Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

De man die nergens in geloofde

Ik ben Henk, mijn sterrenbeeld is schorpioen, vroeger was ik tandarts en nu vind ik het leven verschrikkelijk.
De bloem en de steen die bij het schorpioensterrenbeeldje horen interesseert mij niet.
Kaarsen brand ik niet voor de gezelligheid want mijn leven heeft niets gezelligs. Waarvoor en voor wie zal ik kaarsen branden? "Voor jou kind" zei een engel tegen mij. Maar ik geloof niet in engelen.
Maar die vreemde engel bleef aandringen en zei weer: "Voor jou lief moet je een rode liefdekaars aansteken!"
Maar ik antwoordde bits dat ik niet in engelen geloofde en dat mijn psychiater mij heeft geleerd dat God en de ziel flauwekul is!

Een gebakje met een rode kers en een chocolaatje erop zal ik nooit kopen, want ik heb niets te feesten. Ik ben een ellendeling, en de ziel bestaat niet, dat is de reinste flauwekul. Ik zit de hele dag op mijn stoel en denk nergens aan. Na de dood is er niks, en op mijn bed zal ik eens sterven. Mijn geld gaat naar de molenstichting.
De grote kranten is een mix van troetelhonden, sexdames, en roddel en achterklap, misdaad, bloed,en nog eens misdaad en bloed en oplichterij en een zielig negertje. Nu wat ben ik blij dat ik geen krant heb!
Ik ben een hele nare vent! Nou dan vinden ze mij maar een hele nare vent!
Zal mij worst wezen!
Dat zielige negertje in de krant heb ik wel honderdduizend euro gegeven en een schoolboek en een waterpomp.
Op de radio worden de mensen bang gemaakt voor terrorisme.
Terrorisme, en nog eens terrorisme. Al die terroristen dragen theedoeken over hun kop.

Zo worden de mensen bang gemaakt en durven ze net als mij de buren niet meer voor een kop koffie uit te nodigen. Vroeger kwamen de mensen bij de buren langs voor een kommetje suiker of voor een citroen.
Ach die mensen waren gek, dat kun je toch kopen gewoon bij de kruidenier!
Huisdieren heb ik niet, die zijn lastig, die likken in mijn oren, likken mijn voeten, zitten alsmaar vervelend op mijn schoot en plassen in huis en hebben vlooien, bovendien moet je ze uitlaten en eten en drinken geven, dat is vermoeiend en lastig. Mijn grootste nachtmerrie was dat er een mopshond mijn gezicht met zijn tong schoonwaste, lik,lik,lik, het hield niet op, deze troetelhond, hij bleef liefdevol likken in mijn gezicht in mijn droom, ik vond die hond verschrikkelijk in mijn droom!
Ik heb al mijn kamerplanten, die vieze struiken weggedonderd bij het oud vuil. Wat moet ik ermee? Ze beletten mij het uitzicht op de straat.
Al die stengels en takkenbossen, weg ermee! Planten horen in de bossen, niet op de vensterbank voor het raam. Dat moet spik en span zijn en kaal,zo is dat!
Volgens mijn psychiater zijn bloemen sexfabrieken en plantenstengels zijn vieze hoeren. Als ik ziek word bel ik geen dokter, want mijn leven heeft geen enkele zin.
Er is niets na de dood en zelfs mijn vroegere psychiater Joost Gerelds gelooft ook dat de ziel de grootste lariekoek is wat er bestaat en dat God en hemel enzovoorts flauwekul is. Volgens hem bestaat er alleen een hoofd met daarin hersens. Ja hij heeft in de hersens van een dooie gesneden en dat vond hij de enige religieuze ervaring die hij ooit gehad heeft. Toen hij als baby geboren was zei hij tegen mij vond hij dat saai en niks aan. Dat herinnerde mijn psychiater zich. Hij vond het geen bal aan dat hij als baby geboren werd zei mijn psychiater.

Mijn psychiater is heel zwaar depressief, hij zit nu in separatie ergens in een witgekalkte cel met dichtgeplakte ramen. Hij mag daar alleen de Donald Duck lezen. Hij gelooft dat de mens ooit na zijn dood een bol wormen wordt.Engeltjes volgens hem zijn net als zuurstokken die je koopt op de kermis. En poepen doen we allemaal in een gat volgens mijn psychiater Joost Gelders.
Zijn vader was medewerker op een snoepfabriek.
Ik koop een paar schoenen per jaar, ga eenmaal per jaar naar de kapper en verder knip ik mijzelf voor de spiegel want dat is goedkoop.
Op mijn rug groeien ook grote uitstulpsels van haren maar daar kan ik met mijn schaar niet bijkomen!
Muziek luister ik nooit, dat zwoele en overdreven gedoe van mensen die hun hele longinhoud persen in een toeter, ach bespaar mij! Zo hoorde ik laatst een Nederlands liedje dat ging van: "Ik lust alleen maar karnemelk, goed voor elk, karnemelk! Karnemelk maar wel zonder melkvel,karnemelk, karnemelk, goed voor elk!" Verschrikkelijk wat een geblér!
Zoals ik al schreef ga ik eenmaal per jaar naar de kapper en dan haalt de kapper de tondeuse over mijn kale kop, zodat de kleine aangegroeide plukjes haar weg zijn.

Zal ik toch maar een rode liefdekaars voor mij aansteken?
Ik heb trouwens tandpijn, ik moet even een pak aspirines kopen bij de supermarkt.Ik wil een aspirientje! Ik wil zo graag een aspirientje.
Dag!

Schrijver: cornil, 22 juli 2015


Geplaatst in de categorie: eenzaamheid

2.0 met 1 stemmen 108



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)