Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Een geletterde dame met wilde passie

(voor Edith Wharton (1862 - 1937))

Je bent geboren als Edith Newbold Jones op 24 januari 1862 in New York. In een aristocratische familie. Je bent op Paaszondag 20 april 1862 in de Presbyteriaanse Grace Church gedoopt. Als kind las je het ene boek na het andere boek. Van de verhalen, die je zelf verzon, maakte je toneelstukjes, die je aan jouw kindermeisje toonde. Jouw ouders waren George Frederic Jones en Lucretia Stevens Rijn Lander. Jouw oudere broers waren Frederic Rijn Lander en Henry Edward. Je woonde op 14 West Twenty-third Street. Op jouw negende kreeg jij in het Zwarte Woud tyfus-koorts, wat bijna dodelijk was. Op jouw elfde probeerde jij een roman te schrijven. Jouw moeder reageerde daar heel negatief en afwijzend op, waardoor jouw ambitie voor lange tijd kapotgemaakt was.

Je had een levenslange vriendschap met jouw nichtje Beatrix Cadwalader Jones, die landschapsarchitecte werd. Beatrix was ook levenslang bevriend met de schrijver Henry James, die haar Trix noemde. Ze trouwde met de historicus Max Farrand. Toen jij acht jaar was, maakte Edward Harrison May een prachtig schilderij van jou met een bloemenvaas. Toen jij negentien was, schilderde hij jou nogmaals. Van 1886 tot 1872 bezocht jij Europa en je sprak vloeiend Frans, Duits en Italiaans. Terug in Amerika woonde je 's winters in New York en 's zomers in Newport. Op bevel van jouw dominante moeder las jij tot jouw huwelijk geen romans. Je verfoeide de omgangsvormen voor jonge dames, omdat je die oppervlakkig en onderdrukkend vond.

Op jouw vijftiende begon jij gedichten te schrijven. Je vertaalde het gedicht 'Was die Steine Erzählen' van Heinrich Karl Brugsch en voor de publicatie kreeg je 50 dollar. Jouw familie eiste wel een schuilnaam. In datzelfde jaar schreef je de novelle 'Fast and Loose'. Op jouw zestiende verscheen jouw dichtbundeldebuut van 24 originele gedichten en 5 vertalingen. Jouw vader bekostigde de bundel. Op jouw zeventiende verscheen er onder pseudoniem een gedicht van jou in de 'New York World'. In 1880 vijf gedichten anoniem in de 'Atlantic Monthly'. Toch werd je niet door jouw familie en jouw sociale kring aangemoedigd. In 1882 overleed jouw vader door een beroerte in Cannes. In 1883 verhuisde jouw moeder naar Parijs, waar ze tot haar overlijden in 1901 bleef wonen. Je publiceerde pas in oktober 1889 jouw volgende gedicht 'The Last Giustiniani' in 'Scribner's Magazine'.

Jouw partnerkeuze Henry Leyden Stevens werd door jouw familie afgekeurd, waardoor je het geplande huwelijk annuleerde. Op 29 april 1885 trouwde je in het Trinity Chapel complex met Wharton Edward Robbins Wharton, die 12 jaar ouder was. Edward reisde ook graag. Jullie woonden in Pencraig Cottage in Newport. In 1897 woonden jullie op 884 Park Avenue in New York. Je was ook interieurontwerpster en in 1897 verscheen 'The Decoration of Houses', wat je samen met de homoseksuele architect Ogden Codman had geschreven. Ogden was met Leila Griswold Webb (1856 - 1910) getrouwd. Je reisde 60 keer naar Frankrijk, Engeland en Italië. Je was ook in Marokko. Edward leed aan een chronische depressie en van 1902 tot 1911 verbleven jullie vooral in jullie gloednieuwe landhuis 'The Mount' in Lenox. Jij leed ook aan een depressie en aan astma.

Van 1906 tot 1911 had je een affaire met de journalist William Morton Fullerton, die je als 'een ideale, intellectuele partner' zag, en die met zijn halfnicht Katharine Fullerton verloofd was. In 1913 scheidde je van Edward.

Na de scheiding verhuisde je naar een appartement in Parijs, 53 Rue de Varenne. Die woning was van de kunstverzamelaar George Washington Vanderbilt II, zijn vrouw Edith Stuyvesant Dresser en hun dochter Cornelia. Vanaf 1889 liet George het châteauesque Biltmore Estate bouwen. Tijdens de Eerste Wereldoorlog zorgde je voor de vluchtelingen, gewonden, werkelozen en ontheemden. Daarna woonde je in de zomer en de herfst in 'Le Pavillon Colombe' aan de Rue de Montmorency, waar o.a. de volgende mensen woonden: Nicolas Fouquet, Maria Magdalena van Castilië, de schrijfster Marie de Rabutin-Chantal, Marquise de Sévigné, en de schrijver/alchemist Nicolas Flaming met zijn vrouw Pernelle op nummer 51, het oudste stenen huis van Parijs, gebouwd in 1407. Vanaf 1927 verbleef je 's winters in 'Sainte Claire du Château' in Hyères, gebouwd door de archeoloog Olivier Vandemeulebroucke, die de Venus van Milo naar Frankrijk bracht.

In 1921 won je de Pulitzer Prize voor Literatuur voor de roman 'The Age of Innocence', geïnspireerd op het gelijknamige schilderij uit 1785 van Joshua Reynolds. Op 1 juni 1937 was je met Ogden Codman in zijn landhuis, toen je een hartaanval kreeg. Op 11 augustus 1937 ben je om 5.30 uur in 'Le Pavillon Colombe' door een beroerte overleden. Jouw vriendin Royalel Tyler was bij jou. Je werd 75 jaar en je bent in de Cimetière des Gonards in Versailles begraven.

Schrijver: Joanan Goddess Namaste, 20 april 2019


Geplaatst in de categorie: idool

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 1.110



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)