Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Geadeld door Christus

(voor Sint Gabrielle Bossis (1874 - 1950))

Je bent geboren op 26 februari 1874 in Nantes. Je was van adel en je opa Augustus Bossis had grondbezittingen in Ingrandes en Nantes. Je vader Augustus Bossis en je moeder Clemence Barthelemy hadden vier kinderen, waarvan jij de jongste was. De anderen waren: Augustus, Clemence en Marie. Je woonde in een weelderig herenhuis met hoge ramen aan de avenue de Launey nummer vijftien. Je verbleef eveneens heel veel in een oud, omgebouwd klooster in Fresne-sur-Loire. Je proefde daar de nog hangende sfeer van mystieke godsdienst. Je was overgevoelig en verlegen. Je voedster heette Jenny. Vanaf je zesde kreeg je een wereldse opleiding aan een peperdure privé-school van de Zusters van de Trouwe Metgezellen van Jezus, waar strenge discipline heerste. Die strengheid maakte, dat je later aan zelfkastijding deed. Op je twaalfde deed je je eerste communie, dat was op 10 juni 1886. Je was introvert en briljant. Je was slank en lang en bijzonder mooi. Je was meestal vrolijk en gezellig en in eenzaamheid zocht je God. Je was uitzonderlijk kunstzinnig in schilderen, muziek, beeldhouwkunst, zang, borduren en dansen. Je deed aan diverse sporten. Op je vierentwintigste overleed je geliefde vader en samen met je moeder en Clemence ging je aan de kust wonen. Je ontving vele huwelijksaanzoeken, maar je hield meer van God. Op je vierendertigste overleed je geliefde moeder en vier jaar later je geliefde zus Clemence. Je werd godsdienstlerares en je werkte aan liturgisch meubilair voor de missies in verre landen. Je behaalde het diploma voor verpleegster en in de eerste wereldoorlog roemde men jouw verplegende werkzaamheden. Tijdens een luchtgevecht bij Verdun sneuvelde je neef Jean, de zoon van Marie. Dat was een grote schok voor jou, want je hield zielsveel van hem. Je schonk geërfd geld aan de parochies van Nantes en Fresne-sur-Loire. Je was dolgraag in het oude klooster van Fresne-sur-Loire en ook in de parochiekerk. Je hield van de eenvoud en het zelf verzamelen van voedsel, zoals bospaddestoelen, uien, knoflook en kruiden, waar je soep van maakte. Op aanraden van pater Olive ging je apostolische toneelstukken schrijven. Je speelde vaak de hoofdrol en je werd een beroemd en gevierd actrice. Je schreef dertien komedies en veertien korte, moralistische toneelstukken en balletten. De tournees werden door jou bekostigd en je naaide zelf de kostuums voor de scteurs. De sociale komedie 'Het Huis' werd bekroond en in 1926 won je de eerste prijs met het theaterstuk 'Leeuwin'. Op je twee-en-zestigste ging je op tournee naar Canada. Tijdens de lange reis op een oceaanstomer begon je een dagboek bij te houden. Dat was het begin van je mystieke boekwerk 'Hij en ik', waarin je dialogen met Christus staan. Je tournee 'Ile de France' was een groot succes en hij eindigde in Canada. Je reisde ook naar Italië, Palestina, Tunesië en Libië. Toen de Duitse militairen in 1940 je huis in beslag namen, vluchtte je in een veewagen naar Curzon, terwijl je bleef opschrijven wat Christus je vertelde. Toen de nazi-officieren je huis in Nantes verlieten, keerde je terug en in Ancenis hielp je je zus Marie. Je gaf onderdak aan een dakloos gezin, wat je veel vreugde schonk, terwijl je religieuze dialogen vorderden. Je vriend, de priester-jezuïet Alphonse de Parvillez, moedigde je aan om door te schrijven. Al was je ver in de zestig, je aantrekkelijke schoonheid verblindde ook hem en hij heeft na een paar borrels zomaar in je billen geknepen, maar na de verdedigende blik, die jij toen op hem wierp, heeft hij het nooit opnieuw gewaagd. In 1944 vond Alphonse een uitgever, Labergerie Raphael, die bereid was om 'Hij en jij' uit te geven. Na het achterlaten van het manuscript en enkele uren later werd Labergerie bizar genoeg op straat vermoord en het manuscript moest nog vier jaar op publicatie wachten. Je begon weer te acteren en je verblijdde je neven en nichten op je landgoed in Fresne-sur-Loire. Je speelde overdag piano voor hen en je deed toneelstukjes met hen, maar 's nachts kastijdde je jezelf met een riem vol spijkertjes, die in je lichaam staken, terwijl je naar enkele afbeeldingen van Jezus keek. Je wilde versterven en je (erotische) begeerten wegpijnigen. Je hield je kleren aan en je sliep op de koude bakstenen met een gerafelde deken om je heen. Je nam geen kok, dienaar of tuinman, al kon je die makkelijk betalen, je wilde liever ascetisch en nederig leven, zoals Christus en de heiligen dat deden/doen. Aan de andere kant kon je je luxe niet helemaal overboord gooien, want je droeg vaak grote, flamboyante hoeden en kanten kragen. Dat excentrieke hoorde bij je artistieke gaven. In 1948 heeft de uitgever Gabriel Beauchesne 'Hij en ik' uitgegeven. Op jouw verzoek zonder de auteursnaam te vermelden. Na je overlijden onthulde de geweldige academicus Daniel Rops je naam. In augustus 1949 ben je geopereerd aan borstkanker, maar het was al uitgezaaid naar de longen. Op 9 juni 1950 ben je overleden en je bent begraven in je aanbeden Fresne-sur-Loire.

Schrijver: Joanan Rutgers, 28 november 2012


Geplaatst in de categorie: idool

2.6 met 5 stemmen 29



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)