Inloggen
voeg je autobiografie toe

Autobiografieen

Bruintje Beer

35.

Ik was een jaar of achttien toen ik verkering kreeg met Ruud. Dat was geen bewuste actie. Het overkwam me. Ik had hem ontmoet op een sportdag. Hij had mij bovenaan zijn lijstje van mooie meisjes staan. Ik vond hem leuk. Hij had mooie bruine ogen, mooie zwarte krullen en hij was lief voor me. Simpel.
Door Ruud kwam ik wat meer in contact met leeftijdgenoten. We gingen wel eens iets drinken bij Bruintje Beer, een café in de binnenstad waar veel studenten kwamen.

Op een avond gaan we weer naar Bruintje Beer. Omdat de sfeer er in tegenstelling tot andere keren niet gezellig is, zelfs dreigend, draaien we ons om en lopen we weer naar buiten.
Ruud voorop, dan ik en achter mij een vriend van Ruud: Harry.
Als we vlak bij de deur zijn roept een van de mannen uit een groep die daar agressief staat te doen: Hé die blonde! En houdt mij tegen met zijn arm.
Vervolgens word ik door een andere arm in die groep mannen getrokken en voel ik handen overal op mijn lichaam. Ik moet mijn best doen niet op de grond te vallen.

Ruud en Harry draaien zich om en onmiddellijk begint er een vechtpartij. Daar was die groep mannen op uit. Ik voel dat er aan de andere kant aan me wordt getrokken. Iemand wil mij uit die vechtende kluwen trekken. Op een gegeven moment roept iemand heel hard: Rennen! Nu! Ruud en Harry hebben zich ook los kunnen trekken en we rennen zo hard als we kunnen weg.
Pas als we zeker zijn dat we niet gevolgd worden, durven we te stoppen. Dan blijkt dat Ruud en Harry er niet zonder schade vanaf zijn gekomen.
Met een taxi gaan we naar het ziekenhuis en daar wordt duidelijk dat Harry een gescheurde wenkbrauw heeft die gehecht moet worden en een gebroken middenhandsbeentje en dat bij Ruud een arm uit de kom hangt. Mij mankeert niets. Ik ben er met alleen wat kleerscheuren vanaf gekomen.

Als Ruud het thuis aan zijn ouders en broers vertelt, leven ze erg mee. Ze reageren boos en verontwaardigd. Ruud z’n moeder vraagt bezorgd aan mij of het met mij wel goed gaat. Ik ben toch lastig gevallen? Ik vind haar bezorgdheid erg overdreven. Ja, lastig gevallen, dat is precies wat het is: lastig en gevallen: meer niet.
Ik vind het erg voor Ruud en Harry. Ruud sport veel. Hij doet fanatiek aan waterpolo en door die arm uit de kom is hij een tijd uit de roulatie. Dat is vervelend.

En die graaiende handen op mijn lichaam en onder mijn T-shirt en mijn kapot gescheurde beha: de moeite van het vermelden niet waard. Ik heb allang niet meer het gevoel dat mijn lichaam van mij is.
Er was daarvoor al te veel gebeurd…

Schrijver: Lone Wills, 21 februari 2016


Geplaatst in de categorie: misdaad

3.8 met 5 stemmen 300



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)