Inloggen
voeg je hartenkreet toe

Hartenkreten

Karl en Henry

Een olieverf schilderij op zolder voert mij veertig jaar terug in de tijd naar de ronde tafel in m’n Jordaans stamcafé tegenover de zestigjarige selfmade kunstschilder Karl. Na de tweede borrel begint hij als altijd over zijn afkeer van de wetenschap, dat materiële welvaart beslist geen welzijn is, dat het bovennatuurlijke met zijn wonderen en raadsels kapot wordt gemaakt en de mens verandert in een robot.< nu ik dit veertig jaar later schrijf doet hij me denken aan de Uniebomber en daar leek hij ook op >. Het gezever irriteert mij en met moed uit de fles verhef ik mijn stem. Dat is hij niet gewend en kijkt geschrokken, ik heb zijn aandacht.

“Karl, wetenschap verpest geen wereld door leugens te bestrijden, we kunnen geen geluk funderen op leugens. Kennis doet ons verrijken, we bekijken de wereld conceptueel en zien meer als voorheen in de dingen om ons heen, we weten waar we naar moeten kijken. Jouw levenspad is een tredvoorn zo diep uitgesleten dat je niet over de rand kan kijken, je zit gevangen in je wereld vol arcadische landschappen en herinneringen aan ooit”.

Hij luistert en dat is al bijzonder, ik vervolg: “Op zoek naar het logboek der schepping, schuift de kennisladder steeds dieper de ruimtetijd in. Karl, wetenschap komt voort uit nieuwsgierigheid en die weer uit angst voor het onbekende, het is de drang om door verkenning van de wereld onze veiligheid te vergroten en daarmee doorgaan tot het antwoord op: ‘Hoe, Wie en Waarom’ van het universum past op een spiekbriefje in de handpalm van een scholier. Wetenschap is geen tegenpool maar intelligent hulpje van de gevoelswereld en die gevoelswereld zijn we zelf”.

“De mens is een product van de evolutie en zijn ingeschapen drang kun je niet zomaar stoppen. De mens wil zijn kleinkinderen genezen van ziektes die nu ongeneeslijk zijn en zonder de door jou verdoemde techniek kunnen we de wereldbevolking niet eens voeden, kleden en onderdak geven, die zou gedecimeerd worden”.

Als ik na twee minuten van het toilet terug kom is hij weg. Onder m’n bierglas ligt een briefje waarop geschreven: “Henry ik loop in m’n ingesleten voorn naar mijn atelier om je preek te verwerken”.

Die middags krijg ik een telefoontje dat hij in beschonken toestand aangereden is door een taxi en ga met schuldgevoel naar z’n huis. “Wat nu Karl een ongelukje?” “Ja dat zeggen ze, ik dacht veilig te zijn in m’n loopgraaf maar wordt verrast door een auto, ik zag hem niet aankomen want je weet Henry dat ik niet over de rand kan kijken”. “Ja, ja! ik heb het begrepen”, zeg ik.

Een paar maanden daarna is hij gestorven aan een hartaanval. Ik heb tijdens zijn leven twee olieverf schilderijen van hem gekocht waaronder zijn zelfportret, een bewijs dat ik hem serieus nam en dat is in mindering gebracht op mijn schuldgevoel.

Schrijver: Custor
Inzender: Janneke Koster Baas, 3 april 2010


Geplaatst in de categorie: wetenschap

4.5 met 6 stemmen 260



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)