En God kijkt toe.
Samen met mijn beste vriend en twee jonge krakers was ik druk met het opzetten van de eerste weggeefwinkel van onze stad, toen mijn moeder mij kwam storen met een vaag verhaal.
De weggeefwinkel was mijn initiatief, want ik had er voor het eerst een gezien elders in het land en ben dolenthousiast teruggekomen. Waarop mijn vriend de jonge idealisten vond en deze boden me een ruimte aan in hun kraakpand. Ik bedelde de spullen bij elkaar in de buurt waar ik toen met plezier woonde. Spoedig kwam men overal vandaan met alles wat schoon, heel en bruikbaar was.
'Er is genoeg voor iedereen, maar niet voor ieders hebzucht', zo luidde de leus voor iedere weggeefwinkel in Nederland. Ik scoorde, dik tevreden, een ruime plek op de voorpagina van het regionale nieuws in de plaatselijke krant en een plaatsje in het jaarboek van de stad.
En God keek toe.
"Het is legaal maar wel een geheim, je moet het niet aan de sociale dienst vertellen."
Zo begon mijn narcistische moeder mij te belasten met het verdraaien van de waarheid tijdens mijn werkzaamheden. Ze parkeerde een erfenis van mij die ik had kunnen ontvangen zonder financiële schade voor de bijstand omdat het bedrag door wijlen mijn vader berekend is ter hoogte van het destijds toegestane vermogen van een bijstandsmoeder.
Dit wist ik niet. Ik vertrouwde mijn moeder. Het leek alsof ze mij wilde beschermen tegen de gemeente. Iets dat je verwacht wat een moeder doet.
De enige die ik hiermee in vertrouwen heb genomen was mijn beste vriend. Maar ik had zijn twijfel over deze actie van mijn moeder serieuzer moeten nemen. Helaas kon ik me er niets bij voorstellen dat mijn eigen moeder mij financieel belazerde. Bovendien stond mijn hoofd naar alles dat je zonder geld kon doen.
Tot op de dag dat ik het geheim zelf aan de gemeente vertelde, na een vals theater van mijn moeder waarin ze haar spijt betoonde, vermengd met waarheid en leugen, over haar zonden, heeft deze vriend - dat hij mag rusten in vrede - mijn vertrouwen niet geschonden.
En God heeft het gezien.
Als een narcist berouw heeft van zijn of haar misdaden, geloof deze persoon dan niet. Tot op hun sterfbed blijven deze mensen de waarheid verdraaien omdat ze gewetenloos zijn.
Ik heb mijn moeder van harte vergeven toen ze mij om vergeving vroeg. Dolblij met de waarheid. 'Nu heb ik ook een moeder', dacht ik. Twee weken later ontdekte ik haar bedrog. In plaats van haar doel te bereiken gebeurde het tegendeel: dit werd de laatste keer dat ze mij zag. Ik gaf het geheim aan met een telefoontje naar mijn klantmanager. Geen christen dacht aan het feit dat ik haar vergeven had en opnieuw bedrogen werd. Opnieuw werd ik de slechte dochter die haar 'arme weerloze' moeder aan de schandpaal wilde.
En God keek toe.
Mijn leven had vanaf 2003, toen mijn vader - tevens het toeziend oog - overleed, anders kunnen verlopen als ik mijn moeder niet had vertrouwd omdat het mijn moeder is.
Had ik maar.... Nee! Als ik na zijn dood wel inzage had gevraagd in deze financiën, dan zou zij dat beslist weigeren. Een van mijn broers heeft, zonder succes, naar het testament van vader gevraagd, hoorde ik later. Toen hij maar bleef aandringen had ze vermoeid gezegd: "Het ligt in die la."
Op die manier wilde hij het niet hebben. Hij wilde een moeder en die heeft hij niet.
Beiden hadden we juridisch advies kunnen vragen. Zover was ik nog lang niet. Hij ook niet neem ik aan. Zoveel wantrouwen in onze eigen moeder konden we niet bevatten. Wie van ons kon vermoeden dat deze vrouw in staat is gebleken het testament van haar man stiekem te verstoppen voor haar volwassen kinderen die hun moeder blind vertrouwden. Niemand mocht in zijn laatste wilsbeschikking lezen dat aan alle kinderen een legaat geschonken is. Dus ook aan mij, de enige die het geld niet heeft ontvangen.
