Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Door God gelauwerd en heiligverklaard

(voor Birgitta Trotzig (1929 - 2011))

Jij bent geboren als Astri Birgitta Kjellén op 11 september 1929 in Göteborg. Jouw ouders waren de lector Oskar Kjellén en Astri Rodhe, de dochter van de arts Einar Rodhe (1875 - 1946). Jouw andere opa was Alfred Kjellén uit Skepperstad. Jouw moeder was een afstammelinge van het belangrijke, Zweedse geslacht Rohde. Jouw ouders trouwden in 1928, terwijl jouw vader leraar aan de Latijnse School (het Hvitfeldtska gymnasium) in Göteborg was en aan zijn proefschrift werkte. Jij was het enige kind van jouw ouders en jullie woonden eerst bij jouw grootouders van moederskant. In 1937 gingen jullie naar Kristianstad, waar jouw ouders leraren Frans en Engels waren. In 1948 begon jij literatuur- en kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Göteborg op Vasagatan 33 te studeren. Jij schreef voor de krant Aftonbladet, in 1830 door Lars Johan Hierta gestart. Jij schreef ook voor het tijdschrift 'Bonniers Litterära Magasin'.

In 1949 ontmoette jij Ulf Peter Gustav Trotzig, geboren op 11 juni 1925 i Föllinge Jämtland. Hij was de zoon van de arts Ragnar Trotzig en de fysiotherapeute Ragni Hauff. Zijn broer is de hoogleraar archeologie Gustaf Trotzig. Zijn nichtjes zijn de schrijfsters Elisabeth Rynell, die met Sara Lidman bevriend was, en Astrid Trotzig. Ulf studeerde van 1946 tot 1951 aan de Valand kunstacademie in Göteborg. In 1949 trouwde jij met de expressionistische kunstschilder/graficus Ulf Trotzig. Hij schilderde graag vogels en vogelachtige lichamen. In 1951 debuteerde jij met de verhalenbundel 'Ur de älskandes liv'. In 1954 verscheen 'Bilder'. Vanaf de herfst van 1955 woonden Ulf en jij in Villiers-le-Bel, een voorstad van Parijs, met ruim 5000 inwoners. Er is de roomse kerk van Saint-Didier aan de Place Aristide- Briand uit circa 1200. In 1957 verscheen 'De utsatta', in 1959 'Ett landskapp', in 1961 'En berättelse fran kusten', in 1962 'Utkast och förslag', in 1964 'Levande och döda', in 1966 'Sveket', in 1968 'Ordgränser' en in 1969 'Teresa'. Jij werd rooms-katholiek en jij interesseerde je voor Johannes van het Kruis en Pierre Teilhard de Chardin.

Jouw visie was meer existentialistisch dan rooms-katholiek en jij schreef over de mens als een gevangene van zijn eigen ego en zijn eigen acceptatiepatronen. Jouw thema's waren de dood, schuld en bevrijding. Jij zocht een harmonie tussen ethiek en esthetiek en jij uitte jouw donkerste kanten. De vertaalster/docente Zweeds en Scandinavische literatuur Lisette Keustermans (1941, Ekeren) zegt, dat jij 'diep geëngageerde romans en verhalen schrijft, over onmacht en verdriet in het leven van mensen, die nergens meetellen'. Jij werd met Samuel Beckett en Selma Lagerlöf vergeleken. Vanaf 1967 was jij lid van de literatuuracademie Samfundet De Nio, gesticht op 14 februari 1913 in Stockholm en gebaseerd op het testament van de schrijfster/filantroop/dichteres/barones Charlotte Louise (Lotten) von Kraemer, die op 23 december 1912 overleed en 84 jaar werd. Deze academie op de Villagatan 14 in Stockholm reikt diverse literatuurprijzen uit. Jij was 1 van de 9 leden. In 1969 verhuisden Ulf, jullie 4 kinderen en jij naar Lund, aan de Västergatan. In de zomers verbleven jullie in een oude boerderij in Stova Alvaret, Öland. Jij was zeer actief in het openbare leven.

In 1972 verscheen 'Sjukdomen' (De ziekte), die in 1979 is verfilmd door Jösta Hagelbäck als 'Kejsaren' (De keizer), met Anders Äberg en Emy Karolina Storm, die ook Emil's moeder Alma speelde. In 1985 verscheen 'Dykungens dotter' (De dochter van de moeraskoning), gebaseerd op een sprookje van Andersen. Jij schreef ook prozagedichten, zoals in 'Anima' uit 1982 en in 'Sammanhang' uit 1996. Verder schreef jij essays en artikelen over poëzie. In 1993 verliet jij Samfundet De Nio, omdat jij lid werd van de Zweedse Academie (stoel 6), na het overlijden van Per Olof Sundman op 9 oktober 1992. Sundman was in zijn jeugd lid van de nazi-organisatie Nordisk Ungdom. In 1996 kreeg Wislawa Szymborska de Nobelprijs voor Literatuur en hield jij de toespraak. Jij kreeg 22 literaire prijzen en stipendia, zoals: in 1961 de Aftonbladets literaturpris, in 1963 de De Nios Stora Pris, uitgereikt door Samfundet De Nio, in 1966 het Gustaf Fröding-stipendium, in 1970 de Doblougska priset, in 1984 de Stiftelsen Selma Lagerlöfs literaturpris, in 1997 de Övralidspriset en in 2004 de koninklijke Litteris et Artibus-medaille, in 1853 door koning Carl XV van Zweden en Noorwegen ingesteld.

Carl XV was getrouwd met Louise van Nederland. Hun dochter was Louise Josephine Eugenie en hun zoon was Carl Oscar Vilhelm Frederik, die door een longontsteking overleed en 1 jaar werd. Koning Carl verwaarloosde zijn verlegen vrouw Louise, die hij niet aantrekkelijk vond. Zijn minnaressen waren o.a. gravin Josephine Sparre, de schrijfster Wilhelmina Schröder en de actrices Laura Bergnéhr, Hanna Styrell en Elisa Hwasser. Koningin Louise van Nederland leed aan epileptie en zij overleed op 30 maart 1871 in Stockholm door een longontsteking. Zij werd 42 jaar en zij is in de Riddarholmskyrkan begraven. In 2000 verscheen jouw laatste boek 'Gösta Oswald'.

Jij leed aan de ziekte van Parkinson en jij overleed op 14 mei 2011 in Lund. Jij werd 81 jaar en jij bent in de Norra kyrkogarden in Lund begraven. Ulf overleed op 19 oktober 2013 en hij is bij jou begraven.

Schrijver: Sir Joanan Rutgers
5 september 2022


Geplaatst in de categorie: actualiteit

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 73



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)