Met mijn tante in Den Bosch/"Ieder verdriet is een herinnering aan onze hoge rang"(Friedrich Nietzsche)
Toen de twijgen aan mijn venster kleine aanzetten vertoonden van minuscule blaadjes en bewogen in een licht briesje, heb ik koers gezet naar de stad waarvan mijn oude tante zo gecharmeerd en ikzelf helaas in mindere mate, maar we hebben de gevels bewonderd en ons begeven te midden van de menigte van de zaterdagmiddag die als altijd de straten en terrassen druk bevolkte.....
En verdriet bezette mijn hart en geest, een groot verdriet om de enige die mij gebleven is, om haar, die mij graag als dochter ziet, als de dochter die het leven haar niet geschonken heeft en ontroering om haar aandacht, zorg en liefde, om de gaven van haar hart, mij op dit late tijdstip nog zo ruim toebedeeld als uit overvolle, onbeperkt opwellende bronnen....
De moeder, de allerliefste die mij ontvallen is, de plaatsvervangende, tedere moeder is mijn tante voor mij.
Door de nacht slingerde de bus zich een weg op mijn terugreis (Helvoirt, Oisterwijk, Tilburg) en tranen bezetten mijn ogen om de eeuwigdurende nacht van Haar afwezigheid en ontstentenis, die spoedig, al te spoedig mij met onvermijdelijk, onherroepelijk en onstuitbaar groot verdriet zal overvallen......
Geplaatst in de categorie: verdriet