Het standsverschil tussen Onnen en Haren

'Weet je dat Ilja Leonard Pfeijffer dit jaar ook in Zomergasten komt?', vraagt de vastgoedondernemer Casper Croons aan zijn vrouw, de psychologe Hillegonda de Leur, die bijpassende schoenen bij haar mantelpakje zoekt. 'Ja, pas als laatste, ze beginnen met één of andere snotneus-rapper, die zich Typhoon noemt!' 'Bah! Wat een arrogante naam! Al die rappers zijn mislukte zangers, zeker de hele avond naar dat soort overspannen, aangedikte, quasi-stoere gezwam moeten luisteren, mij niet gezien!' ''t Is echt een lieverdje hoor, vooral als hij stottert, en hij schijnt het licht te hebben gezien!' 'Een zwartgallig dwaallicht zeker, met medelijden koop je geen diepgang!' 'En wat vind je van die afschrikwekkende horroradvocate en losgebroken spookhuisattractie Inez nog wat? Je weet wel, dat gothic-misbaksel met verborgen, criminele motieven, die als duivelin gesminkte she-devil!' 'Komt die ook? God, bewaar me!' 'Ja, en het braafste meisje van de klas Carola Schouten ook!' 'Die zelfvoldane huppelkut is protestants!' 'Precies, krijgen we vast shots uit 'Een vlucht regenwulpen' en 'Dorsvloer vol confetti' te zien!' 'Trek die er nou maar bij aan, voordat je ze alle duizend past!' 'Echt? Is het niet te opzichtig?' 'Nee joh, daar waar wij heen gaan, kijkt iedereen over je heen, ik bedoel, je met de nek aan!' 'Vind je eigenlijks wel dat we moeten gaan?' 'Natuurlijk, even onze gezichten laten zien en flink wat van de champagne slurpen, met de bitterballen gooien en daarna lekker een chique tent in!' 'Is minister Hugo de Jonge er ook?' 'Ja, en Freek de Jonge met zijn buikspreekpop Helma ook!' 'Wat moet die nou daar?' 'Geeft een mini-conference!' 'Daarvoor wil ik graag weg zijn!' 'Geregeld, moppie, kom nu maar, je ziet er weer heerlijk sexy uit, ik zal je bij al die hoge pieten moeten wegslaan!' 'Deed je maar eens zoiets!' 'Hoho, chick, geen gemor hé, de koets staat reeds voor en de taxichauffeur heeft er zin in!' 'Als je maar niet denkt dat je ergens op een parkeerplaats kunt gaan stoppen voor een snelle wip in een donker bos!' 'Komaan zeg, waar zie je me voor aan!' 'Nou, het lijkt me eigenlijks best spannend!' 'Heb je Titia gevraagd om zich dit weekend een beetje te gedragen!' 'Die moet vooral veel studeren en ze heeft het telefoonnummer van ons hotel, mocht ze ons niet kunnen bereiken!' 'Prima dan, let's go, even weg van alle stress!'.