En God keek toe.
Ik heb heel lang rondgelopen met de vraag waarom God, die toch alles in de hand heeft, mij geboren liet worden bij een zeer kwaadaardige narcistische moeder die, van al haar kinderen, mij, haar eerste kind, het meest haatte. Dan ben ik toch kansloos ondanks de rijkdom waarin ik ben geboren!
Inderdaad.
Mijn moeder had mij lief moeten hebben. Het is niet mijn schuld. Evenmin die van God. Moeder alleen is de schuldige omdat zij toegaf aan de drang om mij te vernederen, zij koos voor de haat in plaats van voor de liefde.
Ik heb vrede met dit antwoord want het haalt de schuld weg van mij. Onbelast pak ik mijn eigen leven op en heb al mijn wraak aan God overgelaten.
En God keek toe.
Als een moeder je haat, loop je tegen een groot taboe in de samenleving op. Niemand gelooft je omdat niemand wil dat dit bestaat. 'Zijn baby's dan niet meer veilig bij hun eigen moeder!' Zo werd er geredeneerd.
Natuurlijk wel! Maar niet alle baby's. Het was een subtiele poging om mijn beschuldiging te bagatelliseren door een pastoraal werker.
En God keek toe.
Meerdere lotgenoten in ons land met een narcistische ouder worden uitgestoten zoals ik. Heden roddelen de mensen opnieuw over mij. Soms lijkt het er zelfs op dat ze zich laten assisteren door de duivel. Precies op de juiste tijd staan ze klaar met de juiste bemanning om toe te slaan.
Als ik het overdekte wooncomplex waar ik woon binnen fiets, schuift een man uit de buurt met een kruiwagen de straat op. Zijn kleinkind zit er in.
"Zo, heb je je rondje weer gemaakt?"
Het klinkt neerbuigend. Ik heb de man nog nooit persoonlijk gesproken. Als ik nee zeg, hoort hij me niet. Een buurman hoort het wel en negeert mijn opmerking terwijl hij ongestoord verder werkt aan een houten object.
En God kijkt toe.
De boodschap komt over, zeker als ik de volgende dag een fiets zie staan op mijn loopje. Ik moet nu beledigd reageren - wat ik het eerste ogenblik doe - dan kunnen ze me weer plaatsen in hun beklemmende hippe straatjes. Maar ik trap hier niet meer in. Ik ben hersteld van dit psychisch geweld. En sta verbaasd hoe massaal dit soort manipulaties overal in deze maatschappij worden toegepast.
In de wandelgangen van de buurt, in bedrijven, instanties en zelfs in de zorg worden buren, huurders, klanten, burgers en patiënten gevangen in subtiele verdraaiingen van woorden en het negeren van een weerwoord alsof je lucht bent. Je moet in hun gelid lopen en blijven roepen dat je uniek bent.
En God kijkt toe.
De hele buurt weet nu dat ik tegen mijn moeder in de rechtbank heb gezeten omdat een buurman die ik jarenlang vertrouwde, mijn vertrouwelijkheden op straat heeft gegooid. Hij is de enige uit de buurt met wie ik contact had en die ik heb vertrouwd. Hij is een lotgenoot omdat hij een rechtszaak had tegen zijn narcistische ex. Hij heeft mij onterecht beschuldigd van een belediging. Nu moeten mijn emoties worden uitgelokt om zo contact met mij te krijgen. Ik zwijg.
En God kijkt toe.
Ondanks de norse gezichten die volgden na het spuien van zijn verdraaide waarheid ben ik de buren die ik altijd groette, blijven groeten. Twee weken later groet een buur mij weer als vanouds en een ander is zelfs naar mij toe gelopen toen ik 's ochtends vroeg mijn boodschappen uit de fietstassen op de stoep zette. Ik had even gezwaaid toen ik haar aan zag komen wandelen.
"Hoe gaat het?" vraagt ze.
"Goed", zeg ik opgewekt.
"Goed?" "Zomaar goed?"
