Duiven moeten fladderen
Bij de huishoudelijke dienst van de Tweede Kamer zitten veel trage hommels. Maar vorige week hebben ze opeens een prestatie verricht. Er werd in recordtijd een SGP/PVV-voorstel ten uitvoer gebracht: de plaatsing van een statiefje met nationale driekleur. Het was ‘n parlementaire bijzonderheid, want nooit eerder werd zo snel gehandeld.
Mij herinnerde het aan Toon Hermans. Deze one-man-show-legende (1916-2000) had ooit een hilarische voordracht over een uitgerangeerde goochelaar die al zijn vingervlugheden ziet mislukken en wanhopig naar zijn beoordelaar kijkt: ‘Dojf is dood meneer, dojf moet fladderen meneer...’.
Datzelfde geldt voor vlaggen. Een vlag behoort te wapperen en niet zo toe te geven aan de zwaartekracht als het Haagse miniempje.
Buitenland? Het ‘halfrond’ van het Vlaamse parlement is zojuist deels heringericht. Daar heeft men de verfraaiing iets stijlvoller aangepakt. Niet met vlagvertoon of schrijnwerkerij, maar met een grote ingeborduurde geel-zwarte Vlaamse Leeuw in de lila vloerbekleding.
Nu het ‘frivole’ rood-wit-blauw onze volksvertegenwoordiging heeft bereikt, valt de deprimerende entourage rondom voorzitster Arib extra op. Aan haar rechterzijde zit een zuur presidiumlid, in groepen van vijf streepjes, voortdurend het aantal aanwezigen te turven. De brave man heeft tot taak om te vinken wie een plasje gaat doen, wie in de zaal terugkeert. Dit is van belang zodra hoofdelijk gestemd moet worden.
Hieperdepiep, daar komt Arib, het lijkt op Haagse schuifworst tussen parlementaire toneelstukjes. Alleen echte Hagenezen weten wat (een karig belegd) ‘broodje schuifworst’ is. Dat heeft een voordeel, te zijner tijd hoeft mevrouw Khadija Arib haar plastic mini-banier niet te strijken.
Geplaatst in de categorie: actualiteit