Inloggen
voeg je hartenkreet toe

Hartenkreten

Onbegrepen begrip

Is het waar? Vraag ik mezelf, -voor de zoveelste keer- af.
Ben ik mezelf weer verloren aan iemand, die me kan breken en helen, naar diens wil?
Geschrokken kijk ik mezelf in de ogen, een lege blik tekent het spiegelbeeld.

Ik ben een paar uren, dagen kwijt. Ik heb de kleren van drie dagen geleden nog aan, mijn haren verwilderd, ongekamd.
Ik voel me vies maar kan me er ook niet echt aan storen. Ik probeer mijn verkleumde vingers op temperatuur te wrijven ondanks hun stramheid. Ik heb het koud. Koud van binnen en van buiten.
De muziek in de coffeeshop overstemt het geknor in mijn maag, dat die pijnlijk samenkrimpt kan ik niet maskeren, ik smoor een pijnkreet.

Ik dacht heel langzaam kapot te gaan, maar het gaat zo snel, dat ik ben vergeten wanneer het rottingsproces zichzelf in gang heeft gezet.

Daar waar verdriet machteloosheid tekent, maakt het me agressief, onberekenbaar. Ik sta op scherp en verlies geen enkele gemaakte beweging in mijn omgeving uit het oog, van wie ook.
Mijn lichaam verkrampt, opgeblazen en toch zo in elkaar gezakt probeer ik zo groot te zijn als ik me klein voel.

reuzin. past geeneens de coffeeshop nog in.....

De dagen gaan me voorbij. de mensen als vreemden, mijn omgeving als enkel de maatschappij. Ik ben mezelf verloren toen ik mezelf beloofde geen traan meer te laten.
Ik voel me gevangen. Overschaduwde gedachten, gesmoord praten.

Zonder iets te vertellen.

Tellen kon ik nooit zo goed. Maar de tijd is berekend, tot in zijn laatste minuut.
Ik strijd een gevecht tussen lichaam en geest
welke lijdt er het meest?

vreten is niet worden gevoed
hongeren tekent
liefde ondervoedt

Ik houd mijn lichaam voor de gek door het te voeden met suikerzakjes of sportdrankjes, als de duizelingen me overvallen. Ik geef me continu over aan de slaap die de tijd doodt.
Misschien is het waar, en ben ik mezelf aan je verloren. Maar dan zal ik herenigd worden, op het moment dat ik jou in mijn armen kan vangen, als is het maar voor even.

Vanavond probeer ik mijn dagen bijeen te schrapen in mijn notities. waar was ik? Wie was ik?

Ik weet alleen de voortdurende stroom herinneringen, voordat je op vakantie bent gegaan. Ik voel alleen hoe jouw armen mij beschermen tegen het kwaad, dat in me is.

Vandaag sprak mijn lichaam waar ik zweeg. Een collega van jou, die me al zoveel jaren kent, vroeg me wat ik had gebruikt, benoemde een blik in mijn ogen die zich niet in woorden liet verpakken. ongenoemd.
Ik had niks gebruikt, mijn lichaam schreeuwde de zwakte voor zichuit. Je keek me aan in een blik die zweeg, je in een oogopslag vertelde dat het niet goed ging.
Ik vluchtte uit het kantoor om me te verliezen aan het roken. Maar de scherpe rook doet me hoesten, me verlangen naar alles wat ik nu niet krijgen kan.
Ik vluchtte, ditmaal terug naar haar. Ik vroeg haar om met me te boksen. Ze weet dat ze medewerking verleent aan iets dat mij ten gronde richt. Ik smeek haar. Op het moment dat zij me tegenwicht biedt, gooi ik alle agressie in kracht uit mijn armen. Ze houdt me niet. Steeds opnieuw verlies ik me aan de adrenaline, die me steeds verder brengt van waar ik zou moeten komen: praten. doordat ik mijn lichaam uitput, hebben mijn emoties geen grond om zich aan te hechten, of van waaruit ze zich kunnen ontwikkelen. ze worden het zwijgen opgelegd.
Ik hijg, mijn ribbenkast doet zeer. Ik verberg dat de kracht waarmee ze mij vasthoudt zeer doet. Doe me pijn, zodat ík het niet hoef te doen.

