toch de tranen
We wisten het toch.
We wisten dat hij het niet lang meer zou maken, onze vriend. De laatste weken kwamen we meerdere keren per dag eventjes bij hem kijken. Ik zelfs, die nooit een 'loper' was geweest.
"Hoe gaat het met je? Wil je iets drinken, zal ik een mandarijntje voor je pellen?" Hangend in zijn oude leunstoel stond hij ons immer goedgemutst te woord.
"Het gaat niet goed, maar ik wil heel graag een mandarijntje als jij hem voor me schoonmaakt." De godganselijke dag stromen hulpverleners in en uit. Iedere avond voor we gaan slapen kijkt mijn man nog even of alles goed is bij onze vriend.
Op een ochtend ligt hij totaal verkleumd vóór zijn bed. Een ambulance brengt hem naar het ziekenhuis. Daar wordt hem verteld dat de dood niet lang meer op zich zal laten wachten. Familie en vrienden nemen afscheid.
"Dank voor jullie vriendschap", fluistert hij. "Tot ziens daarboven", zeggen wij.
We huilden niet. We wisten het toch. Ook tijdens de crematie zijn we sterk. "Het is goed zo", zeggen we tegen elkaar als we het crematorium verlaten.
In ons eigen veilige huis hebben we na alle hectiek eindelijk weer eens tijd voor de dagelijkse dingen. We luisteren het antwoordapparaat af. Enkel oude boodschappen. Net voor ik de knop 'alles wissen' in wil drukken komt zijn breekbare stem. Hij wenst ons alle goeds voor het nieuwe jaar.
Toen werd het mij teveel, toen kwamen de tranen.
Geplaatst in de categorie: afscheid