Inloggen
voeg je hartenkreet toe

Hartenkreten

Jef, och arme

De vliegtuigcrash in Schiphol in februari 2009 zou te wijten zijn geweest (inmiddels bevestigd door Boeing) aan een defecte hoogtemeter die zijn foute metingen aan de boordcomputer als “juist” doorspeelde. “Slechts 9 doden” was het bilan waar het, normaliter, er méér zouden moeten geweest zijn.

Bij de gelukkige overlevenden bevond zich zelfs een passagier die in vijf dagen tijd twee vliegtuigongelukken had meegemaakt, allez vooruit, met succes. Dit heuglijk feit is voor weinigen weggelegd zoveel is zeker wetende waar anderen, soms onder een minder gelukkig gesternte geboren, het niet zouden hebben gehaald zelfs als de oorzaak ervan minder erg ware geweest.

Neem nu mijn oude vriend Jef die ik onlangs tegen het lijf liep op een vrijwilligersdag en die me uit de vele herinneringen die hij nog rijk is, het een en het ander vertelde – feiten die ikzelf voor onmogelijk achtte –wat hij zoal was tegengekomen de laatste tijd.

En aangezien onze Jef minder fantasie heeft dan schrijver dezes, geloofde ik hem op zijn woord.
Zijn oudste kleinzoon Dave zou weldra vader worden. Het kon alle ogenblikken gebeuren. Zijn vrouwke was ’s avonds laat, nà haar eerste weeën en op verzoek van de huisdokter, naar de kraamkliniek gevoerd. ’t Was wel nog niet zo voor direct, maar toch had men het Jef telefonisch laten weten zodat hij zich, hoe dan ook, met een gerust gemoed ter ruste kon begeven.

Midden in de nacht hoorde hij plots de telefoon rinkelen. Hoe lang al wist hij niet in te schatten, maar zo goed en zo kwaad zijn oude knoken het hem toelieten, wipte (?) hij uit bed en “stormde” naar de belendende kamer waar de telefoon stond opgesteld. ’t Was helledonker en hij dacht er niet meteen aan licht te maken. Met een verschrikkelijke “Ai, au, Dedju, God… (ons Heer kwam hem niet ter hulp) hinkte hij moeizaam verder. Hij had namelijk zijn grote teen (later een dikke) tegen een beddenpoot gestoten. Miljaarde, miljaarde vloekte hij (m.i. terecht).

Toen hij eindelijk aan het zwarte beest geraakte, staakte die zijn nijdig gerinkel. “Godverhier, godverdaar… tot daar nu aan toe. Wie had er nu gebeld, verdomme? Dave? Iemand uit de kraamkliniek? De elektrische wekker wees “04.00” aan. Zijn zéér pijnlijke voet begon vervaarlijk op te zwellen ja, dat zag hij duidelijk in het flauwe (25W) licht van het nachtkastlampje.

Jef pikkelde naar de keuken, vulde een grote plastieken kom met wat zout erin om zijn voet wat te doen ontzwellen. (Dat had hij nog van zijn vrouw zaliger geleerd.)
Zijn dikke grote teen (was voor kort een grote alleen) kreeg alle kleuren van de regenboog. Van slapen kwam niets meer in huis terwijl het tikken van zijn staande klok in de living langzaam, tergend langzaam, de grote wijzers rond de uurplaat deed opschuiven. Jef had zich inmiddels in een zetel laten neerploffen nadat hij een pijnstiller van 500 mg had ingeslikt.

Toen het eindelijk half acht geworden was en de pijn toch niet meer te harden bleek, belde hij de huisarts op voor een zeer dringend bezoek. En, wonder boven wonder, binnen het kwartier hing de dokter aan de deurbel.
Jef hees zich met veel moeite recht, steunde in zichzelf en her en der tegen een meubel en trekkebeende naar de voordeur.

Bij zijn derde hink-stap-sprong ging het totaal mis. Jef viel pardoes met zijn hoofd tegen de zijkant van het barmeubel. Hij aanriep meteen “alle-engelen-op-aarde-als-in-de-hemel” terwijl het warme bloed hem van de linkerwang gutste. De deurbel ging opnieuw over, wat nerveuzer. De man ervóór bonsde ook op het glas in de deur.