Naast een oud boerderijtje aan de Dorpsweg 2 in Onnen is Popco Emmen zichzelf aan het scheren, maar zijn snor laat hij staan, omdat hij graag wat ouder lijkt. Hij huurt een huisje achter de boerderij. Zijn huurbaas Driekus Ouderling rekent maar 150 euro per maand. 'Dat je in die rommel wilt wonen? Maar ik vind het best!', had hij destijds gezegd. Inmiddels is Popco van alle gemakken voorzien en is hij blij met zijn baantje als tuinier bij een rijke, ongetrouwde, zwaar rondborstige barones in Haren, Truus Wassenaar. Inmiddels is hij een soort butler voor haar en zet hij thee, doet hij de was en de boodschappen en houdt hij haar gezelschap. Ze betaalt hem ruimschoots en voor zijn fysieke diensten steekt ze hem extra flappen toe. Die zijn natuurlijk ook voor zijn zwijgplicht. Popco smeert een nieuwe geur after-shave op zijn gezicht en hij stopt een flesje jenever in zijn binnenzak. Hij sluit de deur zonder die op slot te doen, want dat hoeft hier niet. Onnen is een vergeten dorp, waar voor dieven niets te halen valt. Op zijn kraakfiets ploegt hij richting de Gorechtkerk aan de Kerkstraat 14 in Haren, waar de jongeren op vrijdagavond een dansfeest hebben, een ontmoetingsavond. Dat is zeker nodig in deze eenzame streken, waar zelfs op de lantaarnpalen bezuinigd is. Hij stalt zijn ijzeren ros voor de gereformeerde kerk. 'Zo, Popco, heb je er weer zin in vanavond? Is de opkomst een beetje te doen?', vraagt dominee Wiepko Abbring, die onder het afdakje van de pastorievoordeur staat te roken. 'Vorige week waren er bijna vijftien man!', antwoordt Popco, 'eens kijken wat het nu wordt!'. 'Doe de groeten aan Driekus, ik heb hem al lange tijd niet meer in de kerk gezien, gaat het goed met hem?', vraagt Wiepko enthousiast. 'Ik hoor hem elke dag nog psalmen zingen!', reageert Popco, die nog een keer zwaait en dan rondom de kerk naar de recreatieruimte struint. De stemming zit er al aardig in en sommigen wagen zich zelfs op de dansvloer. 'Van mij hoeft die house-herrie niet! Heb je ook iets van U2?', vraagt Popco aan de amateur-DJ Willem van Maris, die meteen knikt. 'With or without you'?' 'Prima!' 'Heb je al gezien dat Titia Croons er is?', vraagt Willem. 'Echt? Waar dan?' 'Ze zit aan die achterste tafel, kijk maar, naast dikke Dirk, die probeert hij te versieren, no chance!' 'Maar ik kan het serieus proberen!', zegt Popco, terwijl hij op de U2-klanken naar haar tafeltje beent. 'Zo, Dirk, ben je weer nette dames aan het plagen?', zegt hij met een doordringende blik, die 'weg wezen jij!' betekent. 'Nou, we waren alleen maar over het geloof aan het praken, Popco, verder helemaal niets, man!', reageert Dirk, alsof hij door de dominee zelf wordt berispt. 'Moven, slome, ik heb een afspraak met Titia en daar kunnen we jou niet bij gebruiken!', gebiedt Popco. Dirk druipt meteen af en Titia zit met grote ogen naar Popco te kijken. 'Wij een afspraak? Daar weet ik anders niets van!', zegt ze haastig. 'Wat wil je van me drinken, schat, een cola-tic of zo?' 'Een cola wel en verder vind ik jou volkomen getikt!' 'Weet je dat ik een speciaal zwak voor pruillippen heb?' 'Haal die cola nou maar!' 'Doe ik, schat, blijf rustig zitten!'. Even later reikt hij haar een glas cola en vraagt hij of ze er een scheutje jenever bij wil. 'Dat lijkt me een gore combinatie!', zegt ze met zichtbaar afgrijzen. 'Vind ik van niet!', zegt Popco, terwijl hij een flinke scheut in zijn eigen cola giet. 'Ik zie je hier voor het eerst!', zegt Popko, 'vanwaar ineens die interesse?'. 'Mag dat niet soms?' 'Natuurlijk wel, maar ik denk zo, een jongedame van jouw niveau, wat moet die nou in een rovershol als dit?' 'Dit gaat uit van de kerk ja en ik ben toevallig ook lid van deze kerk!' 'Maar in de kerk zie ik je ook niet echt vaak!' 'Ik heb het druk met mijn studie taal- en letterkunde!' 'Een oom van mij studeerde ook aan de Rijksuniversiteit, maar die is helemaal hoteldebotel geworden en in een gekkenhuis beland!' 'Wat studeerde hij dan?' 'De weetnietkunde!' 'Haha, lollig hoor!' 'Nee, echt, die bestond vroeger, dat noemen ze nou de filosofie geloof ik!' 'Of de theologie natuurlijk!' 'Inderdaad, jij vat het, nog een cola, dropje?' 'Ik heet Titia en ik heb liever niet dat je zo denigrerend doet, vat je, vatje?' 'Niet boos worden, schone coladrinkster, ik ben maar een simpele ziel uit Onnen en ik weet ook niet hoe ik een chique jongedame zoals jij moet versieren!' 'Probeer eerst eens een wat meer beleefde woordkeuze!'.

