Jij was 3 jaar...

(voor Catherine Stermann (1949 - 1985))

Jij bent geboren als Catherine Anne Stermann op 18 september 1949 in Poissy. Jouw Joodse opa was de Duitse politicus Karl Meitmann, geboren op 20 maart 1891 in Kiel-Gaarden. Hij was burgercommissaris van politie in Sleeswijk-Holstein. Op 24 maart 1933 werd hij door de nazi's gearresteerd en hij is naar het concentratiekamp Fuhlsbüttel gebracht, waar hij zwaar mishandeld is. Dankzij advocaat Herbert Ruscheweyh werd hij eind oktober 1933 vrijgelaten. Hij was loonadministrateur bij een bruinkoolmijn in West-Pruisen en Berlijn. Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog ging hij naar Kiel-Gaarden terug en was hij SPD-politicus in Hamburg. Vanaf 1956 woonde hij op de Läusestrasse 6 in Mönkeberg. Hij overleed op 17 februari 1971 en hij is begraven in het Ereveld van de Geschwister-Scholl-Stiftung op de begraafplaats Ohlsdorf in Hamburg. Zijn dochter Grete was jouw moeder en hij had een zoon, Jack (1925 - 2006). Jouw oma was Elsa Anna Adam, geboren op 11 januari 1902 in Kiel en daar op 17 februari 1995 overleden. Jouw moeder Grete is op 2 september 1923 in Kiel geboren. Zij was Engelse tolk bij de SPD.

Jouw moeder ging in 1947 naar Parijs, waar zij in 1947 met jouw vader Henry (Remy) Stermann trouwde. Jouw vader is op 7 maart 1923 in Parijs geboren. Jouw ouders woonden op 5, rue Rollin in Parijs, waar jouw vader al woonde, en op 15, rue Bargue in Parijs. Jouw ouders waren opvoeders in Franse kindertehuizen en zij hebben Joodse weeskinderen van concentratiekampslachtoffers opgevangen en verzorgd. Jouw broer Michel Alexander heeft daar in zijn boek 'Maman Grete' uit 2016 over geschreven. Dat boek verscheen bij Twentysix verlag in Norderstedt. In 1948 gingen jouw ouders naar het Manoir de Denouval, het kindertehuis van de UJRE-CCE in Andrésy. Rond 19 mei 1948 is in Nice het te vroeg geboren, mannelijk kind van jouw ouders overleden. Jouw moeder leidde het koor van de weeskinderen in het huis van de CEG in Raincy-Côteaux. Zij gaf handenarbeid en naailes, niet als lid van de UJRE, maar vrijwillig. In februari 1952 is jouw moeder door een raam op de eerste verdieping gevallen en had zij een gebarsten ruggenwervel, waardoor zij tot mei 1952 in een gipskorset zat. Hoogstwaarschijnlijk is zij zelf gesprongen. In september 1952 onderging jouw moeder een clandestiene abortus. Op 23 maart 1953 pleegde jouw moeder zelfdoding in Montfermeil. Zij nam een overdosis slaappillen en zij is in het ziekenhuis op 10, rue du Général Leclerc in Montfermeil overleden. Zij werd 29 jaar en zij is in Montfermeil begraven.

Jij ging naar de acteursklas van de acteur/schrijver/regisseur/producer Armel Marin en daarna naar de Rue Blanche Theaterschool (Centre d'art dramatique) op 21, rue Blanche in Parijs. Dat was in een herenhuis van rond 1900, gebouwd door Charles Girault. De artistiek leider was Jean Léon André Meyer. Jij kreeg les van o.a. de actrice Suzanne Flon (1918 - 2005), die ook de secretaresse van Édith Piaf was, de acteur Daniel Lecourtois (1902 - 1985) en de acteur Robert Manuel (1916 - 1995). Op 15, rue Blanche staat het Théâtre de Paris. Jij gebruikte voor sommige rollen de pseudoniemen Claude Stermann, Catherine Melo en Ophélie Stermann. In 1968 speelde jij in de Comédie des Champs-Élysées op 15, avenue Montaigne als Marie-Christine in het toneelstuk 'Le Boulanger, la Boulangère et le Petit Mitron' van Jean Anouilh. In 1970 speelde jij in het Théâtre de l'OEuvre op 55, rue de Clichy als Toto de Saint-Flour in het toneelstuk 'Les Poissons rouges ou Mon père ce héros' van Anouilh. Met o.a. Lyne Catherine Jeanne Chardonnet, die op 11 december 1980 in Enghien-les-Bains door leverkanker overleed en 37 jaar werd. In 1972 speelde jij in het Théâtre des Ambassadeurs op 1, avenue Gabriel als Pingouin in 'Eugénie Kopronime' van René Ehni. Sinds 1970 heet dit theater het Espace Pierre Cardin. In 1972 speelde jij ook in het Petit Odéon op 2, rue Corneille in 'Identité' van Robert Pinget.

In 1972 debuteerde jij als filmactrice in 'Hotel Le Temps d'Aimer' (A Time For Loving) van Christopher Miles, met o.a. Joanna Shimkus, Britt Ekland en Susan Hampshire. In 1973 speelde jij in twee films; in 'Le Sourire vertical' van Robert Lapoujade, naast Françoise de Ribon, en in de aflevering 'Mary' van de 13-delige tv-serie 'La Ligne de Démarcation' van Jacques Ertaud, met Hella Petri en Emmanuel Laborey, die op 27 mei 1982 in de Compagnie De L'Elan (podiumkunsten) op 52, rue Saint-Maur in Parijs zelfdoding pleegde en 31 jaar werd. Met zijn vrouw, de actrice Anne Marbeau kreeg hij de zonen Arnaud en Étienne. In 1974 speelde jij ook in twee films; in de tv-serie Frans leren 'Les Gammas! Les Gammas!' van Rüdiger Graf en in de tv-film 'Hotel La Logeuze' van Luc Godevais, met Jacqueline Jeanne Louise Gauthier in de hoofdrol, die op 18 september 1982 in Parijs zelfdoding pleegde. Zij werd 60 jaar en zij is in de Batignolles begraafplaats op 8, rue Saint-Just begraven. In 1975 speelde jij in Galerie 55 op 55, rue de Bellechasse in het toneelstuk 'Op Purge Bébé!' van Georges Feydeau. In 1975 speelde jij ook in de romantisch-komische film 'Cousin Cousine' van Jean-Charles Tacchella, met Marie-Christine Barrault en Marie-France Pisier, die op 24 april 2011 in haar zwembad in Saint-Cyr-sur-Mer is verdronken en 66 jaar werd. Marie-France schreef ook vier romans.

In 1978 speelde jij in 'L'amour violé' van Marie-Annick Bellon, met Nathalie Nell en Michèle Simonnet. En in 1983 speelde jij in de korte film (14 minuten) 'La Fonte de Barlaeus' van Pierre-Henri Salfati. Op 11 april 1985 heb jij in jouw appartement in Parijs zelfdoding gepleegd. Jij werd 35 jaar en jij bent in de Cimetière parisien de Bagneux begraven.

Catherine Anne Stermann

• 1
• 2
• 3
• 4
• 5

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 55