Jef scharrelde, goedschiks kwaadschiks, een handdoek uit een lade en hield die tegen zijn gekwetste kop.
Hoewel hij maar enkele meters van de voordeur verwijderd was, deed hij er meer over dan een 400-meterloper. De dokter ramde de deur maar verder door. Jef bestierf het bijna. Hij kwam, ei zo na, adem te kort bij het roepen dat hij zijn sleutel van de voordeur aan het zoeken was.

Ellende, ellende. Afijn, uiteindelijk geraakte de dokter toch binnen en trof er een slecht uitziende bejaarde man aan, zo te zien…de dood nabij. Jef keek hem zo troosteloos, zo meewarig en zo verdrietig aan dat de dokter even diep moest slikken.

Na een vlugge oogopslag spoot de dokter hem een krachtige pijnstiller in, bekeek dan verder de ernst van de hoofdwonde en de inmiddels zwart uitgeslagen dikke grote teen. Hij bette Jef het voorhoofd met wat ontsmettingsalcohol die onze vriend nog meer pijnlijke grimassen opleverde.

Jef moest naar de spoedafdeling voor een radiografie vond de omnipracticus. De hechtingen aan het voorhoofd zou hij wel zelf hier doen tot de “100” zou komen.
Jef herademde en zuchtte opgelucht verlicht. Helaas, de miserie was nog niet ten einde, zo bleek, want de Jef woonde in een zeer oud appartementsgebouw, vier hoog, zonder lift en met een veel te smalle trap.
De ambulanciers konden niet eens onze vriend Jef op een stoel naar beneden brengen, laat staan een berrie. En hem op de rug sjorren was helemaal uit den boze want Jef woog tegen de 100 kilo.

Dan de brandweer er maar bijgehaald die met de brandweerladder Jef via het venster naar beneden bracht. Geheel het gebouw stond in rep en roer zo vroeg in de morgen. Brand? Waar? Op het vierde? Bij de Jef? Och arme!
De ontstane paniek bleek gauw geluwd toen er nergens rook opsteeg noch geroken werd.

Toen de wagen van de “100” uiteindelijk met de Jef wegscheurde, was er toch méér dan een uur verlopen sinds de dokter zich kloppend en aanbellend had gemeld.
Van de dikke grote teen was er helemaal geen sprake meer maar eerder van een dikke lompe voet.

Maar let op, Jefs kwade oog liet hem nog niet los want de “100” geraakte betrokken in een aanrijding aan een beschermend kruispunt met verkeerslichten. Tumult van jewelste, geroep en getier van de aangereden wagenbestuurders. Gelukkig had men Jef goed vastgesnoerd op de berrie. Wie weet was hij dan er niet uitgedonderd? Ons-Heer-in-den-Hoge heeft het dààr hard te verduren gehad, zoveel is zeker.

Toen Jef finaal dan toch geholpen werd in de spoedafdeling en te horen kreeg dat zijn grote teen gebroken was (barst) en hij pas morgen in het gips zou worden gestoken nà de ontzwelling van de voet, nam hij het zowaar zeer luchtig op met de woorden “ gelukkig was de “100” geen vliegtuig want dat zou zo goed niet zijn afgelopen, hé” bezwoer hij. Zo zie je maar!

Hij mocht in het ziekenhuis overnachten en verwittigde meteen zijn oudste zoon die hem direct krachtig onderbrak met “ Verdomme, pa, we hebben je sinds vannacht proberen te bereiken, maar meneer, vond het de moeite niet om wakker te worden, op onze herhaalde telefoonoproepen”.

Jef kon haast niet meer slikken. Nu nog op de koop toe die meterslange jeremiade meten aanhoren nà al zijn rampzaligheid, dat was hem er teveel aan. Hij sloot de ogen en de oren en daarmee ook voor de boodschap dat hem een achterkleinzoon geboren was en de familienaam verder zou blijven bestaan.

Jef liet moedeloos de telefoon in de haak glijden. Eén warme traan liep hem over de verweerde linkerwang.

Jef, och arme, beste vriend!


Zie ook: http://www.cursiefjes.tk

Schrijver: jan coessens, 11 maart 2009


Geplaatst in de categorie: maatschappij

2.5 met 4 stemmen 402



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)