De herfstmaanden van 1995
De herfstmaanden van 1995 stonden in het teken van de hardnekkige depressie van Emma Petronella. Door een lekkage in de kelder van haar riante leefzaal was de houten vloer onder water komen te staan. Ze bleef er stoïcijns onder, Emma liet het water dagen staan zonder zich om de gevolgen te bekommeren. Er ontstond een noodsituatie.
Schrijver Jan Boter was voor een literaire bijeenkomst in de Verenigde Staten, waar hij contacten had die zijn boeken op de Amerikaanse markt wilden voorbereiden. Het waren de buren van het Leger des Heils die onraad roken en hals over kop Berend waarschuwden dat er iets mis was bij Emma Petronella in huis.
Op dat moment logeerde Bjarne bij zijn goede vriend Berend in Utrecht. De beide mannen besloten met enige haast naar de woning van Emma te vertrekken.
Emma Petronella zag er vreemd uit toen ze bij de deur stond. Haar gezicht was sterk vermagerd en ze had een vreemde blik in haar groengrijze ogen, die voorheen altijd zo scherp keken naar de wereld om haar heen.
Bjarne en Berend namen de situatie op. Berend dook de kelder in om de lekkage op te sporen en Bjarne begon te dweilen. Na uren werk ontstond er een situatie die bizar was. In plaats van Berend en Bjarne te bedanken voor de spontaan geboden hulp begon Emma Petronella een intrigerend verhaal over haar muzikale held Bob Dylan te vertellen. Alsof ze er maanden op had gewacht om dit verhaal te vertellen.
Ze dronk niet meer. Bjarne twijfelde of Emma nog in god geloofde. Ze stak de ene sigaret na de andere op. Ze slikte geen medicijnen en ze was in redelijke lichamelijke gezondheid. Het was een stevige depressie die niemand had zien aankomen. De hele dag lag ze op haar bed in de woonzaal om er te staren naar de muren, de spiegels, om er te luisteren naar de muziek van Bob Dylan. Af en toe dook ze in de verzamelde gedichten van een belangrijke Nederlandse dichter, maar dat was al veel moeite voor haar op een depressieve dag,
In oktober werd Bjarne drieëndertig jaar jong. Voor zijn verjaardag kreeg hij een boek van Jan Boter. Hij las met veel plezier het eerste hoofdstuk.
Een regenachtige herfstavond in november 1995 bracht hem ertoe om met het tweede hoofdstuk te beginnen:
“Elk weekend bezoek ik mijn oude oma in het dorp bij de rivier. Ik help haar met het huishouden omdat ze verschillende dieren en een grote tuin heeft. Waar het nodig is om te helpen opruimen, en in het voorjaar om groenten, aardappelen en vele andere dingen te planten. Dankzij haar heb ik altijd verse groenten in huis, evenals vlees en eieren. Hou je van je eigen producten of koop je ze liever? Waar koop je het vaakst boodschappen?“
Het leek alsof Jan Boter de vraag aan Bjarne stelde, maar het was een vraag aan Arnold, die een correspondentie onderhield met een Italiaanse vriend, die hij in een horecagelegenheid in Amsterdam had ontmoet. Jan Boter schreef vaker over bijzondere vriendschappen.
De laatste tijd hield hij Emma goed in de gaten en hij hielp haar zo veel als hij kon.
Er bestond een kans dat een van zijn boeken op de Amerikaanse markt zou verschijnen. Hij had een groene jurk voor Emma gekocht in Boston. Emma stond uren voor de spiegel om zichzelf in die jurk te bekijken.
Geplaatst in de categorie: algemeen

Geef je reactie op deze inzending: