psychiater meldt ontslag
Ik zit aan de verste kant van de tafel, tegenover haar. Ze schuift een blonde lok haar achter haar oor. Rommelt met de sleutels die ze in haar hand houdt, die weerklinken op het tafelblad.
Ik tik met de neus van mijn schoen tegen de poot van de tafel. Schuif heen en weer op mijn stoel, ondanks dat dit zeer doet. Ik verdenk mevrouw de pschychiater van een ietwat te persoonlijke diagnotisering van mijn niet betoonde problematiek.
Geen enkel gesprek over de anorexia verder, denkt mevrouw wel te weten hoe ik het best geholpen ben. Zoals me gewoon vertrouwd klinkt, is dit de juiste plek niet voor mij.
Ik schijn de enige te zijn, die weet dat deze plek niet bestaat. Mijn problematiek te complex, in zijn geheel bekeken. Ik noem het liever bijzonder, hooguit uniek.
Zoals mij vind je er geen een, dat maakt mijn zijn een stuk dragelijker.
Maar terugkomend op mevrouw met haar horloge, geen minuut laat ze ongezien voorbij tikken. En ik tik onder te tafel verder, op het ritme van mijn verwachtingen, die ik niet uit durf te spreken.
Hier zit een mevrouw, en mijn gemak is ver te zoeken. Haar strenge toon en diepblauwe ogen vertalen de leugen, mijn waarheid onderkend. Zij is hier de psychiater, ik toch de patient?
Ze spreekt duidelijkheid voorgekauwd door tig collega's, in zo mogelijk nog meer overleggen. Als het een bedden probleem zou zijn zou ze het niet zeggen, hoe klinkt we zitten vol? Personeels onderbezetting klinkt ook niet zo proffesioneel. En ze zou niet mogen zeggen, Stef, je bent er één teveel. Mevrouw zegt netjes volgens het protocol: er is aan de opnamevraag voldaan, we verwachten dat je deze week met ontslag zult gaan.
Straks pak ik mijn tas in, maak mijn kamer schoon en lever de sleutel in. Voor de schijn word ik dan even gewogen,
door twee liter water bedrogen.
Geplaatst in de categorie: psychologie