Inloggen
voeg je autobiografie toe

Autobiografieen

Onzekerheden

Al geruime tijd voor de eerste crash die onze sites gevoelig raakte, had ik het inzenden van mijn bijdragen gestaakt. Door achteruitgang van het gezichtsvermogen van mijn nog gezonde linker oog was het werken op het toetsenbord een grote bron van ergernis. Geruime tijd erna onderging ik een geslaagde staroperatie en na het aanmeten van een goede optiek kon ik eigenlijk weer aan de slag, ware het niet, dat de crashes zich op de sites bleven herhalen. Begin van dit jaar kreeg ik een fikse longontsteking en in het begin van de herstelperiode daarvan een niet minder ingrijpende blaasontsteking (ja heren, ook ik dacht altijd dat zulks voor ons op een verzinsel berustte). Beide aandoeningen gingen gepaard met zeer hoge koorts. Op een voorlopig nog steeds terugkerende kortademigheid na ben ik nu bijna weer hersteld. Mopperend tegen de geneesheer over de traagheid van dit proces kreeg ik als antwoord: ’u moet niet vergeten dat u al bijna 84 jaar bent’. Het schrijven van een inzending schoof ik steeds vooruit met een soort gevoel van watervrees, van ‘het zal me niet meer lukken’ of ‘ik heb geen inspiratie meer’. Een onverwachte mail van een door mij zeer gerespecteerd en gewaardeerd persoon liet mij uiteindelijk een wending van 180 graden maken met als motto: fietsen verleer je toch ook nooit meer, alhoewel . . .

< We schrijven het jaartal 1995 van de vorige eeuw. Ik mocht met de VUT en er ging voor ons dagelijkse levenspatroon veel veranderen. Ik wil er graag één nogal ingrijpende gebeurtenis uitlichten: wij verkochten meteen onze auto, toch altijd voor de liefhebber een zeer goed onderhouden vierwieler. De reden daarvan lag al enige tijd in het verschiet. Ik had in de loop der jaren claustrofobie ontwikkeld, hetgeen zich tijdens het besturen van een auto uitte in: zich onzeker voelen in het verkeer, zich opgesloten voelend en hevig transpirerend mijn eigen verkeersregels ontwikkelend en een soort nachtblindheid. Het was daarom geen wonder, dat zowel vrouwlief alsmede ook andere familie zich als passagiers niet meer op hun gemak voelden. Kort en goed: de auto was weg en we kochten twee splinternieuwe fietsen, weliswaar met versnelling en met handremmen in de plaats van de vroeger zo gewaardeerde terugtraprem. Na aflevering thuis maakte ik deze tweewielers rijklaar, door de hoogte van het zadel en van het stuur op de hoogte van onze voorkeur af te stellen. Toen we, na het bevestigen van de fietstassen (jawel, een beetje luxe mocht wel) het resultaat bekeken, dachten we beiden: opstappen en trappen maar. Die vlieger ging helaas niet op, want het regende al dagen en we moesten wachten op droog weer.

Eindelijk stonden we buiten gereed om na ruim 30 jaar weer voor het eerst te gaan fietsen. Iets dat meteen opviel en ons zeer zeker niet stimuleerde waren enige auto’s, die ons passeerden; een vreemde gewaarwording nog voor je je eerste voet op een pedaal hebt geplaatst. Vrouwlief nam het initiatie en na enig ‘steppen’ zat zij toch op het zadel, langzaam en slingerend op gang komend. Ik volgde haar, eveneens slingerend en haalde haar zelfs in. “Gaat het?” informeerde ik terwijl ik tegelijkertijd achterom trachtte te kijken. Deze handeling had tot gevolg, dat ik met een forse slingerende correctie nog net een geparkeerde auto niet raakte. Geschrokken en iets van slag stapten we prompt bij de eerste hoofdstraat met dubbele rijbanen af en staken als voetgangers, met de fiets aan de hand, netjes over. Via een tamelijk rustige straat bereikten wij het Zuiderpark. Daar aangekomen zouden we het rustiger kunnen beleven. We stapten beiden weer op en na ongeveer 50 meter namen we een afslag naar rechts. Op dit pad lag een bruggetje over een kunstmatige beek. Om dit bruggetje over te kunnen moest je eerst een flauwe helling met een lengte van een meter of tien nemen om vervolgens daarna eenzelfde helling omlaag te volgen. Vanaf hier ging alles zo verschrikkelijk en ongecontroleerd mis, dat ik bijna had kunnen uitroepen “Houston we have a problem”. Mijn echtgenote fietste het hellinkje op zonder eerst iets te versnellen. Het gevolg was, dat zij boven op het bruggetje, wanhopig balancerend bijna stil stond. “Trappen” riep ik keihard en dat had effect. Ze wielde met een hogere snelheid de helling weer af dan te doen gebruikelijk. Na ongeveer 30 meter eindigde het pad en vergat zij in de handremmen te knijpen en trapte meerdere malen achteruit. In een reflex nam zij de krappe bocht als zat zij op een crossfiets en zij bleef doortrappen. Na 50 meter: einde park, een voetpad en een nogal drukke straat. Zij stak alles, tot mijn ontzetting, over zonder naar rechts of links te kijken. Na enkele tellen had ik haar ingehaald en zijn wij, bleek om onze neuzen, zwijgend naar huis terug gelopen. Daar aangekomen verhuisden de tweewielers weer naar de kelder, zonder ooit nog te zijn gebruikt. We gaven ze uiteindelijk weg aan onze kinderen. >

Misschien heb ik de lezer door deze belevenis duidelijk kunnen maken, dat ik er erg tegenop heb gezien om mijn eerste bijdrage te schrijven. Gelukkig viel het erg mee.

Schrijver: Günter Schulz, 10 februari 2019


Geplaatst in de categorie: individu

4.5 met 2 stemmen 376



Er zijn 2 reacties op deze inzending:

Naam:
Annejan Kuperus
Datum:
3 mei 2019
Met de autobiografie ONZEKERHEDEN bewijs jij dat ONZEKERHEID, net als angst, een slechte raadgever is...! Mooie autobiografie die zonder enige twijfel zonder schroom, dus met zekerheid is verwoord...!
Naam:
Hanneke van Almelo
Datum:
11 februari 2019
Welkom terug!

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)