Bok Bok Hoeveel Horens ... .
Soms vallen je dingen op, waarvan je denkt: hoe kan het dat me dat opvalt; terwijl andere opvallende dingen je juist weer helemaal niet opvallen.
Vorige week liep ik door het dorp en halverwege de Norgerweg zag ik vermoedelijk een echtpaar in hun voortuintje bezig. Ze waren onkruid aan het verwijderen en hij zat daarbij op z’n knieën en met de rug naar de weg toegekeerd en zij stond voorovergebogen de benen recht en met haar achterste naar de woning gekeerd.
Iets in me zei: maak nou een foto. Misschien uit een soort voorgevoel van dat het ter ondersteuning van een verhaaltje zou kunnen dienen. Toch heb ik het maar niet gedaan, want misschien zouden ze het niet eens leuk kunnen vinden; mocht de foto in een van mijn boekjes worden geplaatst.
Het opvallende eraan is en was, dat ik me realiseerde dat mijn vrouw het ook zo doet en dan later weer klagen over duizeligheid en rugpijn. En het gekke is, dat als je er op let, er heel veel vrouwen zijn die het op die manier doen. Heel mollige vrouwen meestal niet vermoed ik, die zijn vaak topzwaar – maar die tuinieren veelal ook niet. Hun kwaliteiten liggen waarschijnlijk meer binnenshuis. Vaak zijn dat keukenprinsesjes?
Maar goed, even nagedacht hoe ik op deze rare constateringen kwam. En ja ik wist het weer. Ik had een poosje geleden een stukje van een documentaire gezien van twee dames, waarbij de ene de andere moest laten opnemen, omdat die te erg dementeerde. Ze vertelde het aan de interviewster, terwijl door het raam te zien was dat de andere vrouw in de tuin bezig was. Die tuinierende vrouw was 91 jaar en tot mijn verbazing stond ze rechtop en voorovergebogen het onkruid te verwijderen. Verdorie 91 jaar en nog zo kwiek – het lukt mij echt niet meer en ik ben niet eens dik. Ik moet het wel verkeerd gehoord hebben. Dit tafereeltje heeft echter onbewust dus toch grote indruk op mij gemaakt.
Tuinieren is niet mijn hobby; gelukkig wel die van mijn vrouw. Maar goed, een ander gek beeld dat bij me opkwam was dat van het schoolplein, waar we het spel ‘Bok bok hoeveel horens heb ik?’ speelden.
Hoe het spel ongeveer ging was als volgt: er moest iemand voorovergebogen richting een muur staan en dan sprong iemand op de rug van die persoon en hield een aantal vingers omhoog. De bok moest het aantal raden. Raadde die het niet dan moest die blijven staan. Raadde die het wel dan werd degene die op de rug zat ‘de nieuwe bok’. Natuurlijk werd er soms vals gespeeld en raadde de bok het gedurende het hele speelkwartier niet. Bij ons waren de meiden vaak de bok. Toen hadden wij jongens al in de gaten dat die stevig op hun benen stonden.
Een feit wat dus nu nog weer terug te zien is in de stijl van tuinieren. Ik vertelde deze conclusies aan mijn vrouw en die zei: ‘Goh, nu je het zo zegt – er kon best wel eens een kern van waarheid in zitten.’ Zij pakt staande – de benen recht – ook zomaar iets wat gevallen is van de grond – geen enkel probleem.
‘Weet je wat ik nog wel eens zou willen,’ vraagt ze.
Ik antwoordde: ‘Nee, onmogelijk dat te raden, want jij wil altijd zoveel.’
‘Ik zou nog weleens een spelletje willen spelen.’
‘Spelletje spelen?’
‘Ja, ik zou nog weleens dat spelletje ‘bok bok hoeveel horens heb ik’ willen spelen, me weer even voelen als toen.’
‘Mafkees, maar goed dan, maar dan ben jij de eerste bok, want jullie vrouwen staan steviger op je benen.’
‘Oké.’
Om de buren niet ongerust te maken deden we het ‘s avonds, in de kamer met de gordijnen dicht.
Goed zij ging voorovergebogen tegen de muur staan. Ik nam een flinke aanloop, want zij staat hoog op haar benen en ja het lukte me. Het aantal horens wist ze helaas niet te raden.
Maar dat hoefde ook niet, want ze kon niet meer overeind komen – het was haar vreselijk in de rug geschoten. Ze moest met pijnstillers op bed.
En ik? Voor mij had het desastreuze gevolgen.
Mijn lot was bezegeld, ik moest in de tuin onkruid wieden en ook nog eens koken, boodschappen doen, en alleen de afwas wegwerken – in feite eigenlijk alles. En dat twee weken lang.
Daarna heeft zij zich, naar eigen zeggen, nog nooit zo goed gevoeld.
En ik? Ik had daarna behoorlijk last van mijn rug.
Wat zo’n simpel kinderspelletje al niet teweeg kan brengen.
Inzender: C.A. de Boer, 30 april 2022
Geplaatst in de categorie: humor
Maar een raadgeving voor je vrouw: al kan zij met haar benen recht iets van de grond oprapen, toch is het aanbevelenswaardig om door de knieën te gaan en het voorwerp in gebukte houding vast te pakken.