In haar stem ligt verontwaardiging. Ze is niet tevreden met mijn antwoord, maar het gesprek wordt voortgezet als ik vraag hoe het met haar gaat. Ze vertelt dat ze elke ochtend een rondje loopt. Ze is al in de tachtig, een leeftijd die ik haar niet geef. Haar vriendin is nog ouder. Ik zeg dat ik over twee jaar al zeventig ben. Het stel lijkt zo sterk op elkaar, dat ik hen in gedachten 'de tweeling' noem. Ze horen niet bij de roddelaars, maar ik let op elk woord dat ik zeg.
En God kijkt toe.
De buurt ziet mijn zoon al een tijdje niet meer. Ik vertel dat hij in het buitenland woont en werkt en meld trots dat hij bezig is een succesvol kunstenaar te worden. Groei nog een centimeter als ik zeg dat hij een zoon van een bijstandsmoeder was. Dat is de lof waard, vindt ze.
Als ik haar een paar dagen later weer tegen het lijf loop, wil ze weten waar mijn zoon in het buitenland is. Ik laat haar weten dat ik dit niet ga vertellen. Ze lijkt het te accepteren. Ik heb ze beiden altijd aardig gevonden, maar ik vertrouw niemand. Dat durf ik niet meer.
En God kijkt toe.
Er zijn mensen die mij hebben gevraagd hoe ze mij kunnen helpen. Dit vragen ze om het antwoord te kunnen weigeren. Dat geeft de schijn dat ze iets willen doen. Ze maken gebruik van de tekstballonnen die boven heel Nederland in de lucht hangen, maak ik op uit de reacties van mijn lotgenoten elders in ons land.
Er zijn veel personen die doen alsof ze aardig zijn. Ze zijn zo verraderlijk als een pad in een donker bos dat je bij licht goed kent. De kwaadaardige mensen worden sneller gelooft dan wie de waarheid spreekt. Ik vind dat heel merkwaardig. 'De woorden van een lasteraar neemt men gulzig in zich op, ze zijn een lekkernij die de buik verzadigt.' Dit staat in de bijbel. Kwaadspreken voelt dus lekker. Leedvermaak.
En God kijkt toe.
Mijn ex-kennis tevens buurman heeft mijn vertrouwen geschaad omdat hij niet in staat is om zijn vader de schuld te geven van een ernstig onrechtvaardige christelijke opvoeding, zodat hij de schuld zijn leven lang zelf draagt en uiteraard deze last van zich af wil gooien. Met succes. De kring van verwijtende mensen wordt steeds groter. Soms lijkt het erop alsof zij rouwen om het leed dat zij vinden dat ik mijn moeder aandoe.
Het ziet er raar uit. Gekunsteld. Maar zo krijgen ze het gevoel dat ze voor hun eigen onrechtvaardige ouder opkomen om zichzelf eindelijk een 'goed kind' te kunnen voelen dat zijn familie niet laat vallen of verraad. Dan kunnen ze de illusie van een familieband weer even ervaren. En ik word de moeder-hater. Een christen nog wel!
En God kijkt toe.
Hij kijkt toe en weegt alles in zijn handen wat de mensen denken, doen en laten voor zichzelf, voor elkaar en voor de samenleving. Hij heeft alles in de hand en grijpt niet in. Wat gaan de mensen doen? Ze kunnen kiezen voor het goede of het kwade. Fouten kunnen ze zelf herstellen naar zijn richtlijnen. Ze kunnen ingrijpen, koesteren, verzorgen.
Maar ze doen het niet. Ze lijken zelfs bedreven in het creëren van problemen! De liefde is verkild en er lopen steeds meer narcistische personen rond die niet worden gecorrigeerd.
En God kijkt toe.
En mijn oog valt op het lied van Mirjam als zij weet dat zij zwanger is van Gods zoon. Net als in andere bijbelse liederen komt de oprechte jubel vanuit het hart na een lange tijd van geestelijke wantoestanden en trouw blijven aan het geloof, als God eindelijk ingrijpt.
'Zalig zijn zij die hongeren en dorsten naar gerechtigheid, omdat zij verzadigd zullen worden'. Van dit vers hou ik! Zoals het er nu uitziet, zal ik, zodra het mijn tijd is, ernstig ondervoed op weg naar het koninkrijk gaan.
15 juni 2025
Geplaatst in de categorie: religie