Avonturen in Helmond (1962)
In die tijd logeerde ik weleens bij tante en oom in het drie verdiepingen tellende kapitale huis in Helmond, bij mijn nichtjes Suzanne en Ine. Zij hadden veel meer speelgoed dan ik, dochter van een klein ambtenaartje. Mijn vodderige jurk had tante vervangen door een zomerjurk met turquoise en witte ruiten, aangeschaft bij C & A. In de kelder van het huis was een schommel aangebracht waarop ik vele uurtjes doorbracht en daar stonden ook de weckflessen van tante op planken tegen de wand.
Als kinderen speelden we met ijzeren staafjes die we verkregen bij de fabriek die gesitueerd was aan de andere kant van de grote binnenplaats. Oom was handelaar in lompen en onder het huis bevond zich over de hele lengte een kelder waar de zakken met vodden opgestapeld lagen en waar een muffe lucht hing. Eens verkende ik met mijn nichtje Ine het huis en op een rommelzolder vonden we een fraai, gedessineerd tafelkleed. Onze kinderlijke fantasie, gevoed door onze lectuur, moet ons ingegeven hebben een soort elfenschoentjes te vervaardigen van het kleed en onbezonnen en onvervaard zetten we de schaar erin.
Toen tante erachter kwam huilde ze met diepe uithalen om de aantasting van het haar zo geliefde kleed.....
Geplaatst in de categorie: kinderen