Uit schimmige verten van onze jeugd.....
We schreven begin zestiger jaren van de voorgaande eeuw....
Zo waren onze wandeltochten. We struinden over de Beekse Heide; vaak onafzienbaar en gesierd door een lichtpaarse overvloed of we wandelden in de Rauwbraken, het toentertijd nog onbebouwde natuurgebied ten noorden van onze stad.
We waren toen nog samen: de ouders, de zussen en het wilde, ongezeglijke broertje dat niet lang bij ons zou blijven, dat we spoedig af zouden moeten staan en dat ver voor ons uitliep.
We schrijven momenteel twintiger jaren van de eenentwintigste eeuw.
De jongen, ons broertje is man geworden; een volwassen man van zesenzestig jaar. Hij moest ons verlaten, maar de banden zijn niet verbroken.
Is in zijn ondoorgrondelijke, gemankeerde brein een schimmige herinnering blijven bestaan aan de paarse heide die we doorkruisten, in die vroege, voor ons zo onvergetelijke tijd?
Geplaatst in de categorie: geschiedenis