maar de vragen die het oproept. Hij daagt ons uit om na te denken over de diepste aard van de werkelijkheid. Net zoals Einsteins gedachte-experimenten over licht en zwaartekracht uiteindelijk tot de algemene relativiteit leidden, kunnen Vopsons speculaties over informatie een nieuw venster openen waar we nog niet van wisten dat het bestond.
Vanuit de spirituele filosofie zou het werk van Vopson kunnen worden omschreven als een veel belovende, zij het onvolledige brug tussen de materiële en de metafysische wereld. Het biedt een wetenschappelijke metafoor voor ideeën welke spirituele tradities al millennia verkondigen. Zoals de onderlinge verbondenheid der dingen. De idee dat de kosmos doordrenkt is van een vorm van intelligente orde (Logos, Dharma). Het gegeven dat de waarneembare wereld slechts een manifestatie is van een dieper, niet zichtbaar principe (Brahman, het Mentale Veld, Informatie). De spirituele filosofie ziet Vopsons hypothese niet als het einde van een zoektocht, maar als een krachtige aanmoediging dat de wetenschap langzaam de taal begint te spreken die deze filosofie altijd al heeft gesproken, namelijk een taal van een levend, betekenisvol en bewust universum.


Zie ook: http://spirituelefilosofie.blogspot.com

Schrijver: J.J.v.Verre
24 september 2025


Geplaatst in de categorie: wetenschap

Er is nog niet op deze inzending gestemd.aantal keer bekeken 13

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)