Inloggen
voeg je hartenkreet toe

Hartenkreten

Zelfreflectie of muggenzifterij?

Zover ik in gedachten terug kan gaan in de tijd ben ik me altijd bewust geweest van een aanhoudend, gelijkmatig gestadig sissend geluid in mijn hoofd. Dit is voornamelijk het geval tijdens een toestand van lichamelijke rust in combinatie met een lage hersenactiviteit, hoewel: nu ik dit bijna ultrasone geruis tijdens het tikken met een hoge concentratie óók nog hoor ben ik oprecht verbaasd. Zonder het gevoel dat dit iets buitengewoons zou kunnen zijn heb ik deze gewaarwording altijd voor mezelf afgedaan als iets, dat een ieder van ons wel zou hebben en dat het zou kunnen worden gegenereerd door de chemische en op elektronisch gelijkende onderlinge uitwisseling van processen tussen de hersenkwabben. Onze hersenen zenden golven uit die door middel van een EEG zichtbaar kunnen worden gemaakt. Zou het ook mogelijk zijn, dat bepaalde signalen van gedachten zouden kunnen worden opgepikt door een persoon, die op datzelfde moment met zijn of haar ontvanger in de hersenen op dezelfde frequentie staat afgestemd?

Vorige week, eind augustus, waren mijn echtgenote en ik 60 jaar getrouwd. Toen ik deze mijlpaal, staande voor het kamerraam, voor mezelf overdacht en de afgevallen bladeren van de bomen door de wind langs zag dwarrelen, hoorde ik in gedachten een fragment van een lied. Het is een lied over de herfst, in 1937 gecomponeerd (ik was toen pas twee jaar oud) en door de Duitse zanger Willy Schneider (bas) ten gehore gebracht. “ . . . Braune Blätter fallen müd’ vom Baum . . . “ (tweede tekstregel van het refrein) neuriede ik in gedachten mee, en ik was me op dat moment zeer ervan bewust, dat het ons toch maar mooi was gegund samen een stapje dichterbij in de richting winter van ons leven te komen. Tegelijkertijd was ik me er ook van bewust, dat mijn betere wederhelft en ik de laatste jaren bijna onevenredig veel aan vaardigheden hebben moeten inleveren, zowel fysiek als ook psychisch. Schudde ik tien jaar geleden inzendingen bij wijze van spreken zo maar uit mijn mouw (de kwaliteit daarvan even terzijde), zo ben ik tegenwoordig weken verstoken van elke creativiteit op dat gebied.

Gisterochtend zat ik daarentegen opeens rechtop in mijn stoel toen ik tijdens de eerste vluchtige verkenning op de startpagina de hartenkreet van I.Broeckx zag met als kop: “Auf der Heide blüh’n die letzen Rosen . . .” – de titel én tevens de eerste tekstregel van het lied dat ik dagen eerder voor het raam neuriede. Als ik eerlijk ben dan moet ik toegeven, dat ik door deze toeval of samenloop van de twee aparte gebeurtenissen even sprakeloos en vervolgens geroerd was. Hoe dikwijls heb ik in de begin van de jaren vijftig van de vorige eeuw, met net de baard uit mijn keel, het lied meegezongen als het uit de radiospeaker klonk. Heel even en kortstondig vielen alle gedachten aan onze lichamelijke en geestelijke ongemakken weg en kreeg ik weer een opgewekt gevoel van binnen. Eindelijk had ik hiermee ook weer een aanleiding om er mijn gedachten op los te laten en eindelijk kan ik dus nu weer een bijdrage inleveren. Het is best mogelijk, dat ook deze inzending onder de noemer van ‘te veel van hetzelfde’ valt, maar daar kan ik nog een keertje mee leven.

Het feit, dat één van de geachte schrijvers mij de nestor van deze site noemde voelt als balsem. Het kan echter niet verhullen, dat ik het met het schrijven niet meer zo kan bijbenen als ik zo graag zou willen. Wanneer ik alle lange en goed onderbouwde reacties onder de columns lees en me er pijnlijk van bewust word hoe weinig ik van de geciteerde noodzakelijke literatuur heb gelezen, dan zegt dat al genoeg. Dat laat onverlet, dat ik geniet van de scherpe maar doorgaans altijd correcte toonzetting met het nodige respect in de reacties over en weer. Het is werkelijk smullen, als ik zulks elke ochtend ontdek, maar het is soms ook een heidens karwei of zelfs ondoenlijk om de mij onbekende aangehaalde schrijvers en hun literatuur op te zoeken of te lezen. Kort en goed, ook als nestor die door de laag gehanteerde drempel van deze gewaardeerde site al 14 jaar mee mag doen, is ook het lezen al voldoende om een gedeelte van een dag te vullen. Als lezer bent u me zeker nog lang niet kwijt.

Schrijver: Günter Schulz, 6 september 2019


Geplaatst in de categorie: ouderen

3.5 met 2 stemmen 427



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Ton Hettema
Datum:
18 september 2019
'n Wijze bijdrage met gedurfde speculaties over onze onderlinge verbondenheid in de geest, een ware Nestor waardig..

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)