LATE UITLEG
Met mijn vijfenzestig jaren ben ik een jongbejaarde.
Boven mij schemert een donkerblauwe hemel, die op komende levensavond duidt. Daarachter zie ik de einder als een zwarte bergketen: vragend en wachtend duister.
Vlak voor mij ligt een bruine vlakte, verzoekt om rustig toe te kijken. Ergens, in het midden ervan, begint de grond enigszins te bollen. Er ontstaat een kleine ronde krater. Uit dat donkere gat verrijst een ranke boom met fris lover van eeuwig jeugdig groen.
Die boom draagt rode vruchten, die in mijn verleden langzaam groeiden, ofschoon ze onbekend waren. Nu bieden ze zich smakelijk en gerijpt aan, vertellend van hun lange geschiedenis.
Hoe opbeurend is hun verklaring, die ze heden geven!
Geplaatst in de categorie: individu