Na twee uren conversatie zijn Titia en Popco behoorlijk tot elkaar genaderd en heeft Cupido bij beiden raak geschoten. 'Mademoiselle, mag ik deze dans van u?', vraagt hij met een diepe buiging, wanneer 'Never gonna give you up' van Rick Astley wordt gedraaid. Beiden gaan helemaal op in het dansnummer en hun paringsdans doet denken aan 'Saterday Night Fever'. Beiden proberen elkaar zoveel mogelijk te imponeren en uit te dagen. Zodra Willem de felle lampen aan doet en het feest is afgelopen, vraagt Popco of hij Titia naar huis mag brengen. Bij de garderobe tongzoenen ze al met elkaar. 'Good luck!', weet Willem nog te zeggen. Samen fietsen ze naar 't Huis De Wolf aan de Rijksstraatweg 76, waar Titia woont. 'Jezus, die oudjes van jou hebben blijkbaar goed geboerd!', zegt Popco, 'heb je echt een sleutel van dit landhuis?'. 'Kom nou maar, mafkees, het is gewoon een huis met wat meer toeters en bellen!', zegt Titia, die hem over zijn kruis strijkt. Titia doet wat lampen aan en Popco kijkt zijn ogen uit. 'Verdulleme zeg, is dat een echte Herman Brood?' 'Zeker weten, maar de duurdere schilderijen hangen op de eerste etage!' 'Dan moeten we daar ook maar even kijken!' 'Hou je van de Haagse School dan?' 'Van geen enkele school, maar ik wil het wel even zien!' 'Welk merk whisky wil je?' 'Húh! o, doe maar een Jack Daniels!' 'Met of zonder ijsblokjes?' 'Zonder graag!'. Titia doet alle gordijnen dicht en daarna gaat zij op de woonkamertafel staan. Popco ploft op de bank en hij kijkt hoe Titia langzaam en zwoel haar kledingstukken op de grond gooit. 'Zo mag ik het graag zien!', zegt hij met open mond. Zodra Titia helemaal naakt is, trekt hij als een bezetene al zijn kleren uit en gaat hij naast haar op de tafel staan. 'Wacht even!', zegt Titia, 'even een muziekje erbij!'. Op de klanken van Vivaldi's Vier Jaargetijden raken ze van elkaar in trance en gaan ze helemaal los. Popco heeft nog nooit zulke mooie borsten voor het grijpen gehad en hij neemt het er dan ook goed van. 'Je blijft maar aan de bovenkant hangen!', zegt Titia een beetje ongeduldig. 'Sorry, darling, ze zijn ook zo mooi!', gromt hij, terwijl zijn hoofd met likkende tong naar haar Venusheuvel en schaamlippen glijdt. 'Doe maar!', kreunt zij, 'doe maar lang, fel en teder!'. Titia drinkt ondertussen uit een fles wodka en ze giet wat over Popco's hoofd en drukbezette tong. Voordat ze tot dé liefdesdaad overgaan, laat Popco haar nog een lijntje cocaïne snuiven, wat ze blijkbaar al eerder heeft gedaan. 'Ik weet waar mijn vader zijn heroïne bewaard!', zegt ze ineens, 'kom, dan nemen we daar ook wat van!'. 'Nou, is da-dat wel verstandig?', vraagt Popco met een zwaar benevelde kop. 'Gewoon een beetje!', zegt zij, terwijl ze hem met zich meetrekt naar een kamer op de tweede verdieping. In een antieke spiegel ziet Popco zichzelf als in een wazige lachspiegel. Zijn speer staat knalhard naar voren als de lans van een ridder te paard. De kanonskogels bungelen er een beetje onder. 'Ik lijk wel een geile stier!', zegt hij tegen Titia, die driftig naar de heroïne zoekt en daarbij haar achterste uitdagend in de lucht steekt. 'Jouw voch-vochtige gleu-gleuf, da-daar ka-kan ik nie-niet aan weerstaan!', hakkelt hij. 'Ik heb het!', roept zij verheugd, 'steek hem nog even terug, wil je? Na wat heroïne gaat het nog leuker worden!'. Even later spuiten ze beiden wat van die gevaarlijke troep in hun aders. Het is echt verschrikkelijk heftig en hun vrijerij eveneens. Er lijkt geen einde aan te komen en zij gaan maar door, totdat Titia als door een gifslang gebeten ineens keihard achterover slaat en niet meer beweegt. 'Ti-ti-titiaááááá'!', schreeuwt Popco wanhopig en verdwaasd. Hij tilt haar mee naar een slaapkamer, waar hij haar in een bed stopt. Hij luistert naar haar hart. Het klopt nog. 'Godverdegodver, gelukkig maar!', denkt hij superbenauwd. Hij zet een fles water en een beker naast haar bed en op de eerste etage gapt hij twee echte Isaac Israëls met zich mee. 'Daar komen ze wel overheen!', denkt hij, 'ik ben allang blij dat Titia nog ademt!'.

