Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Zielsdiep verliefd op een zingende gondelier

(voor John Addington Symonds (1840 - 1893))

Je bent geboren op 5 oktober 1840 in Bristol. Jouw vader was de schrijver/arts John Addington Symonds (1807 - 25 februari 1871. Jouw opa was ook een arts. Jouw moeder Harriet Sykes overleed in 1844. Er waren nog vier kinderen, o.a. Charlotte Byron Symonds, geboren op 12 augustus 1842, die met de filosoof Thomas Hill Green trouwde. Jij ging naar de Harrow School in Londen, opgericht in 1572 door de rijke landeigenaar John Lyon. Dat was een kostschool voor jongens. Op jouw 10-de verhuisde jij naar het Clifton Hill House uit 1750, in 1851 door jouw vader gekocht. Dit huis bevorderde jouw gezondheid en jouw spirituele ontwikkeling.

Als kind had jij nachtmerries over lijken onder en in jouw bed, waardoor jij ging slaapwandelen. Je belandde een keer in een waterstortbak op zolder, waardoor jij bijna verdronk. Een engel met blauwe ogen en golvend, blond haar heeft jou gered en wakker gemaakt. Wellicht ontdekte jij toen voor het eerst, dat jij homoseksueel was. In januari 1858 schreef jouw vriend Alfred Pretor jou, dat hij een seksuele affaire met de directeur van Harrow School had. Dit was directeur Charles John Vaughan (1816, Leicester), die ook een predikant was. Er was ook sprake van liefdesbrieven. De geleerde John Conington zei, dat jij dit aan jouw vader moest vertellen. Door jouw vader nam Vaughan ontslag, want anders zou jouw vader alles openbaar maken. Toen Vaughan bisschop van Rochester werd, chanteerde jouw vader hem opnieuw en nam hij wederom ontslag. Vaughan was kwaad op jou en hij praatte nooit meer met jou. Je had hem verraden, terwijl je zelf zo was, maar dat besefte je misschien nog niet helemaal. Vaughan bleef overigens gewoon bevriend met Alfred.

In 1850 was Vaughan met Catherine Maria Stanley getrouwd, de jongste dochter van Edward Stanley, de bisschop van Norwich. Bovendien vond John Conington homoseksuele relaties okay en gaf hij jou 'Ionica' van de dichter/pedagoog William Johnson Cory, een bundel met homoseksuele gedichten. William Cory pleitte voor pederastie en Reginald Brett, 2-de burggraaf Esher, was één van zijn seksknapen. Het is dus best vreemd dat John jou aanraadde om het aan jouw vader te verklappen. Misschien wilde hij gewoon meer openheid creëren en de taboesferen doorbreken. Cory trouwde op Madeira en hij kreeg een zoon. In de herfst van 1858 ging jij naar het Balliol College aan de Broad Street in Oxford, rond 1263 opgericht door Lord John de Balliol, getrouwd met Lady Dervorguilla van Galloway, die het college financierde. Hun zoon John was korte tijd koning van Schotland. Dervorguilla stichtte ook Sweetheart Abbey (An Abaid uw), een Cisterciënzer klooster in het huidige dorp New Abbey bij Dumfries. Ze deed dit ter nagedachtenis aan haar overleden man John. Ze hield zijn gebalsemde hart in een kist van ivoor en zilver de rest van haar leven bij zich. Ze is ermee begraven. De abdijruïnes van rode zandsteen staan er nog.

In het voorjaar van 1859 werd jij verliefd op William Fear Dyer, een koorknaap uit Bristol, die drie jaar jonger was. Na een jaar stopte jij deze liefdesrelatie, maar de vriendschap ging door. William werd organist en koormeester van de Saint Nicholas church in Bristol. In 1860 won je de Newdigate Prize met een gedicht over El Escorial. In 1863 verscheen jouw eerste publicatie 'The Renaissance. An Essay'. In 1872 verscheen 'Introduction to the study of Dante', in 1878 'Shelley' en in 1883 'Male Love, A Problem in Greek Ethics'. Op Magdalen College was je bevriend met jouw privéleerling C.G.H. Shorting. Je weigerde hem te helpen met de toelating tot Magdalen College, waarna hij wraak nam en aan de schoolambtenaren schreef, dat jij hem tot homoseksuele handelingen met de koorknaap Walter Thomas Goolden aanzette. Door de ontstane spanning, je werd beschuldigd van seks met koorknapen, ging jij naar de Universiteit van Zwitserland.

In Zwitserland ontmoette jij Janet Catherine North, de zus van de botanische schilderes/wereldreizigster Marianne North. Op 10 november 1864 zijn Janet en jij in Hastings getrouwd. Jullie woonden in Londen en jullie kregen samen vier dochters; in 1965 werd Janet geboren, in 1867 Charlotte, in 1869 Margaret (Madge) en in 1875 Katherine, die verpleegkundige en directrice van de Women's Royal Naval Service werd. Toen Janet drie jaar werd, schreef de dichter Edward Lear 'The Owl and the Pussy-cat' voor haar. In 1868 werd jij in Clifton verliefd op Norman Moor (1851 - 6 maart 1895), die jouw leerling was. Jullie hadden vier jaar een relatie zonder seks. Er waren wel aanrakingen en mondkussen. Norman en jij reisden naar Italië en Zwitserland. In Clifton was jij leraar op de universiteit en op enkele damesscholen. In 1877 was je levensgevaarlijk ziek door tuberculose en herstelde je in Davos, waar je bleef wonen. Samen met jouw dochter Margaret schreef je 'Our Life in the Swiss Highlands' uit 1892. In 1893 verscheen jouw biografie over Michelangelo en een studie over Walt Whitman, met wie jij correspondeerde.

In 1886 was jouw biografie over de dichter Sir Philip Sidney verschenen, die op zijn 31-ste in Zutphen door de Spanjaarden in zijn dijbeen was geraakt, waardoor hij 26 dagen later door gangreen overleed. Hij had zijn dijpantser wegggegeven. Hij werd in de St Paul's Cathedral begraven. In 1886 verscheen ook jouw biografie over de dichter/toneelschrijver Ben Jonson, die dik bevriend met de dichter William Drummond van Hawthornden was. Jij vertoefde vele jaren in de herfst in het huis van jouw vriend, de historicus Horatio Brown, op de Zattare in Venetië. Jij was in Clifton zijn leraar, toen jullie vrienden werden. Jullie voeren samen in zijn gondel en jullie speelden tressette en bocce. Na jouw overlijden publiceerde Horatio een biografie over jou, waarin hij nauwelijks maar jouw homoseksualiteit verwijst. Jouw dochter Margaret was de eerste, lesbische geliefde van Virginia Woolf, die de nicht van haar man William Wyamar Vaughan was.

Jij had een grote liefdesrelatie met de gondelier Angelo Fusato, een charmante, flamboyante, lange, slanke, knappe man met grote, vurige, intens starende ogen en een blits snorretje. Samen met Angelo reisde je door Engeland en bezocht je de landhuizen. Jij overleed op 19 april 1893 in Rome. Jij werd 52 jaar en jij bent in de Cimitero Acattolico begraven, nabij het graf van Percy Bysshe Shelley, wat jij picobello vindt. Na jouw overlijden werkte Angelo in Venetië voor de schrijfster Constance Fenimore Woolson, die zelfdoding pleegde. Daarna was hij de gondelier van Henry James, die wist van jouw liefdesverleden met Angelo.

Schrijver: Joanan Rutgers
6 februari 2021


Geplaatst in de categorie: idool

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 38



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)