Ik probeer mijn niet verwoorde gevoelens aan het papier toe te vertrouwen. met als wapen mijn houding laat ik haar lezen dat ik me ben verloren in een waas, niet meer weet hoe ik eruit moet komen. Ik benoem mijn gevecht om waar ik ongezonde gedragingen heb aangeleerd, gezonde gedragingen te leren.
Ze breekt me stukje voor stukje. Als ik mijn zwakheid benoem, noemt zij dat mijn grootste kracht.
Zegt dat ze me pas sterk vond toen ik uitting durfde te geven aan mijn emoties, hoe zwartgallig deze zich ook lieten benoemen of uiten.
Luister Stef, zegt ze iets feller dan bedoeld. Als jij, als zo' n jong meisje, dat al door zoveel mensen zo is beschadigd, nog van iemand kan houden, zo onbezonnen, dat is zoiets bijzonders! Dat zie je zelf helemaal niet. Wat jij jouw zwakte noemt, dat noem ik jouw kracht, Stef. Moet je zien hoe je hier twee jaar geleden was. Dat was pas ziekelijk. ik kon je totaal niet bereiken. Je hield me altijd vast, maar je praatte nooit met me. In plaats daarvan sloeg je met je hoofd op de grond, vroeg op een verkeerde manier aandacht of als ik een keer geen aandacht voor je had, dan sprak je de rest van de dag niet met me, wat zeg ik, de rest van de week niet. Ze beschrijft een meisje dat ik niet ken. Ik weet niet meer wie ik hier ben geweest, hele periodes zijn verdwenen in mijn hoofd.
Je hebt ze te diep weggestopt Stef zegt ze me. Je wilt niet aan de werkelijkheid, de pijn en het verdriet dat je voelt. Het moet eruit, anders blijft het je achtervolgen.
Ik benoem dat ik me zwak voel staan als ik benoem waar ik zo'n verdriet van heb, omdat het bij mij zo ongekend diep gaat. Ik kan haar niet benoemen wat ik voor jou voel.

Ik begin boos te worden als ze probeert te benoemen dat zij altijd hulpverleners blijven en ik een cliënt. dat dit nooit hetzelfde zou zijn als een vriendschap. Ik zeg stop, stop. Ik zeg dit bedoel ik nou. en antwoord haar: jij ja, jij bent hulpverleenster. Jij houdt die grens. Maar omdat jij, zonder daar een negatieve ondertoon aan te voegen, zo bekrompen in bent, zul je nooit de diepte kunnen begrijpen die anderen wel ondervinden in hun contacten.
Ze kijkt me aan met gemengde gevoelens. ze weet wat ik bedoel. Ik voel me meer en meer geremd in mijn spreken.

Ze spreekt de taal van puurheid niet. Zij ziet de grenzen, die niet bestaan.
Ze hoort niet wat ik haar zeg zonder woorden. Ze hoort ook niet wat ze zelf zegt, zonder te weten wat ze bedoelt. Ik koester haar onwetendheid, maar trap er hard tegenaan.

Hoe kan zij het 'wij' begrijpen? zoals niemand dat ooit zou doen. Ze zegt dat ik iemand nodig heb met wie ik kan praten. Niet begrijpend dat ik in jou een onmeetbaar begrip heb gevonden. Iemand die echt geschoold is bedoel ik, zegt ze. "Ja HBO" antwoord ik (weet ik veel).

Geschoold door de lessen van het leven antwoordt mijn diepste binnen. Ze spreekt mijn taal, fluistert mijn hart. Ze voelt mijn gedachten spreekt mijn hoofd.
Je begrijpt het niet, zeg ik, terwijl een gemis me vlijmscherp door het hart snijdt.

Kom terug, hoor je me? En bescherm wat anderen aan blijven vallen, stuk dreigen te maken.

Mijn vuisten gebald
tegen
een onzichtbare vijand.

Misschien
ben ik het zelf
wel.

Schrijver: Stephanie-Joy, 24 juni 2007


Geplaatst in de categorie: liefde

3.8 met 8 stemmen 1.512



Er zijn 3 reacties op deze inzending:

Naam:
auke
Datum:
8 augustus 2007
Email:
auke_kooistrahotmail.com
Dank je wel voor je openhartigheid en ik wil je laten weten dat je echt niet alleen bent,prachtig mens.
Naam:
stef
Datum:
27 juni 2007
Email:
susannaxxxhotmail.com
ik zie het ja
Naam:
Natas
Datum:
26 juni 2007
Email:
ratelaartjehotmail.com
--Knuffel--

en.. je bent niet onzichtbaar

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)