Een week later scheuren er drie politiewagens het terrein van Driekus Ouderling op. Popco heeft de sirenes natuurlijk gehoord en hij vlucht via de achterkant de weilanden in. Driekus staat verschrikt in de deuropening en hij wijst naar het onderkomen van Popco, die zich door de flinke voorsprong veilig waant. In zijn huisje hoeven ze niet lang te zoeken, want de twee schilderijen hangen gewoon duidelijk aan de wand. 'Hij is via de achterdeur gevlucht!', schreeuwt een jonge agente met een strakke kont. 'Er achter aan dan!', schreeuwt een mannelijke collega. Terwijl er vier agenten door het weiland rennen, rijdt één van de politiewagens met paniekerige sirene richting de weg aan de andere kant van de weilanden. Popco ziet die auto hem de weg versperren en hij wijkt uit naar links, waar een bos ligt, waar hij mogelijk een schuilplaats vindt. De vier volgers zien dat hij naar links gaat. 'Dit gaat mis!', denkt Popco hijgend en verdrietig, 'wat moest ik ook met die verdomde Israëls!'. Aan de horizon van het bos ziet hij een verlaten huisje met een diepe, leegstaande put. 'Krijg de tering, vuile ratten!', denkt hij, 'mij krijgen jullie echt niet te pakken!'. Hij gaat op de rand van de put zitten en hij wacht af, hevig nahijgend en zwetend. De vier agenten omsingelen hem en hij lacht naar hen. 'Leeft ze nog?', vraagt hij aan de vrouwelijke agent. 'Wie bedoel je?', vraagt ze terug. 'Nou, Titia natuurlijk!', zucht hij. 'Titia leeft gelukkig nog, maar er wordt jou wel poging tot moord ten laste gelegd!', zegt de agente, die ineens een duivelin blijkt te zijn. 'Wat nou moord, sufferds!', roept hij, terwijl hij op de putrand gaat staan en een mes trekt. 'Het was kantje boord!', zegt een agent, die dreigend naderbij komt. 'Ze moest zo nodig nog die heroïne van haar pa erbij!', probeert Popco nog, 'maar dat zal ze jullie wel niet verteld hebben!'. 'Leg dat mes neer en kom van die put!', roept de strenge agente. 'Geen denken aan!', zegt Popco en hij snijdt vliegensvlug zijn halsslagader open, terwijl hij nog even wankelt en daarna in de put valt. Er klinkt een doffe dreun. 'We moeten zo snel mogelijk een touw zien te bemachtigen!', roept een agent tegen zijn collega's in de auto, maar hij weet dat ze veel te laat zullen komen. 'De jacht is beëindigd, het prooidier heeft zichzelf gedood!', zegt de agente verslagen, 'en dat allemaal om twee kutschilderijen en een vermeende moordpoging!'. 'Zie je wel dat die Titia gelogen heeft over die aanranding en poging tot drugsmoord!', zegt een pientere agent, terwijl hij in de donkere put loert en een vlieg van zijn zwetende voorhoofd slaat. 'Tja, als het kalf verdronken is...', zegt de verbitterde agente en ze rent als een gek naar het lege huis om te pissen. Het spettert op half verbrande kranten met roetvlekken. Ze leest iets over Project X in Haren. Daar heeft ze toen een snijwond bij opgelopen. Ze kijkt even naar het litteken op haar hand. 'O, mijn God!', denkt ze volkomen gefrustreerd, 'ik heb graag vandaag nog een andere baan! Gebakjes verkopen of iets dergelijks en dan vriendelijk bedankt worden voor die simpele dienst!'.

Emmen Croons Ouderling Maris Abbring Leur

• 1
• 2
• 3
• 4
• 5

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 43